gerton.reismee.nl

Patagonië deel 2

2 februari

Ik word bruut gewekt door de schoonmaakster die mijn kamer wil betreden door de deurklink flink vast te pakken. Het is 9 uur, dus een schappelijke tijd om wakker te worden maar niet bepaald de meest relaxte manier. Rustig aan ga ik richting ontbijt. Belangrijker dan die witte broodjes naar binnen werken is het vooruit plannen. Een bus regelen naar Ushuaia, kijken of er nog mooie plekken onderweg zijn om een nacht te verblijven, overnachtingen boeken en activiteiten in de verblijfplaatsen ontdekken. Ik ben heel wat wijzer geworden, maar vastleggen gaat nog niet want de bustickets moet ik bij het kantoor zelf kopen. Als ik vraag of ik nog een nacht extra kan blijven blijken alle kamers al geboekt te zijn. Dat had ik niet verwacht gezien de verlaten uitstraling zie het elke keer heeft. Eerst dus een ander hostel vinden. Ik kom uit bij een klein knus hosteltje waar ik nog een privé kamer kan krijgen. Bij het bus kantoor blijkt de eerste bus naar Ushuaia al vol te zitten dus ik kan pas over 3 dagen daarheen. Weer een teken dat het toch echt druk is op deze hotspots. Ik besluit een bus naar Punta Arenas te boeken om in ieder geval een andere omgeving te hebben, en dan twee dagen later de vervolgbus naar Ushuaia. Na het vastleggen van overnachtingen op deze plekken heb ik tijd over om de dag te doden met rondstruinen in het centrumpje. Bij de supermarkt spreek ik nog een Braziliaanse jongen die net Antarctica heeft bezocht en het indrukwekkend vond. Later op de dag koop ik een ijsje met twee bolletjes, hoewel ik denk dat er stond twee smaken. Want in totaal wankelden er zo'n 6 bolletjes op mijn hoorntje. Na die maaltijd ga ik nog even naar de boulevard waar je een prachtig uitzicht hebt over de hoge besneeuwde bergen van het nationaal park. Die avond ben ik uitgenodigd door de Fransen om crêpes te komen eten in hun hostel. Dat zorgde voor een erg gezellige avond met lekker eten in een mooie en nette keuken waar je nog wat aanspraak hebt met andere gasten. We lopen nog even naar een pinautomaat en nemen daarna dan echt afscheid van een paar erg leuke dagen samen. 's Avonds in mijn hostel heb ik nog een leuk gesprek met een Frans-Amerikaanse meid die zo'n beetje de hele wereld op haar reis verlanglijstje heeft staan. Zo sluit ik mijn laatste avond in Puerto Natales gezellig af.

3 februari

Happy birthday to me! Ik word wakker met een hoop felicitaties en een lief belletje vanuit Nederland. Zelf heb ik geen wilde verjaardag gepland maar beschouw ik de hele reis al als een cadeautje voor mezelf. Het eerste cadeau wat ik voor mijzelf regel is een stapel met 15 briefjes van 20.000 pesos. Ik voel me meteen miljonair en hopelijk gaan deze 300.000 pesos (zo'n 350 euro) mij helpen om een mooi stapeltje Amerikaanse dollars te verkrijgen. De Franse Alpen wisten me namelijk te tippen dat de wisselkoers in Argentinië door de overheid gedrukt wordt. Daardoor krijg je via de pinautomaten en wisselkantoren een bedrag in pesos uitgekeerd dat maar 50% is van het bedrag wat de ondernemers in Argentinië zelf bieden voor de sterke Euro's of Dollars. Dus het plan is om een wisselkantoor te vinden waarmee ik deze Chileense pesos ik dit land nog tegen reëele bedragen kan omzetten in dollars, waardoor ik ik Argentinië daarmee cash kan betalen. Terwijl we in Nederland nog nauwelijks met contant geld (kunnen) betalen, is in Argentinië cash nog echt King. Om 10.30u hop ik op de bus die mij weer terugbrengt naar Punta Arenas. Ik zoek mijn hostel op, waar ik een klein kamertje krijg met ramen die niet open kunnen. Als eerste zet ik de loeiende verwarming uit en laat de deur een tijdje open. Vandaag staat er verder weinig op het programma, behalve even boodschappen doen en bij het wisselkantoor de dollars regelen. Als ik dat heb gedaan spendeer ik wat tijd aan het onderzoeken en boeken van mijn komende weken. In het hostel zitten alleen wat stellen die erg op zichzelf zijn of met het thuisfront bellen dus aanspraak heb ik hier niet. 's Avonds maak ik nog een wandeling door de omgeving en naar de zee maar ik word noch getrakteerd op een mooie zonsondergang noch op leuke bezienswaardigheden. Dat belooft niet veel goeds voor morgen wanneer ik de hele dag nog vrij heb in dit stadje. Dat is een zorg voor morgen, eerst maar eens mijn geïsoleerde kamertje opzoeken om bij te komen van een saaie dag.

4 februari

Ondanks een lekkende verwarming, krakende vloer en geen open raam heb ik prima geslapen. Plan voor vandaag is de hele kustlijn af te lopen. Aan de noordkant van de stad is een replica van een Spaans schip te zien en aan de zuidkant een oud scheepswrak. En wie weet wat de boulevard verder te bieden heeft. Met een dagrugzak ga ik op pad. De zonnebril gaat mee maar hoeft niet uit de tas. Het is een grijze dag, en door het uitblijven van de zomerse zon is het ook maar zo'n 10 graden. Binnen een half uur begint het te regenen en trek ik mijn regenpak aan. De snelste route naar het Spaanse schip is langs de hoofdweg waar veel verkeer rijdt. Achteraf niet de mooiste route om te lopen maar omdat de hele wandeling wel wat uurtjes duurt wil ik ook niet te veel omlopen. Langs de snelweg en industriegebied kom ik bij een rommelige plek waar het kleine schip staat wat inderdaad zo'n typische galjoen is. Meer dan een leuk aanzicht is het ook niet, en de omgeving en het weer lokken niet uit om hier langer te blijven. Helaas kan ik niet letterlijk langs de kust lopen maar weer langs de grote weg en de bedrijfsterreinen die aan de kust liggen. Als de bedrijven ophouden blijft over een weg met veel herrie van auto's die over de zekknatte weg rijden en een zee die weinig mooi uitzicht of leuke schepen biedt. Zo loop ik letterlijk uren in de regen naar het scheepswrak toe. Het is een roestig scheepsskelet dat door de bergers hier is achtergelaten ter herinnering aan de woeste zee waar veel schepen in problemen kwamen. Sinds het Panamakanaal is er een veiligere route voorbij de Amerikaanse continenten. Ook dit schip maakt verder weinig indruk en zo zet ik, inmiddels doorweekt en op de automatische piloot, door de stad terug naar mijn hostel. Ondanks mijn regenkleding ben ik tot mijn ondergoed aan toe zeiknat geworden van de wandeling van 6 uur. Na een douche en avondmaal in het loeihete hostel ga ik een boek lezen in de hoop dat het later nog droog wordt om even af te koelen buiten. Helaas is de straat nog één grote waterweg als de zon doorbreekt, en mijn schoenen zijn nog niet droog van mijn vorige uitstapje. Op tijd naar bed dan maar!

5 februari

En weer op tijd op, om de bus naar Ushuaia te pakken. Het is droog buiten, met een continue windkracht zoals ik die alleen in Chili ken. Over de verlaten en verwaande straten loop ik naar het busstation. Er staat een lange rit te wachten met een veerboot, grensovergang en overstap. Het eerste traject ken ik inmiddels al want dat is dezelfde weg als naar en van Puerto Natales. In de bus geeft de zon een zomers gevoel. Als ik even de benen kan strekken kan ik dat gevoel alleen vasthouden als ik uit de wind sta. In het steppeland loopt een Nandu met een groep kleintjes. Erg schattig, want ze zijn ook echt nog wel klein. Na een half uurtje vervolgt de bus de route met als volgende stop de veerboot. Het uitzicht onderweg is weinig spannend. Als we bij de veerboot aankomen hebben we wel een spanned uitzicht. Voor ons zien we de zee wild voorbij stromen en golven. In de verte is de plek waar we heen leren zichtbaar. Maar nergens op dat traject is een veerboot te ontdekken. Meteen wordt mij duidelijk dat we hier een lange tijd gaan staan. Ik stap uit de bus en verken de omgeving. Er ligt een cafeetje aan het water welk de vele wachtenden van drinken en eten voorziet. Ik loop naar de vuurtoren waar ik om de hoek kan schuilen voor de verwoestende wind die hier bij de passage waait. En daar zie ik ze dan, drie boten waarvan er minimaal één een veerboot is. Ze zijn al dan niet bewust het traject voor ik gewaaid naar een luwer gebied. Mijn voorgevoel wordt bevestigd, dit gaat nog wel even duren.

Uren gaan voorbij, waarin ik probeer een beetje te blijven bewegen zonder dat blootgesteld te worden aan de wind. Even heb ik Wi-Fi connectie, ik denk van het café, waardoor ik wat kan appen en kan zoeken naar de beste hike voor over 3 weken. Het wordt steeds drukker waardoor de Wi-Fi verbinding niet meer mogelijk is. Zover ik terug kan kijken zie ik de weerspiegeling van auto's. Bij de gebouwen is er één rij waar mensen ruim een half uur in staan voor drinken en eten, en één rij van 20 minuten voor de twee toiletten die ernaast beschikbaar zijn. Ik raak in gesprek met een groep Engelssprekende motorrijders die een groepsreis die in een maand naar het zuidelijkste punt rijden. Terwijl een deel van hen probeert te slapen achter een muurtje, probeer ik chocola te bakken van de klanken die de Ierse motorrijder richting mij produceert. Even later komt er een Australische motorrijder bij die een stuk beter te verstaan is. Hij vertelt over zijn Nederlandse vrouw en heeft indrukwekkende verhalen over zijn reizen naar de meest afgelegen delen van de wereld. Regelmatig zie ik mensen hoopvol naar het water kijken maar ik verwacht niet dat we voor de avond hier weg kunnen. Na 8 uur wachten lijkt het dan toch mogelijk. Ik ga nog een keer in de rij staan voor het toilet en als ik bijna aan de beurt ben zie ik inderdaad een kleine veerboot aankomen. Met de verwachting dat de bussen pas na de auto's mogen blijf ik rustig wachten, want inmiddels moet ik ook wel nodig. Als ik sta te pissen wordt mijn naam geroepen door onze tour operator. Ineens hebben we haast en moet ik doorlopen naar de bus die al op de veerboot staat. De twee andere schepen blijken ook veerboten en komen er ook aan. Om 19.30u beginnen we eindelijk aan de langverwachte overtocht. Als we onze weg vervolgen gaat de zon onder en komt een bloedrode maan op. Volgende halte is de grensovergang. Iedereen door de paspoort controle voor Argentinië. Gelukkig verloopt dit soepel, want om 22.30u ben ik wel toe aan een beetje voorspoed. Als ik net een beetje indommel komen we in Rio Grande aan om 23.30u. Daar moet een groot deel van de passagiers waaronder ik wachten op de bus die ons naar Ushuaia brengt. Natuurlijk had ik liever al in mijn bed gelegen, en het ironische is dat ik een Airbnb heb geboekt deze keer waardoor ik niet weet of ik midden in de nacht wel binnen kan komen. Gelukkig kan ik de eigenaar even een berichtje sturen dankzij de WiFi van het buskantoortje. 10 minuten later komen er twee taxibusjes die ons midden in de nacht naar Ushuaia rijden. Slaapcomfortabel zijn ze helaas niet, maar gelukkig kan ik de tijd doorkomen door met mijn buurmeisje te ouwehoeren. Het gesprek met de jonge Brit gaat nergens over maar is daardoor ook weer lachwekkend. Als we in Ushuaia aankomen blijkt dat ik nog een aardige wandeling bergopwaarts heb te maken. Gelukkig is het droog en niet te koud. Ik sjok naar boven en om kwart voor drie kom ik aan bij mijn BnB/hostel. De eigenaar wacht al op me, moet een aardige man zijn maar helaas kan hij alleen Spaans en ik totaal niet. Hij geeft me een korte rondleiding en ik vind het al snel best. Het enige wat ik wil is mijn bed in kruipen. Ik slaap bovenin een stapelbed, dus in het donker probeer ik me omhoog te worstelen en mijn plek te vinden in het bed. En slapen maar...

6 februari

Geslapen heb ik, maar lekker of diep denk ik niet. De omstandigheden waren al niet ideaal, maar het bed ligt helaas ook niet lekker en de Argentijnse hanen hier zijn fanatiek. Oké oke, ik kom er al uit. Het blijkt half 10 te zijn dus dat valt me niets tegen. Ik wil hier graag één meerdaagse hike doen naast de mogelijke dagtripjes. De weersvoorspelling werkt niet echt mee met om en om een regendag. Desondanks lijkt vandaag een goede dag om te starten, aangezien het pas later in de middag gaat regenen en morgen weer droog is. Voor zover de voorspellingen hier accuraat zijn. Voordeel is dat er minder wind is dan in Chili. Op tijd weg gaat helaas niet lukken. Eerst maar eens eten regelen voor de dagen, en daarvoor moet ik eerst mijn dollars omwisselen. Inmiddels zijn een aantal andere gasten aan het ontbijten en een vriendelijke Duitse jongen geeft mij veel tips en info over het hostel, de omgeving en de hikes. Hij deelt zelfs zijn all trails app account waarmee Ik toegang krijg tot een mooie selectie hikes met routeinfo voor Ushuaia maar ook voor de komende bestemmingen.

Helaas moet ik weer helemaal naar de andere kant van de stad om geld te wisselen. De stad is groter dan ik dacht dus het is een flinke wandeling. Bij het wisselkantoor aangekomen staat er dat je je paspoort moet tonen. Shit, nee he, die heb ik niet bij me. Ik zal toch niet helemaal terug moeten weer.... Gelukkig wordt er niet naar gevraagd, als je maar flappen laat zien. De $100 biljetten leveren veel meer op dan andere waarden, vreemd genoeg. Het is even gedoe maar nu heb ik tenminste een iets reëlere wisselkoers gekregen. Op naar een supermarkt. Dat blijkt echter nog niet zo makkelijk, want naast de kleine kioskjes waar ze maar een paar dingen verkopen kan ik niks vinden. Als ik het op straat vraag word ik telkens wel ergens heengestuurd maar niet naar een supermarkt. Inmiddels ben ik al langs mijn hostel gekomen dus dan maar via de WiFi een goede vinden. Vervolgens naar de winkel, eten halen, terug naar het hostel, eindelijk brunchen en mijn broodje ei-kaas voor de hike klaarmaken. Goed voorbereid kan mijn hike beginnen. Dat het al 15.30u is, is een kleinigheidje. Ik ben al redelijk kapot van weinig slaap en veel gedoe maar een lekkere buitenwandeling en nacht in de natuur zal me vast goed doen. Een taxi brengt me naar het startpunt van de route. Ik loop meteen door de bossen die er zo andere uitzien dan in Nederland maar zo moeilijk om dat goed te beschrijven. Al snel kom ik wilde paarden tegen die op het pad lopen en soms er pal naast staan te grazen. Gelukkig zijn ze iets meer bang voor mij dan andersom. Rechts van mij zie ik een vallei met stijl bergen erachter. Voor mij ligt niets dan bos en een licht stijgend pad erdoorheen. Ik loop vak langs de rivier en kom bij een stuwmeer gecreëerd door omgevallen bomen, misschien door bevers. In het bosmeer staan honderden dode bomen die een soort spookbos creëren. Verderop ligt het bos bezaaid met omgevallen/omgewaaide bomen, alsof het een waar bomenkerkhof is. Het regent licht maar dankzij alle bomen merk ik er weinig van. Als ik hoger kom verdwijnen langzaamaan de bomen en is het tijd om de regenjas aan te trekken. Het pad wordt modderiger, mijn handen worden nat en koud en de hemel wordt grauwer. De laatste wandelaars naar beneden is inmiddels al even geleden.

Als ik iets verder ben zie ik dan eindelijk mijn bestemming. Een prachtig blauw meer temidden van de hoge bergen. Er waait soms wat mist over het meer heen, dus ik vrees dat het niet veel zal op gaan klaren. Mijn laatste minuten bestaan uit een glibberige afdaling naar het meer toe. Waar de meeste rivier oversteken goed waren begeleid met bruggetjes en boomstammen, zijn de oversteken hier beperkt ondersteund met wat stenen of dikke boomtakken. Natte schoenen heb ik al, maar liever houd ik de sokken droog. Na de laatste balansoefening kom ik bij het bordje campamento aan. Er staat één tent waar een flinke wietlucht vandaan komt. Des te meer reden om verder weg een plekje te zoeken. Na wat onderzoek naar vlak gras langs het meer vind ik een prima plekje. Terwijl de backpack onder de boom schuilt zet ik de tent in de regen op. Van het meer is niets meer te zien door de mist. Snel spullen erin en ikzelf, en dan kan ik eindelijk even schuilen. De reis washandjes komen goed van pas, en als ik opgefrist ben kruip ik in mijn slaapzak om op te warmen. Ik besluit om mijn broodje ei-kaas op de eten ook al is het al 21u geweest. Sinds een Brit van de special forces mij ooit vertelde dat een vos zich door zijn tent en backpack had gevreten om de zak met kaas te stelen, ben ik wat oplettende op eten in de tent bewaren. De lege zak gaat dan ook naar de voortent die niet gesloten is van onder. De vieze schoenen houd ik ook liever daar maar bind ik aan de tentstok vast. En dan ga ik vermoeid en voldaan slapen.

7 februari

Vannacht ging het harder waaien en regenen. Ik ben een keer gaan kijken of dat stroompje dat ik hoorde niet onder mijn tent doorging. Een deel van de tent lag op een drassig stuk maar het was onvoldoende om de boel te verplaatsen. De ochtend word ik pas tegen tienen wakker met de zon heerlijk op de tent schijnend. Als ik de tent uitga om mijn spullen te laten drogen, merk ik op dat de plastic zak weg is. Meters verderop ligt de zak, totaal verscheurd door een teleurgestelde vos. Dankjewel Britse commando voor je goede advies destijds! Ik neem de tijd om mijn spullen te laten drogen en rustig aan in te pakken. De wiettent is al weg maar er staat wel een ander tentje. Zou die nog na mij zijn gekomen? Ik loop er naar toe en ontmoet een Argentijnse meid. Ze was inderdaad in de regen en schemering nog hierheen gekomen. Met een zware rugzak om hier een week te verblijven en veel verdwalen en glibberen hoor ik dat haar tocht een stuk avontuurlijker was verlopen. Toch is ze helemaal in haar element hier en heeft naast haar hele backpackinhoud aan de waslijn zelfs een hangmat opgehangen. Ze drinkt met een speciaal rietje uit een soort beker van kalebas met daarin een hoop kruiden. Ze noemt het "matte" ofzo, en het is een andere manier van thee drinken. Na een gezellig gesprek pak ik mijn spullen en ga weer op pad. De tijd vliegt na zo lanterfanten aan het mooie meer en ik heb nog een tochtje voor de boeg. Ik kom de Duitser uit het hostel tegen die mij net als de Argentijnse adviseert de icecavdle niet te vergeten op mijn weg terug. De route via de andere kant van het gebied is een stuk uitdagender. Steile klim en daal momenten op losse stenen. De uitzichten naar de bergen zijn wel prachtig. Een verraderlijke zon brand in mijn nek maar zorgt ook voor de nodige warmte. Na een lange bocht word ik getrakteerd op het uitzicht op de zee in de verte. De wijdse uitzichten door de valleien naar de bergen of het dal geven zo'n heerlijk perspectief aan de wereld en de route die je bewandelt. In één dag van de zee naar een bergmeer tussen de gletsjers, dat is een prachtig om te lopen en bijzonder om te kunnen doen. Al loop ik mijn knieën en heupen hier helemaal stuk, ik voel me altijd helemaal in mijn element in de bergen. Back to basic, niets anders dan prachtige natuur en uitzichten en maar blijven lopen. Uit het hoofd en terug naar de basis van het menselijk zijn: één met de natuur en aangewezen op je fysieke handelen.

En dan kom ik op het punt waar mijn GPS zegt dat de grot te zien moet zijn. Ik zie niets aan de overkant van de berg, maar er lijkt wel een pad te lopen. Het is niet aangeduid maar al snel zie ik dat er wat mensen lopen. Ik leg mijn zware rugzak bij wat rotsen en steek de rivier over om de andere berg op de klimmen. Na tien stijl minuten die eenvoudig gaan zonder rugzak zie ik de grot. Het is een grot die is ontstaan uit laagjes sneeuw. Tussen die laagjes in zit een zwarte streep. En zo bouwem de wanden zich op als spekkoek. Maar doordat de grot rondloopt gaan de strepen spiraalvormig verder in de grot. Het geeft een prachtig psychedelisch perspectief alsof je in Alice in wonderland bent belandt. De grot inlopen is helaas veel te gevaarlijk door het smeltende ijs. Ook bij de randen valt er regelmatig een partij stenen naar beneden. Maar wat ben ik blij dat ik gisteren ervoor had gekozen om aan de andere kant te starten, want dit had ik niet willen missen.

Ik loop terug naar mijn backpack en vervolg de route. Wat volgt is een stijl afdaling over losse stenen in de volle zon en snijdende wind. Na flink afzien bereik ik ineens de bomen grens en zo kom ik in het bos terecht dat mij weer beschermt tegen de elementen. Het pad is hier ook uitdagend doordat ik echt kriskras over de omgevallen bomen moet klauteren. Na het bos volgt nog een groene bergweide waar hier en daar paarden grazen. De uitzichten op de gletsjer en Ushuaia blijven prachtig. Als ik eindelijk benenden ben heb ik nog een flink stuk te gaan langs de onverharde hoofdweg. Ik probeer te liften en een aardige jongen die nauwelijks Engels kan pikt mij op met zijn terreinwagen en bespaart mij een uur slenteren.

Zo kom ik 's avonds weer in het hostel aan waar ik eten ga koken en mijzelf opfris na deze lange dagen. Ik maak gebruik van de wasmachine, klets nog even met de Duitser die vannacht vertrekt en ga dan naar bed. Iedereen hier gaat laat naar bed dus vroeg slapen zit er niet echt in. Stiekem verlang ik alweer terug naar mijn tentje in de bergen. En met die gedachte val ik heerlijk in slaap.

8 februari

Ik ben als eerste in mijn kamer van 3 wakker en ga eerst even ontbijt klaarmaken voordat ik met mijn spullen ga rommelen. Als de rest ook wakker is ga ik mijn spullen in twee tassen verdelen; alle hiking spullen die ik even niet nodig ga hebben en kan achterlaten in Ushuaia, en de tas met spullen die ik tot nog toe weinig heb gebruikt. Morgen is de grote dag waarin mijn reis een hele andere wending krijgt. Helaas geen tent meer in de bergen, en die extra dikke kleren gaan nu ook van pas komen. Ik klets nog even met de Spaanse en Franse hostel genoten die nu toch Engels blijken te kunnen maar voorheen te lui waren om dat met mij te spreken. Daarna breng ik mijn backpack naar het kantoor van de reisorganisatie midden in de stad. Ik koop nog wat eten voor de komende 24u, pak een taxi en met een grote plastic zak spullen kom ik aan in een sjiek hotel in de bergen. Het prominente hotel is vanuit alle uithoeken van de stad en bergen te zien. Het voelt vreemd om hier met mijn modderige hiking schoenen over het dure tapijt naar binnen te lopen. Ik check in voor de nacht en maak meteen een opstandige indruk door kritisch te zijn op de borg die ze van mijn creditcard willen inhouden. Als ik op mijn kamer kom staat er een groot tweepersoonsbed en heb ik een privé badkamer met bad erin. Ik heb voel me hier onwennig na al die primitieve hostels. Terwijl ik op het toilet ben komt er ineens nog iemand de kamer in. Een Aziatische jongen die nauwelijks Engels spreekt is ook deze kamer toegewezen. Nou weet ik dat die kans er in zat bij het boeken van de reis, maar de check-in zeiden ze dat het een privé kamer was en met dat tweepersoonsbed... Het blijkt een vergissing van de receptie te zijn.

Ik besluit om toch nog een hike te doen vanavond, om alle tijd die ik hier nog heb te benutten. Met avondeten in de rugzak start ik de populaire "martial Glacier" hike die nagenoeg vanaf het hotel begint. Er zijn veel toeristen op de route. Deze tocht is voor mij meer een sportief avondje dus ik heb de pas er flink in. Ik zoek de iets kleinere paden op wat gepaard gaat met bruggetjes die elke moment kunnen instorten. Het laatste kwartier is aardig stijl en het begint ook wat te regenen. Als ik binnen het uur bij het eindpunt ben is de afstand tot de gletsjer nog te groot om echt iets moois te zien. Het uitzicht op Ushuaia is wederom mooi maar eigenlijk is deze hike niet echt de moeite. Behalve dan dat ik weer even de benen aan het werk zet. Met de regen en wind is het niet echt de plek om te gaan eten dus ik daal maar weer af totdat het droog is of ik bij het hotel ben. Met een record van 2 uur op een track van bijna 3 uur heb ik mijn avond weer voldoende bewogen en stap ik met nog viezere schoenen het hotel weer binnen. Daar eet ik mijn wraps met groenten op om vervolgens gebruik te maken van die verleidelijke badkuip. Vermoeid in de benen en door het verwarde slaapritme heb ik even een momentje van rust in het warme water. Als ik weer aangekleed ben ga ik mijn bagage afgeven beneden zodat ze die alvast naar de boot brengen morgenochtend. Zelf heb ik morgen nog tot 3 uur de tijd om om te vermaken. Daarom beperk ik mij tot mijn hiking outfit en de nodige spullen voor die dag. Terwijl mijn wandelschoenen nog aan het drogen en luchten zijn, god weet of ze ooit nog fris zullen ruiken, loop ik op blote voeten naar beneden en geef mijn plastic zak af. Door een opmerking over mijn blote voeten raak ik nog aan de praat met een Iers-Frans stel dat morgen ook de boot neemt. Daarna is het dan eindelijk zover en plof ik op mijn kingsize bed.

9 februari

De laatste dag aan land! Ik pak mijn spullen, ga naar beneden om het ontbijt buffet aan te vallen met uitzicht op het zonnige dal. Volgegeten met helaas weinig voedzaams check ik uit en begin mijn laatste hike van 5 uurs. Al snel blijkt de route helemaal niet overeen te komen met een pad en dwaal ik door de bossen (wat best mooi is) en daarna wacht mij een stijl klim over de losse stenen (wat best onmogelijk is). Verder omhoog zie ik iemand comfortabel lopen dus daar is in ieder geval wel een pad. Als ik het pad bereik blijkt dat het pad daar ook weer eindigt terwijl mijn route nog veel verser zou moeten lopen. Nou ik heb geen zin in dat klauteren en navigeren dus na een kort gesprekje met het stel wat ik zag lopen neem ik de officiële route teug. Helaas geen 5 uur hiken maar krap 2 uur. Ik besluit een bospad terug te pakken waar niemand loopt. Langs de rivier neem ik de tijd om dit verslag te typen en even te lunchen. Daarna ga ik terug in het hotel om de laatste WiFi dingen te doen voor de komende 10 dagen. Dus de komende twee weken geen WiFi, geen hiken, geen ongeplande ontdekkingen van de omgeving. Want nog even en ik stap op de boot, een soort mini cruise van 200 passagiers, waarmee ik tien dagen lang op expeditie ga naar... Antarctica!

Patagonië deel 1

25-26 januari

Al jaren staat het ruige berggebied op mijn lijstje, maar toch had ik niet verwacht het dit jaar al te bezoeken. Patagonië, weer een prachtige uithoek van de wereld vol ruige bergen. Eerst maar eens ernaartoe vliegen. Door een verkeerde vertrektijd in mijn hoofd begint mijn reis met een relaxte ochtend thuis voordat ik de vlucht naar Madrid neem. De anderhalf uur overstap naar Santiago is geen overbodige luxe om met een metro naar de juiste gate te komen. Wat volgt is een nachtvlucht van 13 uur. Dankzij een portie turbulentie, krijsende peuters en uitstekend ligcomfort kom ik uitgeslapen in Santiago aan met enige vertraging. Als ik hoor dat ik hier door de douane moeten, mijn bagage moet afhalen en zelf op de volgende vlucht moet zetten blijkt die vertraging een behoorlijke stressfactoren. Ik passeer dankbaar en brutaal de mensen in de rij voor de controle om vervolgens lang op mijn bagage te mogen wachten. Als ik daarna in alle haast bij de bagage check in kom krijg ik te horen dat de bagage aanname voor mijn vlucht al gesloten is. Met de volgende vlucht kom ik niet begin middag maar einde avond aan. Met nog een half uur op de klok weiger ik de vlucht en geef aan met tas en al het vliegtuig op te springen. Toegejuicht door een "run Forrest run" achtige goedkeuring sprint ik met mijn zware tas naar de vertrekterminal. Het sprinten wordt al snel doorstappen want de 20 minuten loopafstand is al zwaar genoeg met die tas. Bij de vertrekhal wordt mij aangegeven dat ik de tas daar alsnog kan meegeven en door kan rennen naar de gate. Als in een James Bond film sprint ik tussen de mensen door en kondig mezelf aan met een nietszeggende "sorry". Geholpen door een januari temperatuur buiten van 30 graden kom ik hijgend en druppend aan bij de gate. Het boarden blijkt nog niet eens te zijn begonnen en ik kan nog een kwartier wachten terwijl ik omschakel naar de mañana mañana stand.

Aangekomen in Punta Arenas blijkt wat ik al vreesde; mijn backpack is voor de avondvlucht ingepland. Met een combinatie van assertiviteit en Google translate regel ik dat mijn backpack morgen per bus naar Puerto Natales wordt nagestuurd. Ik pak liever nu al mijn bus zodat ik niet 's nachts op het vliegveld mijn backpack verwelkom, maar al in mijn hostel ben. De geplande lange afstand bus zou volgens vliegveld personeel op een niet gemarkeerde plaats bij de uitgang moeten verschijnen. Omdat ik nog niet helemaal gewend ben aan het Zuid Amerikaanse ritme twijfel ik 20 minuten na oorspronkelijke tijd of de bus nog komt. Gelukkig komt hij dan alsnog en ik stap in een comfortabele bus die mij in 3 uur naar mijn bestemming brengt. Onderweg rijden we door een soort tumbleweed paradise gebied. Ondanks de volledige verlaten indruk die het geeft, staat er een hek tussen de weg en het dorre landschap. Na een tijdje spot ik een Nandu aan onze kant van het hek. Daardoor begin ik mij af te vragen waar dat hek dan voor dient, als de wilde dieren juist aan de wegkant ziten. Met de zomerzon in de bus voelt het alsof ik in een aangenaam warm land ben aangekomen, maar door de zuidelijke ligging en de harde wind is de gevoelstemperatuur buiten maar zo'n 10 graden. De rit gaat sneller dan verwacht, en voor ik het weet check ik in in mijn hostel. Ik krijg kamer 1, die te herkennen is aan de vaas met zonnebloemen bij de deur. Zonder dat ze er bewust van zijn bieden ze deze Nederlander de Van Gogh suite. Ik maak nog even een wandeling naar de boulevard maar de stevige wind blaast mij weer terug naar het hostel waar ik na een verfrissende douche mijn bed instap.

27 januari

Ik word al rond 6 uur wakker helaas. De enorme wind laat mijn raam hard klapperen, heeft de kamer aardig afgekoeld en de gordijnen houden nog geen straaltje daglicht tegen. Ik heb geen haast aangezien de bagage pas ergens vanmiddag aankomt. Om in het vakantieritme te komen neem ik deze ochtend mijn eerste ontbijt sinds maanden. Ik verken op mijn telefoon hoe mijn komende twee weken er uit gaan zien. Ik heb voor de komende 5 dagen de befaamde W trek geboekt in Torres del Paine. Naast wat laatste voorbereidingen daarvoor kijk ik wat er nog meer te doen is in deze omgeving. Ondertussen houd ik mijn bagage in de gaten dankzij een bagage tracker die in Nederland uitgelezen kan worden. Als de bagage nog niet in beweging is gekomen na de laatste ochtend bus contacteer ik de helpdesk om de urgentie aan te geven. Enigszins machteloos en gedwongen geduldig te wachten ga ik het stadje verkennen. De toeristische uitvalsbasis voor het befaamde natuurpark heeft zelf weinig te bieden dan slaapplekken, eetplekken en winkels om backpack spullen en souvenirs te kopen. Ik loop langs de brandweerkazerne waar de garagedeur openstaat. Een beetje brutaliteit brengt mij naar binnen om de grote trucks te bewonderen. Met name de klassieke Amerikaanse trucks achterin de kazerne wekken de indruk dat ik in een museum rondloop. Op de teugweg koop ik wat eten voor de komende twee dagen en als ik bij het hostel ben is er helaas nog beweging te zien in mijn backpack. Het begint nu wel spannend te worden en ik schakel de busmaatschappij en het hostel in om te bellen. Helaas krijgen zij ook nul op rekest. De dag gaat voorbij aan weinig anders dan mijn bagage hier proberen te krijgen. Als er eindelijk beweging in de tracker komt zoek ik een restaurantje op. Ik kan weinig bijzonders vinden dus na een weinig bijzonder diner loop ik hoopvol terug naar mijn hostel waar ik WiFi heb. In plaats van een bericht dat de backpack op te halen is bij het busstation blijkt de backpack nog steeds in Punta Arenas te liggen en is er vanuit de vliegmaatschappij geen update. Ik schakel het hostel weer in en die krijgen te horen dat de backpack morgen 10.30u pas met de bus meegaat. Dat betekent dat ik mijn W trek morgen niet kan starten. En dat betekent niet alleen een hoop weggegooid geld aan boekingen hiervoor, maar ook dat ik de trek helemaal niet meer kan lopen deze vakantie omdat alle opties volgeboekt zijn. En dat ik nu 2 weken mezelf heb te vermaken in een omgeving waar weinig anders te doen is dan die trek. Waar gisteren alles nog zo geruststellend leek te zijn en vandaag nog genoeg opties waren om te escaleren, blijkt nu dat de vliegmaatschappij en luchthaven alles behalve hun best hebben gedaan om die backpack na te sturen. Als je bedenkt dat de luchthaven maar één Gate heeft dan zou het niet zo'n uitdaging moeten zijn om die verlate bagage na te sturen. De rest van de avond gaat op aan gemopper en gepuzzel wat nu. Het plan is om morgen middag de bus te nemen en dan maar de avond doorlopen naar mijn eerste camping. Als dit überhaupt wordt toegestaan. Ik sluit af door even uit te waaien buiten wat met de opspelende wind moet lukken. Ik neem maar weer een douche, wetende dat ik morgenochtend weer in hetzelfde stinkende ondergoed moet stappen. Hopelijk droom ik dan maar van een mooie trek en voorspoedig vervolg van de reis.

28 januari

Ondanks mijn voorbereiding om het raam vast te zetten, een dikker deken te pakken en mijn slaapmasker op te zetten, word ik nog steeds om 6 uur wakker. Dese keer zijn het de andere gasten, die waarschijnlijk die vroege bus naar het park nemen. Mijn ochtend kan rustig starten maar dan moet alles in een stroomversnelling. Om 10 uur zijn de winkels open, dan wil ik toch echt schoon ondergoed kopen. Dan kan ik om 10.20u nog een keer douchen in het hostel, om 10.30u naar het busbedrijf in de hoop dat de tas dan aankomt. En dan snel in het hostel omkleden, overige spullen achterlaten en 11.30u naar het busstation gaan. De eerste twee stappen gaan voorspoedig en om 10.35u sta ik bij het busbedrijf. De rugzak komt inderdaad, maar dat duurt nog een kwartier. Ik besluit in die 15 minuten ook even nieuwe schoenen te halen want die ik nu aan heb doen mijn schone sokken geen goed. Net voor elven is dan eindelijk mijn backpack er. Natuurlijk doen ze nog even rustig aan met de administratie alvorens ik hem kan meenemen. In looppas ga ik naar het hostel. Er is te weinig tijd om alles goed uit te zoeken, dus na een grof sortering check ik uit, laat ik een aardig deel achter maar ga ik met eens nog veel te zware rugzak naar het busstation. Ik kom net op tijd aan, maar uiteraard doen ze daar nog rustig aan voordat we verrekken. Het is een rit van 3 uur en onderweg duiken er steeds meer en grotere bergen op. Niet in geleidelijk oplopende hoogte, maar ineens pats boem een verticale rotspartij van duizenden meters hoog. Naast die blikvangers die ik nog van dichterbij ga ervaren passeren we nandoes, lama's en flamingos. Vooral die laatste zag ik niet helemaal aankomen hier in de grillige prairie. Maar goed, als er een plas ligt komen er dus flamingos op af. Na een stop om in te checken bij de parkranger rijden we door naar mijn eindbestemming: de catamaran. Met mij zijn nog 8 anderen die de late boot pakken. Met nog anderhalf uur wachten op de catamaran spreek ik nog wat medereizigers. De meesten slapen direct op de camping waar de catamaran aanlegt, dus dat verklaart waarom ze een late boot nemen. De camping die ik geboekt heb ligt echter nog 4 uur verderop. Ik gelukkig is het nog lang licht in de zomertijd, maar ik hoor dat het pad mogelijk in de middag al sluit. Nou we gaan het merken, ik heb mijn tentje en slaapspullen bij me dus ik zal toch wel ergens terecht kunnen. De catamaran brengt ons met hoge snelheid over het blauwe meer waar de wind voor veel golfslag zorgt. Na flink nat te zijn gewaaid besluit ik het benedendek op te zoeken om de verder te genieten van het uitzicht op de enorme bergen, besneeuwde vlakken en de watervallen die naar het blauwe meer stromen.

Als we aankomen aan de overkant staat er een rij van meer dan honderd man op de boot te wachten. Nou ben ik een ster in het volruimen van een vaatwasser, maar deze puzzel zou ik niet op kunnen lossen. Terwijl ik de wachtenden succes wens en naar mijn medereizigers zwaai begin ik vol goede moed om 5 uur 's avonds aan mijn trek. Het is nog steeds heerlijk zonnig weer maar de wind is ook hier van abnormale proporties. Met mijn oren bedekt tegen het gesuis duw ik mijzelf tegen de wind in over het pad. Het is een onderhoudende tocht door valleien, bossen en langs de kust van een ander blauw meer. Ik kijk vreemd op als ik daar ineens een gletsjerblauw stuk ijs zie drijven. Het is een bijzonder fenomeen dat helderblauwe ijs, maar zeker als het in een volledig groen landschap in de zon ligt te pronken. Verder valt het mij op dat er nog aardig wat mensen van de andere kant komen, wat een geruststelling is dat ik geen rare capriolen uithaal door hier 's avonds nog te lopen. Als ik tussen de bomen loop hoor ik ondanks mijn gezang boven mij geritsel. Ik kijk op en zie een soort valk die rustig op een tak zit. Ook als ik foto's ga maken blijft het beestje aardig dichtbij zitten. Een erg leuke kennismaking met wat 'wildlife' op mijn trek. Niet veel later komt daar nog een tweede soort bij: met veel gekwetter komen er twee enorme spechten met felrode hoofden op een boom zitten. Erg onverwacht om zo'n mooie dieren in zo'n ruige omgeving te vinden.

Na bijna 4 uur bereik ik dan eindelijk mijn bestemming. Het is me dan toch gelukt om nog op tijd bij mijn eerste overnachting te zijn! Daar aangekomen zie ik een bordje voor de tegenovergestelde richting dat aangeeft dat de route vanaf 15u gesloten is. Gelukkig kwam ik die niet tegen vanaf mijn richting, hoewel ik nog een hoop tegenliggers heb gezien. Dus de bordjes zijn hier blijkbaar richtlijnen. Een reservering voor elke overnachting, dus ook camping plaatsen, is verplicht in het park omdat het ontzettend populair is en de plekken beperkt. Een camping runnen op een helling is ook wel een uitdaging. Omdat ik erg last minute was met boeken heb kon ik voor deze nacht alleen maar een bed in het hostel boeken. Voordeel is dat ik nu niet nog mijn tent op te hoeven zetten. Dus kan ik lekker douchen, mijn poedersoep klaarmaken met behulp van de waterkoker en daarna mijn backpack eens goed herschikken. Ik heb echt veel spullen bij me die niet perse nodig waren, maar goed een volle bepakking is mij niet nieuw. Als mijn aardige en rustige kamergenoot aankomt zien we buiten een soort valk die als een kip in het gras pikt op zoek naar eten. Na een korte avond ga ik op tijd slapen en val ook vrij snel in slaap.

29 januari

Een wekker zetten was niet nodig omdat ik niet vroeg op hoef, maar ook omdat de vroege vogels in het hostel mij toch wel weten te wekken. Ik laat mijn backpack achter in het hostel en ga met een klein rugzakje op pad, verder op de route naar mijn eerste uitkijkpunt. Ik loop er W-trek die letterlijk staat voor de vorm van de route. Er zijn drie grote uitzichtpunten waar je heen loopt en de slaapplekken bevinden zich steeds beneden of halverwege één van de poten. Daardoor hoef ik niet mijn zware tas de laatste kilometers omhoog te sjouwen. Het is na achten en lekker rustig op de route. Als ik nog geen 10 minuten onderweg ben word ik in de bossen verrast door een soort hert. Hij staat zo'n 6 meter van mij af naast mij. Bang is hij niet en terwijl ik mijn telefoon pak voor foto's loopt hij wat rond en kijkt me soms aan. Het is een heel fijn moment, zo'n vredig hertje dat ongestoord in mijn buurt blijft. Later kom ik er achter dat dit een zogeheten Huemel is. Het zijn zeer zeldzame dieren en wordt nauwelijks gespot door bezoekers. Deze ontmoeting blijkt dus ook echt een bijzondere te zijn. Mijn route vervolgt en als ik even uit de bomen ben zie ik verderop een gletsjer opploppen. Dat verklaart het blauwe ijs dat ik gisteren zag drijven. Als ik weer dichterbij ben valt het mij op dat het gletsjerijs enorm ver doorgaat. Ik loop van uitzichtpunt vanaf het water tot aan een uitzichtpunt waar je echt naast het begin (of eigenlijk eind) van de gletsjer staat. Ook vanaf daar zie ik gletsjerijs zo ver als ik kan kijken. Wat een enorme massa aan blauw puntig ijs dat zich tussen de bergen naar beneden duwt. Dit is de eerste keer dat ik een gletsjer zie die allesbehalve de indruk wekt dat deze krimpt door opwarming van de aarde. Na deze onuitwisbare indruk ga ik weer terug naar het hostel. Daarvoor moet ik weer terug over de drie hangbruggen die elk uitzichtpunt markeren. Na een hike van 5 uur kom ik weer aan bij mijn backpack waar ik één van mijn havermout mengsels gemengd met heet water als lunch eet. Met name ontbijt en lunch bestaat vaak uit wit brood met jam voor belachelijke bedragen dus ik ga liever de uitdaging aan om mijzelf van voedsel te voorzien gedurende de dag. Tijdens de lunch buiten in het zonnetje zie ik drie condors hoog in de bergen vliegen die min of meer patrouilleren rondom hun nest. Het is te ver weg om ze te fotograferen maar dichtbij genoeg om ze te herkennen als condors. Na deze mooie lunch plek pak ik mijn backpack en ga terug naar de camping waar de catamaran gisteren aankwam. Ondanks dat het dezelfde route is heb je toch een heel ander uitzicht op de omgeving. Het weer is weer hetzelfde, zonnig maar met een wind die elk losse touwtje aan mijn rugzak in een venijnige zweep verandert. Gelukkig overleef ik de overtocht deze keer ook en zo kom ik aan bij de camping waar ik voor het eerst mijn nieuwe lichtgewicht tent ga opzetten. Naast het lagere gewicht heb ik de reviews bekeken op wind- en regenbestendigheid. Dat eerste kan ik meteen testen want hier aan de rand van het meer komen windvlagen van zo'n 80km/u voorbij. Als ik mijn tent bijna heb staan laat er een haring los en voor ik het weet sta ik met mijn tent in mijn handen alsof het een kite is. Gelukkig krijg ik snel hulp van omstanders om de tent weer aan de grond te krijgen. Het blijken Nederlanders en de jongen heeft deze tent in een groter maatje gekocht vanwege dezelfde goede reviews. Als hij eenmaal aan de grond gepind zit, en alle stormlijnen goed vast zitten, lijkt hij de verwoestende wind goed te trotseren. Met een gerust hart kan ik weer douchen en ga daarna mijn eten klaarmaken. Maar ai, ik blijk een zakje rijst te hebben gekocht dat 20 minuten moet koken maar er zijn geen keuken faciliteiten dus ik kan alleen maar heet water tappen. Eigenwijs als ik ben werk ik de semi-harde curry rijst naar binnen en drink nog een kop heet water na zodat het kookproces zich intern kan voortzetten.

Bij de receptie zie ik dat de weersverwachtingen aardig zijn met temperaturen van 12 graden, redelijk zonnig en tja, wel met de gebruikelijke wind. Weer op tijd mijn doorwaaitent in om de nodige rust te pakken tussen twee lange dagen in. Morgen ben ik zo'n 11 uur onderweg.

30 januari

Toen ik net gewend was aan het geklapper van mijn tent kwam er halverwege de nacht een flinke bak regen uit de licht vallen. Nouja, meer tegen mijn tent aangeblazen. Ik was blij dat ik het extra onderzeil ook had neergelegd want die was eigenlijk niet nodig omdat het niet zou regenen. Op zijn allereerste nacht heeft de tent de vuurdoop doorstaan van harde wind en harde regen. En dat voor maar 1,3 kilo. Wat een goede keus is dat geweest! Ik ben vroeg wakker door de inpakkende buren dus kan zo ook lekker op tijd onderweg. Terwijl de hemel nog nadruppelt prop ik de natte tent tussen de elastieken aan de buitenkant van mijn backpack. Ik check nog één keer de nieuwe weersverwachtingen die toch echt een droge dag aangeven dus zonder alles regendicht in te pakken ga ik om 7.15u op pad. Na een uurtje lopen komt de zon op boven het blauwe meer aan mijn rechterzijde. Aan mijn linkerzijde heb ik de enorme verticale berg 'Paine grande' waar de wind vandaan komt. Boven de bergen hangen grijze wolken die continu dreigen om eroverheen te waaien en mij alsnog een nat pak te bezorgen. Hoewel dat niet gebeurt, heb ik wel continu te maken met afwaaiende motregen. In de beschrijvingen van de W trek stond al dat je in één dag alle 4 de seizoenen kan ervaren. Op dit moment ervaar ik r twee tegelijkertijd; de hete zomerzon aan mijn rechterkant en de snijdende wintrrwind aan mijn linkerkant. Elke minuut vraag ik mij af of ik nu mijn jas uit moet doen of een warme regenjas eroverheen aan moet trekken. De ruige omgeving gecombineerd met het contrasterende spel van het weer geven wel een prachtig decor voor de hike. Onderweg kom ik een Nederlands meisje tegen (ja die Nederlanders kom je echt overal tegen) die deze trek zonder boekingen loopt. Het kan dus wel, hoewel ze nogal creatief moet zijn en soms een onderdeel moet overslaan. Tegen 10 uur kom ik bij het stoppunt waar ik mijn backpack onder een overkapping kan stallen om de middelste poot van de W te gaan bezoeken. Het is een mooi idee en beeld om tientallen backpacks vol met dure camping uitrusting onbeheerd naast elkaar te zien staan. Alleen op reis durf ik zo makkelijk mijn rugzak ergens achter te laten of mijn telefoon onbeheerd bij een oplader te laten.

Met een klein rugzakje en nog geen 4 kilo aan bagage ga ik met een bevrijdend gevoel naar boven. Ik loop door een donker bos waar een gesloten en verlaten camping ligt. De griezelige spookcamping maakt maar weer duidelijk in wat voor afgelegen gebied we eigenlijk zijn. Verder klimmend in de bossen en stenen stappen over waterstroompjes kom ik bij gletsjer Frances, die via twee punten een enorme val naar beneden maakt. Erg mooi weer hoewel ik minder snel onder de indruk ben na alles wat ik hiervoor al heb mogen zien. Dus op naar het volgende uitzichtpunt. Doordat het pad veel tussen de bomen loopt heb ik geen last van wind, hoewel er soms een vlaag komt die het hele bos in één keer lijkt om te blazen. Ook de regen dreiging is inmiddels voorbij. Na 2,5u klimmen steekt er ineens een kleine soort apenrots uit de bomen. Daarbovenop zitten al een aantal apen van het soort homo sapiens te genieten van de omgeving. Bovenop de rots heb je een prachtig 360 panorama uitzicht. Driekwart daarvan wordt gevormd door de enorme bergen, die telkens als opzichzelf staande blokken verticaal uit de grond steken. Het lijkt bijna op een amphitheater waar wij het middelpunt van zijn. Als ik mij omdraai kijk in ver terug in de vallei waar ik 3 dagen geleden begon. Kilometers ver zie ik het blauwe meer en de glooiende heuvels, met daarboven de licht bewolkte blauwe lucht. Met recht is dit punt onderdeel van deze W trek. Na een geniet momentje kruip ik weer de bossen in om niet te laat bij de camping aan te komen. De afdaling is een marteling voor de knieën ondanks het gemis van de backpack. Terug bij het stoppunt maak ik dankbaar gebruik van het toilet en neem ik mijn havermout mengsel met koud water. Dankzij de gletsjers is drinkwater uit elk stroompje te verkrijgen. Dit scheelt ook een hoop gesjouw van de liters die je op zo'n dag drinkt.

Met de hele backpack vertrek ik richting de camping. Deze tocht duurt langer dan ik had gehoopt. Ik loop nog een stukje langs een kiezelstrand waar de snijdende wind weer van zich laat zien. Bij het zien van de camping slaak ik een zucht van verlichting uit. Ik ben net binnen de verwachte 11 uur gebleven, maar die 11 uren waren ook nog eens veel klimmen en dalen. Op de camping blijk ik een deluxe tent te hebben geboekt gezien dit de enige optie was. Het blijkt één van de daktenten die hier niet op auto's zijn gemonteerd maar op metalen frames. Hoewel het moeten klimmen op de ladder geen meerwaarde is, is het wel leuk om een keer in zo'n robuuste grote tent te slapen. Voordeel is ook dat deze goed donker en winddicht is, wat de slaap vast ten goede gaat komen. Ik hang mijn eigen tent te drogen tussen de bomen en ga richting mijn diner. Deze keer heb ik diner in het restaurant. Ja, het is een raar idee dat op al die plekken in de bergen enorme gebouwen zijn geplaatst om toeristen van alle luxe te voorzien. Niet dat het eten hier bijzonder was, maar het was goed voor het aansterken. En gezellig om met een Koreaanse en, ja alweer een Nederlandse, man te praten. Maar daarna is het echt weer tijd om mijn spullen op te ruimen en mijn tent in te klimmen. En ik ben niet de enige, want die avond wordt er nog twee keer een poging gedaan om mijn tent in te klimmen. Dat is dan weer het nadeel van een tent huren waarvan er zoveel precies dezelfde te vinden zijn.

31 januari

Deze ochtend geen wekker, en ook geen haast als ik mijn buren hoor weggaan. Het wordt een minder lange dag dan de vorigen. De benen worden meteen getest door de tent uit te moeten klimmen op het dunne trappetje maar gelukkig gaat dat zonder problemen. Als ik even later weer onderweg ben hebben mijn knieën gelukkig genoeg rust gevonden in de nacht. Er staat geen wind en het is een zonnige dag. Daardoor is het echt een zomerse dag hiken. In de uitgestrekte vallei en op de plateaus is het daardoor echt een droge hete tocht. Gelukkig kom je wel regelmatig langs een stromend beekje om water bij te vullen. Op een populaire pauzeplek besluit ik ook mijn meegebrachte toast en pindakaas te verorberen. We worden omringd door kleine roofvogels die graag een graantje meepikken. Voor mij kijk ik uit over een uitgestrekt heuvellandschap en achter mij liggen de hoge bergen waar enkele condors zweven. Het vervolg van de tocht duurt langer dan verwacht. Na een spannend moeras stukje waar ik met de zware rugzak op moet passen niet volledig weg te zakken kom ik op een stoffig droog pad dat stijl omhoog loopt. De laatste twee uur zijn daardoor zwaar. Ik kom langs een bordje "the windy pass" waar zelfs het kleinste zuchtje wind ontbreekt. Maar wel welkom zou zijn in deze omstandigheden.

Na 5 a 6 uur klimmen kom ik op mijn camping aan. Er staat een flinke rij om in te checken omdat de check-in op een mañana mañana tijd open ging blijkbaar. Nu ik enigszins bezweet stilsta speelt ironisch genoeg een gure bergwind op als mosterd na de maaltijd. Ik heb een tentplek geboekt wat op deze bergrand betekent dat je de tent op een gebouwd plateau kan zetten. Ik heb een van de achterste waardoor ik die avond meermaals een stijl stuk moet klimmen op los zand, en dat op mijn slippers. Bij het ontbreken van haring mogelijkheden bevestig ik mijn tent met een hoop stenen aan het plateau. Ik heb wederom diner in het restaurant, wat deze keer echt een lekker stuk zalm is. Onder mijn gezelschap is een Frans stel wat ik al even op de catamaran sprak. Ze zijn internationaal georiënteerd en spreken daardoor goed Engels. Na een gezellige avond duik ik mijn tent in, want deze keer zal de wekker mij wel gaan behoeden voor het luilakken.

1 februari

Ik ben al even wakker geworden van mijn vroege buren, wat mij de kans gaf mijn kleren alvast in de slaapzak op te warmen. Om kwart voor 4 geeft mijn wekker aan dan toch echt op te staan. Ik pak mijn dagrugzak en begin de stijl klim naar het laatste uitzichtpunt van de trek. Tevens de meest bekende en populaire, mede omdat deze te bezoeken is voor dag toeristen. Het is pikdonker in de bossen dus mijn hoofdlamp is hard nodig. Het geeft een bijzondere ervaring omdat je geen idee hebt hoe de omgeving er uit ziet. Ook kom ik nauwelijks anderen tegen waardoor het extra avontuurlijk voelt. Soms kom ik op een open stuk en dan zie ik de mooie sterrenhemel boven mij. In de bossen is er weinig wind waardoor het nu toch ook goed te doen is in een shirtje en korte broek. De laatste drie kwartier klim ik boven de boomgrens en is het echt klauteren over de rotsen naar boven. Ik voel me energiek waardoor het tempo er lekker in zit. De lamp is niet meer nodig, hoewel die wel helpt om de reflecterende routepaaltjes te vinden, want er is echt geen wijs uit te maken over welke stenen je moet klauteren om op het pad te blijven. Iets voor zessen kom ik aan op de plek van bestemming. De drie enorme puntige rotsen boven een gletsjermeertje zijn het karakteriseren decor van Torres del Paine. Nu is het wachten op de zonsopkomst die deze drie koningen in vuur en vlam zet. Er waait een snijdende wind die zelfs verstopt tussen de rotsen moeilijk te ontwijken is. Voor het eerst had ik nog wel een extra laagje in mijn backpack gewaardeerd. Veel mensen hebben hun dikke slaapzak meegenomen en liggen op de rotsen te wachten alsof ze ik een bioscoop zijn. Terwijl de tijd voorttikt en de hemel steeds lichter wordt, vergaat de hoop van eenieder dat de karakteriseerende rode gloed op Torres del Paine nog gaat plaatsvinden. Hoewel we de afgelopen 5 dagen echt geprezen zijn met droog en zonnig weer, hebben we hier de pech van een flut zonsopgang. Na een uur rillen loop ik naar het meertje om van daar nog wat foto's te maken. Daarna ga ik weer naar beneden door de bossen die mij beschermen tegen de gure wind. Om 8.30u ben ik weer op de camping waar ik mijn tent inpak en mijn havermout ontbijt neem in het gezelschap van het Franse stel.

Wat volgt is een lange saaie afdaling over een zanderig pad waardoor er weinig tempo of afwisseling in zit. Onderweg kom ik de vele dagtoeristen tegen die zwoegend en zwetend met een dagrugzak omhoog ploeteren. Om 11 uur ben ik beneden in een mooi toeristisch centrum en heb hier nog een paar uur te doden voordat de bus terug komt. Niet veel later arriveren de Fransen waarmee ik de tijd dood met leuke gesprekken en een potje kaarten. We wisselen nummers uit en im 14u pak ik de bus terug terwijl zij een half uur later de bus hebben. Terug in Puerto Natales neem ik een verfrissende douche en ga richting een aanbevolen restaurant. Deze gaat pas om 19u open dus enkele minuten eerder ben ik klaar voor de opening terwijl ik de Fransen onderweg nog even toezwaai. Het op tijd aanwezig zijn blijkt een goede keus. Al snel zijn de niet gereserveerde plekken in het kleine restaurantje gevuld en veel volgende bezoekers moeten worden teleurgesteld. Er zijn veel Nederlanders, wat niet gek is want deze aanrader is niet alleen op kwaliteit maar ook op prijs. Mijn heerlijke risotto maakt de verwachting helemaal waar. Terug in het hostel oriënteer ik mij nog even op het plan voor de komende dagen en dan is het tijd om wat slaap in te halen.

Peru deel 6

29 april

De wekker gaat om 4 uur, toch voel ik me voldoende uitgerust. Ik ben niet de enige die wakker is, vanuit de jungle klinkt het geluid van vogels, mogelijk apen en wie weet wat voor geluid een luiaard maakt. Pas als de hanen beginnen te kraaien wordt het storend en tijd om te vertrekken. Onderweg naar de boot blijkt de luiaard tot onze grote verbazing nergens te bekennen. We hadden verwacht dat dit trage dier wel een tijdje in de buurt zou blijven hangen. We stappen in onze boot en hebben een uur te varen naar de rotswand waar papegaaien en ara's op af komen vanwege de mineralen. Onderweg op de brede rivier is het genieten van de langzaam opkomende zon die een regenboog aan kleuren aan de hemel brengt. Ook is het heerlijk verkoelend op de boot in de ochtend. Als we op de plek zijn aangekomen kunnen we uitstappen bij de rotsachtige oever. We zijn mooi vroeg zodat we de eerste activiteit kunnen spotten. Hoog in de bomen zien we de eerste groene papegaaien verschijnen. Wat later spot Marcos ook twee valken, een stelletje. Ik kan erg genieten van deze prachtige roofvogels met hun bruin witte veren en scherpe blik in de ogen. Het nadeel is dat ze mogelijk andere vogels weghouden van deze plek. Als de zon volledig boven is stappen we weer in de boot. We varen net om de hoek en daar zitten tientallen groene papegaaien en blauw groene ara's op de 'clay lick'. Ze maken een enorm kabaal en met een aantal boten op het water aanschouwen we deze Amazone ochtendkroeg waar de vogels hun mineralen nuttigen en sociale interacties hebben. De veelheid aan dieren en het gemak waarmee we (de 6 boten met toeristen) ze kunnen spotten maakt het voor mij wel minder magisch dan de eerste papegaaien die we vroeg in de ochtend in de bomen moesten zoeken.

Na 10 minuten keren we terug naar de Lodge voor ontbijt. Als we bij de Lodge terugkomen, worden we aangenaam verrast door de terugkeer van onze luie vriend. Deze keer hangt hij nog grappiger dan vorige keer aan de palmboom, met zijn hoofd boven de bladeren uitsteken maar zijn lichaam nog aan de onderkant van de bladeren. Het blijft een heerlijk gezicht hoe dit dier in een onmogelijke positie lijkt te hangen maar alle rust en vriendelijkheid uitstraalt. We gaan snel ontbijten, want het is een vol programma vandaag. We gaan na het ontbijt naar een plek waar we hoog in de bomen over bruggen kunnen lopen, de canopy walk. Als we naar de boot lopen zwaait de luiaard ons in zijn nieuwe pose uit en dan varen we naar de volgende, ietwat toeristisch opgezette plek. Marcos benadrukt dat de torens en bruggen 100% veilig zijn, wat de argwaan van deze constructies alleen maar vergroot. Het is al spannend om zo'n 12 meter omhoog te klimmen in de gammele toren. Als we boven zijn kunnen we met 10 meter afstand tussen elkaar de hangbruggen bewandelen. De wiebelige brug met twijfelachtige latjes tezamen met de hoogte zorgt ervoor dat ik toch wel een touw vastpak tijdens het lopen. Zweten is het sowieso op deze warme dag, zeker als je in de volle zon loopt zo hoog in de bomen. Het is wel weer gaaf om zo'n positie te hebben, kijkend op de hoge takken en het oneindige uitzicht op de bomen. Dieren spotten blijkt ook hier helaas geen makkie. De Duitse bioloog en ik lopen achteraan zodat we genoeg tijd hebben om eventuele boa's te spotten. Maar zelfs bij een tarantula nest op een boom tussen de bruggen in krijgen we het diertje niet de hitte in gelokt. Bij de volgende brug zie ik ineens in de verte een roodharig gedaante met een palmboom omlaag slingeren. Dat moet zo'n herrie aap zijn geweest! De dichtbegroeide jungle geeft echter geen zicht op meer activiteit. Marcos roept ons dat we toch echt moeten gaan dus we lopen maar verder. Als we bij de eveneens gammele eindtoren naar beneden lopen, komt zowaar de rode aap met een kleintje over een kabel aan de toren onze richting op gekropen. Zeker met het voorzichtige knaapie er achteraan is het erg leuk om nog even te mogen aanschouwen. Als we teruglopen naar de boot blijkt dat we hier nog 20 minuten moeten wachten, en hadden we eigenlijk die 20 minuten nog wel hoog in de bomen willen zijn.

Als we terug op de boot zitten merk ik dat ik mijn stalen drinkfles heb laten liggen. Marcos geeft aan dat ik die vanmiddag nog wel kan ophalen. Bij de Lodge is het tijd voor lunch om daarna te gaan kajakken op diezelfde rivier waar we normaal met de motorboot op gaan. En waar de piranha's, anacondas en kaaimannen ook ronddwalen. De Duitsers gaan per stel in een kajak en ik heb er eentje voor mij alleen. Ik heb mijn telefoon in een plastic zak ingepakt maar besluit toch om deze in de boot te laten. We kajakken langs de oever stroomafwaarts. Onderweg zie ik een plek waar veel vlinders zitten vanwege de mineralen. Dit zorgt voor een vredig en kleurrijk tafereel aan de waterkant. De Duitsers zijn al doorgevaren dus ik moet even tempo maken om ze bij te blijven. Maar dan merk ik dat mijn kajak steeds dieper wegzakt. Ik zie een lege motorboot langs de kant waar ik naartoe sprint en instap. Op dat moment komt mijn kajak weer bovendrijven en er blijft ook geen water inliggen. Tja wat moet ik dan nu? Voordat ik een weloverwogen besluit kan maken over mijn kajak wordt dit afgedwongen door wild blaffende honden die mijn kant op komen rennen. Hop de kajak in en maar zien hoe dat afloopt. De eerste seconden lijken prima maar al snel pakt de kajak zoveel water dat ik nog maar één keer ding kan doen. Peddel omhoog, help roepen naar onze motorboot die op een afstandje met ons meevaart. En nog geen seconde later is de kajak zo zwaar dat ik omkantel. Vanuit het water draai ik met moeite mijn kajak weer recht en klim er bovenop. Liggend op mijn kajak wacht ik tot de boot bij mij is en ik klim aan boord. Als we de waterzware kajak de boot in weten te hijsen wordt duidelijk wat het probleem is. Blijkbaar zit er een stop achterin de boot, waarschijnlijk om een extra handicap te creëren bij wedstrijden, en die stop was kwijt. En door de snelheid die ik maakte met al mijn gewicht achterin hing het volloopgat in het water. Nadat we de kajak redelijk leeg hebben gekregen, krijg ik een stop gefabriceerd van een plastic zakje en een bougie en kan ik weer op pad. De kajak blijft drijven maar heeft toch wel wat water gepakt voor extra uitdaging. Als we bij ons eindpunt zijn zegt Marcos dat ik nog verder kan kajakken naar de overkant om mijn fles op te halen. De bootman vaart achter mij aan. En zo heb ik nog een half uur extra te kajakken met mijn half lekker kajak. Aan de overkant kajak ik langs de oever en zie doodshoofdaapjes door de bomen springen. Mijn extra inspanning levert dus ook nog een mooie wildspot op! Bij het restaurantje aangekomen waar we buiten hadden gewacht, zie ik mijn fles niet liggen. Als ik het binnen wil vragen blijkt mijn niet-Spaans voor een flinke uitdaging te zorgen. Dan komt de bootman binnen, maakt een praatje met de oude restaurant eigenaar en dan lijkt het duidelijk te worden. Ik krijg te horen, voor zover ik het begrijp, dat de serveerster de fles achter slot en grendel had gelegd en die is even weg. Maar ze geven mijn fles tegen de avond af bij de Lodge. Met die hoop stap ik in de boot en varen we stroomopwaarts terug naar de zijrivier waar de rest is uitstapt.

Als we daar aankomen, stap ik van de boot af en gaat de bootman met de kajaks daar aan de slag. Ik loop verder landinwaarts langs de rivier op zoek naar de groep. De rivierbedding van klei is erg zacht en hoe verder ik kom hoe dieper ik wegzak. Als ik tot mijn knieën vastzit wordt het moeilijk er weer uit te komen. Gelukkig lukt me dat en ik probeer het hogerop te zoeken op de vaste bodem. Daar is helaas als snel geen begaanbare weg te vinden. Maar verderop zie ik op de rivier het bootje waarin Marcos en de Duitsers al zitten te vissen. Dus ik loop weer richting de rivier maar de zachte klei is echt onbegaanbaar. Marcos geeft aan dat ik hier moet blijven wachten. En dan gebeurt er iets wat ik niet zag aankomen. Onze bootman is met zijn grote logge boot toch door de nauwe, ondiepe rivier gekomen en bevrijdt mij uit mijn onmogelijke positie. We varen naar het bootje van Marcos en ik krijg van hem een vislijn om ook te gaan vissen. We dobberen wat op het rustige plekje in de hoop dat er een vis aan de haak komt. De bioloog heeft beet en haalt zowaar een mooie vis uit het water. Een erg stekelige vis dus Marcos besluit dat we deze maar weer terug het water ingooien. Ook al geniet ik van de rust en de mooie omgeving, het stilzitten en wachten op een vis die bijt is niet mijn favoriete bezigheid. Zeker als die vis dan ook niet bijt. Als Marcos voorstelt om weer te vertrekken, heeft de bioloog toch weer beet. Hij heeft er waarschijnlijk toch meer gevoel voor. Het is een mooi visje om mee te nemen voor het diner, en zo varen we in ieder geval met enige voldoening terug naar de Lodge.

Op de Lodge aangekomen is het voor de Duitsers tijd om hun spullen te pakken en terug te gaan naar Puerto Maldonado. Ik neem afscheid van hen en bedank ze voor een leuke ervaring samen, met in mijn achterhoofd het verschil met de ervaring op mijn Salkantay trek. Mijn programma voor vandaag zit er op dus ik maak een praatje met twee andere Duitsers die vanmorgen zijn aangekomen. Ik wil ze de vogelspin van de boom dichtbij onze Lodge laten zien. Als we in de buurt van de boom komen zie ik ineens twee oranje bolletjes in de boom oplichten als ik er met mijn hoofdlamp op schijn. Het beestje is voorzichtig maar houdt ons ook goed in de gaten. Als we dichterbij komen kunnen we net zijn kopje zien. De vogelspin zit nog in haar nest verstopt. Dan komt de gids van het stel naar ons toe om hen te halen voor de avondsafari. Hij geeft aan dat het een buidelrat is die in de boom zit. Dat doet mij denken aan mijn ontmoeting met eentje in Nieuw Zeeland, die bleef mij toen ook nieuwsgierig aankijken van achter de boom.

Als het Duitse stel op avondsafari gaat besluit ik nog wat te lezen in mijn hangmat. Op dat moment komt Marcos aan met mijn fles, die zojuist gebracht is. Wat fijn om die ook weer bij me te hebben aangezien ik op een dag toch heel wat water meesleep en wegdrink. Bij het avondeten word ik deze keer wel verrast met de verse vis op mijn bordje. Voor het eerst ben ik een verse, onbewerkte vis zelf aan het ontleden om zonder graatjes lekker op te peuzelen. Het is te proeven dat de vis vers is, ook al heeft hij verder weinig smaak. Omdat we laat gegeten hebben ga ik snel daarna mijn bed in. Het was een lange dag die al vroeg begon.


30 april

Ik word rond half 8 wakker en kan rustig aan doen. Vandaag vertrekt de boot om 9 uur naar Puerto Maldonado, daar pikken we mijn nieuwe reisgezelschap op en gaan dan door naar onze nieuwe bestemming. Een boottocht van 6 uur door de grote en kleinere rivieren diep in de jungle. Daar zit een plek waar veel rode ara’s in de ochtend komen voor de mineralen, dus daar gaan we slapen. Ik pak mijn spullen zo in dat ik dit weekend alleen een dagrugzak mee hoef te nemen. In Puerto Maldonado blijkt het wederom een Duits stel te zijn die met mij de lange reis aangaan. Ik koop nog even een aanvullend ontbijtje in een supermarkt en dan begint de lange tocht. We varen langs de Clay Lick waar we gisterenochtend zijn geweest en niet lang daarna nemen we een zijrivier die iets smaller en rustiger is. Er zijn hier geen woningen of akkerlanden langs de rivier te vinden maar af en toe varen we langs een plek waar hout gekapt wordt. Daar staat dan ook meteen een generator die veel herrie maakt en het contrast met de prachtige rustige natuurgeluiden is enorm en afschuwelijk. Het voelt onnatuurlijk en de gedachte dat op deze plekken de pracht van de Amazone wordt beschadigd is pijnlijk. Na een uur op deze rivier spotten we capibara’s langs de oever. De gigantische cavia’s zijn erg schuw dus verstoppen zich al snel in de diepbegroeide jungle. Gelukkig hadden we in die paar seconden een goed zicht op de grootste knaagdieren ter wereld. Niet veel later leggen we op een strandje aan om te lunchen. Op het strandje zie ik weer een plek waar de vlinders de mineralen halen en geniet wederom van het kleurenspektakel. De rijst in bananenbladeren blijft ook een leuk picknick spektakel, en deze keer zit er ook een kippenbout in verpakt. Ook krijgen we een warmgekookte bakbanaan wat in structuur en smaak een combinatie lijkt van een aardappel en een banaan. Een heerlijke vullende banaan dus, en mijn geluk is dat ik die van de Duitse dame ook mag hebben. Zo eet ik mijn buikje rond en gaan we per boot weer verder naar onze bestemming. Ik blijf om mij heen kijken wat ik in de bomen of het water kan spotten maar er is niet veel wildlifde te bekennen. Af en toe vliegt er een papegaaitje van ver over, en ik zie één keer een koekoek overvliegen met haar prachtige oranje verenpak. Uiteindelijk komen we na een lange reis aan bij een onderkomen van goudzoekers. Het is een grote familie met jonge mannen, kleine kinderen en vrouwen van twee generaties die een sobere verblijfplek hebben gebouwd. Mijn bed bestaat uit een paar planken op boomstammen, een matrasje erbovenop en daarboven hangt een klamboe. Marcos weet het mooi te verkopen wijzend naar het mooie uitzicht op de rivier. De Duitsers bieden mij aan om bij hen in de tent die voor hun wordt opgezet te slapen, maar ik ben wel content met mijn openluchtbedje. Na alles wat ik inmiddels heb meegemaakt is dit een mooie volgende ervaring. Als de tent staat worden we door de bootman naar de overkant getaxied. Marcos pakt twee kapmessen, geeft er eentje aan mij en begint zelf driftig een pad te hakken door de jungle. Wij lopen achter hem aan en als hekkensluiter probeer ik nog wat takken die in de weg hangen af te hakken met mijn stoere machete. Na een klein half uurtje hakken en lopen komen we op de plek aan waar we morgenochtend de ara’s gaan spotten. Marcos begint een open plek te hakken en wij gaan aan de slag om een aantal dunne boomstammen te vinden om een dak van te bouwen. Op het dak leggen we weer bladeren en zo hebben we in een uur in de bloedhete jungle een onopvallende vogelspotplek gebouwd. We hebben zelfs een soort bankje die uitzicht geeft op de clay lick aan de overkant van de rivier. Als we klaar zijn met hakken horen we het gekrijs van een Ara. Met de verrekijkers weten we twee rode ara’s te lokaliseren. Eén ervan blijft lang op haar plek zitten waardoor Marcos zijn soort telescoop weet op te zetten en we de ara goed kunnen bekijken. Na 20 minuten uitrusten en genieten van de ara lopen we weer terug naar de taxiplek waar we de bootman roepen.

Als we terug zijn op de slaapplek hebben we nog wat tijd te doden tot het eten. Onze begeleiding mengt zich met de goudzoekende locals en zullen ook in hun open keuken het diner voorbereiden. Op deze plek is verder weinig te doen of beleven dus al kletsend doden wij met zijn drieën de tijd. Uiteindelijk duurt het nog heel lang voordat het eten wordt geserveerd, en hebben wij het vermoeden dat dit komt door de Spaanstalige soapserie die door de hele groep aandachtig wordt bekeken. Deze plek voelt steeds minder oké, met de goudzoekers die een generator meesjouwen om televisie te kunnen kijken in de jungle, hun grof afval gewoon ergens in de natuur dumpen en hagelpatronen hebben liggen die volgens Marcos alleen worden ingezet om voor eten te jagen. Als het avondeten klaar is worden we niet bepaald verrast met de rijst, aardappelen en kip. Wel is het gezellig als Marcos bij ons komt zitten en wij wat meer te weten komen over onze gids en de lokale tv-programma’s. Na het eten is het alweer bedtijd. Als ik mijn klamboe opengooi en erin kruip zie ik dat er al een paar motten, torren en een duimgrote spin in zitten. Ik slik even en besluit dan mijn ogen te sluiten en écht tussen de dieren een prima nachtrust tegemoet te gaan. Dat gaat prima, maar die nacht word ik toch een keer wakker en moet echt even plassen. Dat betekent zaklamp vinden zodat ik mijn sandalen kan inspecteren voordat ik er instap. Als ik lamp aandoe blijkt de klamboe gevuld te zijn met nog veel meer vriendjes en vriendinnetjes, inclusief een nog grotere spin. Ik haal mijn schouders op, zoek een plasplek op bij dat mooie uitzicht en stap weer mijn klamboe in. Ik dank de grote spinnen voor het weghouden van vervelende vliegbeesten en val weer in slaap.


1 mei

Half 6 gaat de wekker en is het tijd voor het volgende jungle avontuur. We pakken onze spullen, taxiën naar de overkant en lopen over ons versgehakte pad naar de mooie jungle schuilplaats toe. We horen al een aantal ara’s dus gaan zitten op ons bankje en pakken de verrekijkers. Ondanks hun felle rode vacht zijn ze moeilijk te spotten van ver weg in de dichtbegroeide bomen. Na een tijdje vliegt er een zwerm een rondje en doordat we kunnen zien waar ze landen weten we ze ook makkelijker te spotten. De grote papegaaien blijven rustig op hun plek zitten en wachten volgens Marcos op nog meer ara’s voordat ze van de kleiwand gaan smullen. Inmiddels is de zon op en deze schijnt recht op ons bankje. Het is moeilijk uit te houden op het bankje dus ik ga wat verder terug staan in de schaduw. Hier staat ook Marcos zijn telescoop die gericht staat op een stelletje met een kleinere ara erbij. Veel tijd gaat voorbij zonder dat er veel verandert aan de situatie. We besluiten om eerder terug te gaan om te ontbijten in de hoop dat er later op de ochtend meer activiteit is. Na het traditionele Peruaanse ontbijt, gelukkig in voldoende mate, keren we terug naar onze schuilplek. Helaas blijkt er weinig verandert, en in de uren die volgen gaan er juist meer ara’s weg dan dat er bij komen. Zouden ze ons dan toch hebben gespot in onze mooie schuilplek? Het programma van de hele ochtend bestaat uit ara’s spotten dus veel anders hebben we niet te doen. We stellen voor om een jungle wandeling te maken in de hoop ergens nog andere dieren te spotten en in ieder geval even te bewegen en uit de zon te zijn. Voor de Duitsers is het hun eerste jungle wandeling dus dat is altijd een leuke ervaring. Op een aantal kleine spinnetjes en mieren na spotten we helaas geen bijzondere dieren tijdens onze wandeling. Wel zie ik nog een boom tegen die ik nog niet kende. Deze boom lijkt op de wandelende boom door de vele wortels die boven de grond staan. Maar aan die wortels hangt soms nog een soort wortel die nog richting de grond moet groeien, maar de vorm ervan lijkt precies op een penis. Ik maak er een foto van, en verderop in onze tocht wijst Marcos naar eenzelfde soort boom en vertelt ons dat de medicijnmannen deze piemels aan de boom gebruiken om een soort viagra van te maken. Ik ben weer gerustgesteld dat ik niet de enige ben die zulke associaties heeft bij het zien van de boom. Na een half uurtje wordt het pad onbegaanbaar en lopen we terug naar onze schuilplek. Op een paar ara’s na is het een verlaten plek die niet meer uitdaagt om te blijven spotten. Niet veel later pakken we dan ook onze biezen en verlaten enigszins teleurgesteld weer de plek. Ik ben blij met de ara’s die ook gisteren al hebben mogen spotten en besef me weer heel goed dat dieren spotten in de jungle geen garantie is.

Terug bij de slaapplek zie ik nog een kolibrie in de boom zitten en weet eindelijk een foto te maken, al is het van veraf. Na een uur of anderhalf krijgen we spaghetti als lunch en ook hier mag ik weer flink bijscheppen om aan een Gerton portie te komen. Dan is het zover en gaan we met de boot terug naar Puerto Maldonado. Ook op de terugweg zien we onderweg alleen wat kleine vogels. Het is heerlijk verkoelend zo varend op het water. Ook hoeven we deze keer de reddingsvesten niet om te doen, wat vooral een vereiste rondom Puerto Maldonado lijkt. Na een lange boottocht die ik vul met voor me uit staren en lezen wordt ik afgezet in de haven. Ik neem afscheid van het stel dat nog 2 dagen in de Lodge zal verblijven en wordt door één van de bemanningsleden naar mijn hotel gebracht. Daar aangekomen plof ik mijn spullen neer en loop door de warme stad naar een plek met lokale eettentjes waar ik een eenvoudige hamburger eet. Op de terugweg loop ik in het donker door de stoffige straten waar redelijk wat verkeer maar verder weinig leven op straat is. Ik vraag me af of dit als veilig of onveilig wordt bestempeld maar na 3 weken door Peru slenteren voel ik mijzelf genoeg local om niet zomaar als slachtoffer te worden gezien. Terug aangekomen in mijn hotel douche ik het laatste junglezweet van mij af en plof in een ruimte vol luxe. Helaas verruil ik vanaf nu ook het nachtelijke jungleorkest voor de stedelijke bak herrie. Gelukkig weerhoudt het mij er niet van om al snel in slaap te vallen.


2 mei

Deze ochtend kan ik lekker uitslapen en word wakker om half acht. Door een foutje in de boeking van mijn vlucht naar Lima vlieg ik niet om 11u maar pas om 16.30u. Ik heb dus alle tijd om mij nog te vermaken in dit kleine stadje vandaag. Na een standaard ontbijt pak ik mijn spullen, lever mijn backpack bij de receptie in en ga op pad richting het centrumpje. Het is even lopen en onderweg zie ik al een paar leuke tentjes om eventueel te lunchen. Ceviche, het typische Peruaanse visgerecht, heb ik nog niet gegeten deze vakantie dus dat lijkt me perfect voorafgaand aan de vlucht. Als ik in het centrum kom slenter ik de winkeltjes een beetje af. Enerzijds om een goede bestemming voor mijn resterende soles te vinden, anderzijds om de tijd te doden. Eigenlijk heb ik niets nodig en kom ik niet veel verder dan wat cacaorepen. Zelfs in de outdoor winkel vind ik niets naar mijn smaak en besluit ik die stoere machete te laten liggen. In een lokale kledingwinkel vind ik nog een wat shirts maar daar houdt het dan ook mee op. Als ik via een andere route richting mijn hotel loop kom ik uit bij een binnenmarkt. Er is van alles te koop in de kleine winkeltjes en de versmarktjes. Ook hier zijn een aantal restaurantjes die Ceviche serveren en ik besluit hier ook het befaamde gerecht te bestellen. Ik neem plaats tussen de Peruanen en al snel krijg ik een soep zoals je die bij de meeste restaurants standaard vooraf krijgt geserveerd, in dit geval een quinoasoep. De ceviche volgt snel daarna. Het bord ligt vol met stukjes witvis in een waterige saus met citroensmaak en wat stukjes groenten erbij. De vis is erg smaakvol maar wat mij betreft te veel, waarschijnlijk door de enorme plas saus waar deze in drijft. Tja, soms heb je op zulke lokale plekjes juist de beste gerechten, en in dit geval lijkt het meer een soort fastfood ceviche te zijn. Goed plan om terug naar het hotel te gaan. Ik neem onderweg nog een stuk watermeloen als toetje en terug in het hotel pak ik mijn backpack en ga op zoek naar een taxi. Dat is niet zo moeilijk in een stad die overgoten is met tuktuks. De eerste laat ik om onbekende reden schieten en als de tweede op mijn signaal stopt, blijkt dat ik één van de weinige tuktuks heb gevonden waar een vrouw in zit. Of beter, één van de weinige vrouwelijke beroepschauffeurs van het land heb gevonden. Met een touwtje doet ze de deur achter zich open en ik prop mijn bagage en mijzelf in het achterbakkie. Naast haar zit haar zoontje van een jaar of 3 die duidelijk gewend is om met mama mee te rijden. Het grappige driewielertje scheurt vol gas over de recht toe recht aan wegen naar het vliegveld. De vrouw trekt weer aan het touwtje zodat ik me weer uit de tuktuk kan worstelen. Bij de ingang van het vliegveldje wordt mij voor het eerst sinds tijden verzocht om een mondkapje, nee zelfs twéé mondkapjes te dragen. Bij het inchecken moet ik mijn grote waterfles juist uit de ruimbagage halen en mag ik deze meenemen in mijn handbagage. Vervolgens kom ik in een klein halletje vol met mensen die allemaal wachten op dat ene vliegtuig naar Lima. Niksend kom ik het volgende uur door en daarna mogen we naar het vliegtuigje lopen dat klaarstaat op die ene baan die het vliegveld rijk lijkt te zijn. De vlucht zelf is zo gepiept en zo landen we al snel in Lima. Waar ik normaal altijd wat moet zoeken naar de weg als ik op een vliegveld land weet ik nu zo mijn weg te vinden naar de uitgang en het busstation. Het vinden van een bus blijft wel lastig. Continu stoppen er minivan’s volgepropt met mensen die dan toch nog proberen extra passagiers op te pikken. Een aantal iets grotere busjes komen ook met een hoop bombarie aangescheurd waar vervolgens een aantal mensen instappen terwijl de bus nauwelijks tot stilstand komt. Maar de bestemmingen die de bussen aangeven kan ik helemaal niets mee en die officiële lijnbus die ik de vorige keer had wil maar niet komen. Na een goed half uur ga ik toch maar een poging doen om die commerciële scheurbusjes te begrijpen en al snel wijst een soort propper mij naar een bus die ondanks dat de bus het niet aangeeft toch echt naar Miraflores gaat, de meest populaire bestemming voor toeristen. Ik neem rustig plaats, pak mijn boekje en na een rit van 40 minuten zie ik op google maps dat ik inderdaad dicht bij mijn hotel kan uitstappen en roep de buschauffeur dat ie mag stoppen voor me. In een paar minuten loop ik naar mijn hotel. In de bus heb ik redelijk wat van mijn snacks opgemaakt dus het avondeten kan ik wel overslaan deze keer en meteen gaan douchen en naar bed.


3 mei

Mijn één na laatste dag in Peru is aangebroken. Ik heb geen plannen meer in Lima en ook na wat Googlen kom ik niet op het gouden idee. Echte mooie natuurgebieden zitten op een dag rijden afstand, maar er lijken wel wat bergjes dichtbij waar ik wellicht met de fiets naar toe kan. Vandaag moet ik mij weer verplaatsen naar een ander hotel omdat ik hier niet kan blijven. Maar eerst profiteer ik nog van het ontbijt hier. Het is een buffet dus eindelijk kan ik weer lekker veel eten, al is het nog steeds het bekende recept van witte broodjes met boter en jam, roerei en banaan. Ook ligt er op de balie bij de kok een tree met eieren dus in plaats van roerei pak ik een lekker gekookt eitje. Als ik die aan tafel wil gaan pellen blijkt het echter een rauw ei te zijn en zo ben ik lekker aan het knoeien en mijzelf voor schut aan het zetten. Het waren blijkbaar de eieren die de kok gebruikte om de roerei te maken. Het leek mij ook al erg uniek dat ze hier wel gekookte eieren zouden hebben. Na een goed ontbijt pak ik mijn spullen en loop op mijn gemakje naar mijn volgende hotel. Onderweg loop ik nog over een marktje met souvenirswinkels die net open gaan en het nog heerlijk rustig is zo in de ochtend. Als ik mijn volgende hotel bereik kan ik gelukkig meteen de kamer op om mijn backpack neer te zetten en met de WiFi op te zoeken waar ik een fiets kan huren. Dat blijkt dichtbij te zijn dus niet veel later sta ik bij de fietsenverhuurder even verderop. Als ik de man vraag of het te doen is om naar die bergjes te fietsen lacht hij mij uit om dat het een onveilige buurt is waar ik beter niet kan komen. Aangezien ik nog helemaal geen onveiligheid heb ervaren in dit land verbaast het mij een beetje maar wellicht mag ik mij gewoon gelukkig prijzen daarmee. De man geeft me een route mee die ik als naïeve toerist wel zonder zorgen kan fietsen. Ik stap op de mountainbike en ga op verkenning door de stad. De route leidt me door allerlei saaie straten naar een soort archeologische vondst waar verder ook niemand is en het daardoor ook niets bijzonders lijkt. Als ik verder fiets kom ik langs de boulevard en daar kan ik prettig fietsen op een apart fietspad langs allerlei parkjes. Het is hier lekker fietsen maar tegelijkertijd mis ik toch de echte natuur en rust. Echt behoefte om ergens lang te stoppen heb ik niet dus al gauw fiets ik de gehele route uit. Ik besluit de fiets aan het eind van de route maar weer in te leveren aangezien een andere route dan weer onveilig zou kunnen zijn. Ik kleed mij in het hotel even om aangezien ik mijn schouders heb verbrand op de fiets en daarna strompel ik wat door het centrum en de straten van Lima die mij niet kunnen bekoren. Als ik wat verder uit het centrum loop kom ik weer langs de boulevard waar ik eerder fietste. Als ik die ben afgelopen loopt de middag ten einde en kan ik weer wat lekkers uitkiezen voor de avond. Google Maps geeft aan dat er verderop een pizzatent is en ook pizza is alweer even geleden. Als ik daar aankom blijkt door corona het eetgedeelte nog afgesloten te zijn en kan ik de pizza alleen afhalen. Omdat er in dit gebied geen bankje laat staan een parkje te vinden is eindig ik op mijn hotelbed met de pizzadoos op schoot. Herkenbaar van elke vliegreis is voor mij dat ik nog enkele dagen in een stad heb te vertoeven waar ik mij enorm verveel. Het overleven van de dag en eindigend in de hotelkamer met een pizzadoos op schoot is een erg tekenend moment ervan. Tegelijkertijd kan ik mij er ook niet druk om maken en kan ik het gemakkelijk accepteren. Misschien door het jungleritme dat ik nog in me heb, misschien door het boek van Eckhart Tolle dat ik gedurende deze reis ben gaan lezen of wellicht gewoon omdat ik ouder word. Die avond maak ik nog maar eenzelfde rondje door de stad en krijg zo wat mee van het leven op straat dankzij de zachte avondtemperaturen. Uiteindelijk geef ik me over aan de verveling en slenter weer eens terug naar mijn hotel om naast mijn pizzadoos in slaap te vallen.


4 mei

Het is dan zover, de laatste dag in Peru. Mijn vlucht vertrekt in de avond dus nog één dag te overleven in Lima. Ik heb zeker de afgelopen twee weken genoten van de pracht die Peru te bieden heeft, en dankzij de overgang naar de steden is het ook weer prima om terug naar huis te gaan. Vandaag ga ik lekker chillen in het parkje aan de boulevard. Als ik vraag of mijn backpack in het hotel kan blijven, krijg ik één of andere rare regel te horen dat het maar tot 3 uur gratis is en daarna betaal ik meer dan mijn hotelkamer heeft gekost. Uiteraard kan dat er ook nog wel bij in mijn uitdaging om te overleven in de stad; een grote rugzak om mee te slepen. Want uiteraard betaal ik uit principe niet nog voor het stallen ervan in het hotel. Achja, zien we vanmiddag wel weer. Ik slenter eerst nog wat door de straten waar ik gisteren mijn fietstocht begon op zoek naar een bakker of supermarktje voor mijn ontbijt. Dat blijkt een hele opgave te zijn en het duurt lang voor ik een supermarktje heb gevonden die alleen maar de standaard broodjes verkoopt. Als ik vervolgens een plekje zoek om het op te eten kom ik langs een bakkertje en daar kan ik nog een lekker stukje quiche kopen. In het grote park in het centrum van Miraflores eet ik mijn ontbijt in het zonnetje op. Die is inmiddels zo fel gaan branden dat mijn lange broek toch geen goed idee bleek te zijn. Het is inmiddels ook al 11 uur geweest dus wordt het wel eens tijd om naar de boulevard te gaan. Nog even naar het hotel dan om mij om te kleden. Op de hoek van het hotel opent op dat moment net een tentje waar ze pannenkoeken (panqueue) verkopen dus ik verwen mijzelf op een pannenkoek met fruit als een soort brunch. Dan loop ik naar de boulevard, zoek een rustig plekje en ga hier op mijn gemakje verder lezen in mijn boek. Afgewisseld met wat lopen, stretchen en even helemaal niets kom ik de ochtend goed door. Iets voor enen loop ik naar de rand van de rotsen en stap op het muurtje waardoor ik uitkijk op zee. Om één uur is het namelijk acht uur ’s avonds in Nederland en ook hier in Peru wil ik graag die twee minuten stilte pakken om stil te staan bij alle omgekomenen in de oorlog. Als de twee minuten nog maar nauwelijks voorbij zijn word ik aangetikt op mijn been en als ik naar beneden kijk staat er een man die mij iets wilt aansmeren in het Spaans. Enigszins geïrriteerd dat hij niet ziet dat ik daar totaal niet voor open stond wuif ik hem weg. Ik geniet nog even na van het uitzicht op zee en de stilte die ik ervaarde door er naar te kijken. Na nog een uurtje lezen pak ik mijn spullen en loop terug naar mijn hotel waar ik iets na drieën aankom. Gelukkig doet ze niet moeilijk en ik mag mijn backpack nog gewoon ophalen. Nog één keer verwissel ik wat kleding en spullen tussen mijn rugzakken om mij klaar te maken voor de vlucht. Dan loop ik met mijn grote backpack naar een eettentje waar ik een vroeg diner heb, niet wetend wat ze me in het vliegtuig voorschotelen. Dan ga ik al vrij vroeg op zoek naar een bus naar het vliegveld. Ook dit blijkt niet gemakkelijk en gelukkig is er na een paar mensen vragen iemand die mij wijst op een bus die op dat moment komt aanrijden. De buschauffeur legt mij uit dat door een wegafsluiting de bus langer onderweg is maar daar heb ik gelukkig ook de tijd voor. Gaandeweg de rit wordt het drukker en drukker in de bus. Mijn zitplek heb ik al afgestaan aan een oudere vrouw en ook mijn staplek wordt steeds minder luxe. Ik vind het allemaal best en hang met één hand aan de dakreling en de andere houd ik mijn boek vast zodat ik nog lekker verder kan lezen. Na drie kwartier moet ik echter vooral google maps in de gasten houden of ik niet binnenkort moet uitstappen. De rit duurt veel langer dan de chauffeur aangaf en als we dicht bij het vliegveld komen rijdt hij ineens de wijk in. Door de wegafsluiting rijden we een heel stuk door een stoffige achteraf wijk. Het is inmiddels donker geworden en ik ben ook zeker niet meer te vroeg op het vliegveld. Dan stopt de bus en is hier blijkbaar de dichtstbijzijnde uitstap voor het vliegveld. Vanaf hier moet ik door de ongetwijfeld onveilige buurt nog twee kilometer naar het vliegveld lopen. Onveilig voel ik me gelukkig niet en het is interessant om te zien hoe het leven hier op straat is met alle eet- en drinktentjes langs de weg. Ik kom vlak langs mijn eerste verblijf bijna vier weken geleden en besef me nu pas dat ik toen dus ook in het donker door een zogenaamde onveilige wijk liep met mijn enorme backpack. En zo kom ik bij het vliegveld aan en is de cirkel weer rond. De backpack wordt weer ingecheckt, de laatste soles worden uitgegeven aan een reep chocolade en het laatste hoofdstuk van mijn boek helpt mij door de wachttijd op het vliegveld heen. Deze keer is het enorm druk bij de gate en in het vliegtuig blijkt dan ook elke stoel bezet te zijn. Jammer want wat extra slaapruimte kan ik altijd wel waarderen. Naast mij zit een Aziatische man gewapend met dubbel mondkapje, plastic gezichtskap en desinfecterende spray die hij continu gebruikt. Ik voel me in het vliegtuig van KLM weer zo goed als op Nederlandse bodem, zet mijn mondkapje al snel weer af en vraag me af of hoe mijn buurman het gaat ervaren in ons landje zonder maatregelen. De vlucht kom ik door met eenvoudig vermakende films, wat stretchen op een plekje waar het kan en daarna doe ik weer een poging om te gaan slapen.


5 mei

Waarschijnlijk zijn meerdere pogingen om in slaap te vallen gelukt waardoor ik af en toe even weg ben geweest. Omdat we naar een vroegere tijdzone vliegen gaat de dag snel voorbij en zo kom ik na een vliegtuigontbijtje in Nederland aan waar het al richting het einde van de middag loopt. Op het vliegveld verloopt het allemaal soepel en ik stap zo de trein in die mij weer naar ’s-Hertogenbosch brengt. Na een spoedige reis kom ik aan het eind van de middag uiteindelijk in Rosmalen. Ik loop tussen de Bevrijdingsdag optredens door naar huis en al snel besef ik mij dat het gewone ritme weer voor de deur staat. De afgelopen weken waren heftig vanwege het lange reizen, de temperatuurverschillen en de hoogteverschillen. Tegelijkertijd heb ik ook ontzettend veel mogen ontdekken van Peru, de vrijheid gevoeld om mijn eigen weg te gaan en mogen genieten van de prachtige natuur. Ik heb echt nog veel dagen nodig om weer geacclimatiseerd te zijn, maar mijn eerste ervaring op een Amerikaans continent is een feit. Vast nog niet mijn laatste.

Peru deel 5

26 april

Voor de zoveelste keer word ik wakker van een klein dutje in de bus. Echt veel geslapen heb ik volgens mij niet. De rit naar de jungle stad was allesbehalve een rechte asfaltweg. In de vroege ochtend hebben we veel stops en al snel zijn de drie blanke toeristen nog de enige in de bus. We komen later aan dan gepland en de taxi wacht al op me. Het is een hete, maar ook benauwde ochtend en als ik eindelijk mijn backpack uit de bus krijg loop ik naar het taxibusje waar twee Duitse stellen al op mij wachten. Onderweg maak ik al even kort kennis met de groep waar ik de komende 4 dagen mee op zal trekken. Al snel arriveren we bij de rivier waar onze gids ons verwelkomt. We stappen op een klein motorbootje met gelukkig een dak voor wat schaduw. Het transport naar ons verblijf zet zich voort op een brede rivier omringd door groen, groen en groen. Onderweg stoppen we op een schijnbaar willekeurige plek om de zoon van de kapitein af te zetten bij zijn school. Niet veel later arriveren we bij onze steiger. We lopen door een tuin vol fruitbomen en zodoende kunnen we meteen een banaan plukken. We zien een hele mooie nachtvlinder op een plant zitten en even verderop vliegt een kolibrie rondom een paar grote bloemen. Onze hutten zijn goed afgeschermd voor muggen en ander ongedierte en erg ruim met een eigen badkamer. Op deze plek hebben we de ochtend door te komen, vanmiddag is er pas een programma. Met wat lezen en de omgeving verkennen lukt het mij aardig om de tijd te doden. Dan is het eindelijk tijd voor een goede lunch en niet veel later hoppen we op de boot om naar monkey Island te gaan. Onze gids houdt graag het tempo erin naar de plek waar hij denkt apen te spotten. Wij genieten echter van elke plant, boom, spinnenweb en vlinder die we onderweg zien. Één van de Duitse jongens is een bioloog wat het erg leuk maakt om met hem te spotten. Hij weet erg veel maar kan ook leuk meedenken met de vragen waar geen antwoord op hebben. Het is een coole eerste jungle ervaring. Maar zelfs met een stuk banaan in onze hand en apengeluiden lukt het niet om apen te vinden.

Op de terugweg proberen we nog kaaimannen te spotten. Langs de waterkant zien we echter vooral diverse kleine vogels en helaas een hoop afval. Uiteindelijk zien we dan toch ook twee kaaimannen onderweg. Terug bij de Lodge hebben we even de tijd voordat we te voet op een avondsafari gaan. In het donker in de jungle voelt wel een beetje creepy, zeker omdat we juist nu allerlei nare beesten kunnen spotten. Na lang zoeken ontdekt de gids een vogelspin van 20cm groot. Deze zitten veelal op boomstammen dus zijn dan goed zichtbaar en voelen wij ons veilig op het pad. De lange harige poten maken het een indrukwekkend diertje maar geen gewenste gast in de slaapkamer. Als we verder lopen zien we al snel een inimini schorpioentje. Hij gloeit op in het UV licht waardoor de gids hem weet te vinden. Ik kan me moeilijk voorstellen dat dit diertje van nog geen 2cm giftig genoeg is om mij pijn te doen. Wel een naar idee dat ze zo klein zijn dat ze echt ongezien ergens dichtbij je kunnen zijn, zoals zich verstoppen in mijn warme schoenen vannacht. We draaien om zodat we dezelfde weg terug lopen. Hoog in de bomen beweegt zich iets dat wel eens een aap kan zijn. Marcos, onze gids, laat een plaatje van een soort beertje zien wat we dus blijkbaar hebben ontdekt. We lopen door verder en bereiken bijna de Lodge. Plots schijnt Marcos met zijn zaklamp opzij en daar, vlak naast het pad, hangt een boa aan een plant. De slingervormige mintgroene slang is zo'n 1,5m lang en best dik. Hij blijft stokstijf hangen als wij hem observeren en zo kunnen we aardig dichtbij komen. Wat een machtig beest en voor mij minder eng of creepy dan de andere spots van vanavond. Dan zie ik ineens een grote kikker op de grond, die ook stokstijf blijft zitten. Waarschijnlijk was de slang op deze jongen aan het jagen toen wij om de hoek kwamen kijken. We genieten nog even van de toffe ontdekking en dan is het tijd voor diner. Het is mij ook duidelijk geworden dat al deze dieren niet zomaar ergens rondlopen of mensen opzoeken, wat een enorme geruststelling is om vanavond naar mijn kamer te lopen en mijn bed in te duiken. Ondanks de jungle geluiden, voornamelijk cicades, slaap ik die nacht als een roos.


27 april

Rond 6 uur word ik uitgerust wakker. Ik neem een verfrissende douche, hijs me met het klamme weer in mijn kleren en schuif aan bij het ontbijt. Traditioneel bestaat deze uit witbrood met jam en boter, waardoor ik daarna nog even een greep doe naar mijn reserve voorraad eten. Dan vertrekken we met de boot naar het Tambopata Nationaal Park. Daar aangekomen moeten we van de gids heel even een mondkapje op bij de inschrijving, wat waanzin lijkt gezien de warmte en de weinige mensen. Gelukkig is het een show van drie minuten en kunnen we de bijna doordrenkte mondkapjes weer afdoen en het zweet weer van ons hoofd laten druipen.

Als we het park inlopen zien we hoog in de bomen wat rode apen lopen. Het is moeilijk om ze goed te spotten, ondanks dat dit de grootste apen in het land zijn. Een stuk verderop horen we veel meer geritsel in de bomen, en als we stilstaan worden we getrakteerd op een show van zo'n tien doodshoofdaapjes. Sommigen plukken de vruchten uit de bomen, anderen zijn druk met elkaar aan het stoeien en nog eentje ontfermt zich over haar baby aapje. De speelse aapjes zijn hier gelukkig niet zo brutaal dat je van je spullen beroven. Toch is het duidelijk dat ook hier in de jungle ze erg actief en weinig schuw zijn. We genieten van de apenshow en lopen daarna weer rustig verder. Een poging om een vogelspin (tarantula) uit haar hol te lokken om een foto te maken lukt naar half; de grote spin schiet uit haar hol maar schiet er ook net zo snel weer in terug. We komen langs allerlei bijzonder bomen. Enorme bomen met wortels die zich golvend over de grond verspreiden. Bomen waar de stam nooit de grond raakt maar de wortels als pootjes vanuit de grond de stam dragen. Marcos vertelt ons dat deze bomen daadwerkelijk zich blijven verplaatsen met hun pootjes. Dan heb je nog de parasiet bomen die zich om de boom draaien en uiteindelijk ten koste van die boom overleven. Diverse bomen zijn hier dan weer op ingericht door doornen op de stam te hebben, of regelmatig hun schors los te laten en een nieuwe te groeien. Bijzonder dat ook onder de bomen hier een voedselketen actief lijkt te zijn.

Dan horen we enorm gebrul, alsof er leeuwen, beren of hard boerende bierzuipers in het park zijn. Geen van die theorieën blijft overeind als we in de hoge bomen de rode apen weer zien. Met de verrekijker wordt duidelijk dat het de rode apen zijn die hier van zich laten horen. Ze zijn nu goed zichtbaar met de verrekijker maar nog veel beter te vinden door het enorme gebrul. Het is een hele groep met grote en kleine apen. Het indrukwekkende gebrul maakt het moeilijk om weer afscheid te nemen om verder te lopen. Maar er zijn nog meer dieren die op ons wachten. Al snel arriveren we bij een smal riviertje waar we op een roeiboot stappen. We varen richting het grote meer en langs de kant zien we een schildpad op een boomstam zitten. Het meer is enorm groot en omringd door niets dan hele lagen bomen. Het lijkt op New York maar dan voor het dierenrijk. Aan de rand van het meer spotten we kleine en grote reigers, schildpadden met kleurrijke vlinders op hun rug en neus, kaaimannen in het water en grote lompe vogels die Stinky Birds heten. Als we weer ergens aanmeren zijn we bij onze Lodge in het park aangekomen. Er hangt een bijzondere langwerpige spin in de bomen voor de Lodge en in mijn kamer spot ik mijn eerste kakkerlak. Bij de Lodge eten we de lunch die Marcos heeft meegenomen. Het is rijst met sojablokjes, ingepakt in bananenblad zodat het warm en geconserveerd blijft. Na een goede lunch hebben we weer een hoop vrije tijd. Ik loop wat door de jungle naar de volgende Lodge. Helaas kom ik geen dieren tegen onderweg. Dus ga ik maar mijn reisverslag bijwerken met uitzicht op het rustgevende meer.

Tegen het eind van de middag gaan we weer met de boot het meer op. We spotten veel verschillende watervogels, sommige met camouflerende tijgerveren en andere met opvallende citroenwitte kleur en aquarel blauwe accenten. Ook zien we weer een paar kaaimannen. De kleine krokodilletjes vind ik niet heel bijzonder meer, maar Marcos is er gek op. Midden op het meer drijft een Kaaiman van wel 3 meter maar als we iets dichterbij willen komen gaat hij onder om niet meer boven te komen. We varen door naar een gebied waar veel groene papegaaien krijsen. Ze spotten blijft erg moeilijk als ze zich niet bewegen. Ook zien we hier enkele spechten. Dan is het tijd om te vissen. Met enkel een lijntje, haak en aas weet Marcos een piranha te vangen. Het visje is even groot als mijn handpalm en heeft vlijmscherpe tanden. "That's our dinner" zegt Marcos. Ook wij doen een poging maar geen van ons weet het diner te verrijken met meer vis. Inmiddels is het donker dus tijd om terug te varen. We steken geruisloos het meer over met de prachtige sterrenhemel boven ons. Het is prachtig maar lastig om echt alleen maar te genieten met de muggen, onheilspellende jungle en geen zicht op de bestemming. Als we dichter bij de kant komen hoor ik ineens een hoop gebonk in de boot. Een vis is in de boot gesprongen maar ik heb geen lamp om hem te zien. Het idee van een piranha bij mijn blote voeten is niet erg prettig dus ik probeer de vis te lokaliseren. Als iemand anders met de lamp schijnt blijkt het in ieder geval geen piranha te zijn. "Another fish for dinner" zegt Marcos. We varen verder en gaan door een begroeid stukje om een eiland heen. Er fladdert een maffe vogel tussen de takken en één van de Duitse meisjes wordt helemaal gek van angst. Als we het horror plekje weer uitvaren keert de rust terug en leggen er al snel bij onze steiger aan. Ik neem nog even een verfrissende douche terwijl ik een nog grotere kakkerlak zie wegschieten. Achja in deze jungle is een kakkerlak een dier wat ik kan tolereren in mijn hut. Als ik terugkom is het eten klaar. Tot mijn teleurstelling is er helemaal geen vis, laat staan zelf gevangen vis. Als enige keer in deze en vorige tour zit er een toetje bij. Maar de chocolademouse, die nooit mijn favoriet is geweest, heeft na Corsica een hele nare nasmaak gekregen bij mij. Dus deze ene keer ben ik het die een deel van mijn maaltijd deel met mijn reisgenoten in plaats van dat ik hun bord leeg eet. Na het eten is het alweer snel tijd om te slapen, morgen weer vroeg op!


28 april

Ik word wakker van mijn wekker en merk dat ik ondanks de benauwdheid en cicades weer heerlijk geslapen heb. Dan zie ik dat één van de gordijnen volledig open is, terwijl ik zeker weet dat ik hem gisteren heb gesloten. Het gordijn schuift te stroef om de wind als verklaring te hebben, en de kakkerlak was niet groot genoeg om dit te doen. Maar wie of wat dan wel? Mijn deur was en is dicht maar niet op slot. Hebben de apen vannacht dan toch mijn gordijn opzij geschoven zodat zij vanaf de boom ook aapjes konden kijken? Ach ja, tijd om op pad te gaan. We stappen om 5.30 uur in de boot en gaan het meer weer op. Deze keer met een duidelijk doel voor ogen. We roeien direct naar de andere kant toe en daar vinden we twee grote otters. De beesten zijn zo groot als zeeleeuwen en zijn vis aan het vangen. We kunnen ze een tijdje volgen en daarna even genieten als ze de vis al krakend opeten aan de waterkant. Na 20 minuten genieten venorme beesten gaan we weer terug voor een ontbijt. Naast de witte boterhammen liggen er ook dikke, zelfgemaakte bananenpannekoeken op de borden. En oh wat smaken die heerlijk! Gelukkig blijven er op de andere tafels ook nog pannenkoeken over waardoor ik voor het eerst met het ontbijt mijn buikje goed rond eet. Daarna maken we ons op voor een toer naar de uitkijktoren. Maar niet voordat één van de Duitse jongens ons attendeert op apen in de bossen dichtbij. Als we de bossen inlopen staan we inderdaad al snel oog in oog met een capucijnenaap. In totaal zijn er 3 of 4 apen maar deze ene zit heel dichtbij op een tak en kijkt net zo gebiologeerd naar ons als wij naar hem. Na een tijdje genieten van deze ontmoeting gaan we dan toch echt weer het meer op naar de uitkijktoren. De toren is zo'n 10 meter hoog en geeft een mooi beeld van de omgeving waar veel dieren hier leven. Hoog in de bomen vol takken, boomkruinen en lianen is er volop mogelijkheid om te leven, bewegen en verstoppen. En dat laatste lukt de dieren goed want we spotten hier totaal geen dieren. Marcos geeft aan dat hij nog wel een tweede plek weet om bijvoorbeeld de luiaard te spotten. Dus we gaan weer het meer op en varen naar de andere kant. Daar komen we zowaar weer de grote otters tegen, deze keer met twee kleintjes erbij! Die kleintjes worden goed in de gaten gehouden en we blijven op een afstandje genieten van de familie. Dan is het tijd om terug te gaan voor lunch. Een goede warme maaltijd zorgt ervoor dat we weer met gevulde buikjes terug naar onze eerste Lodge kunnen. Dus weer het meer op en naar het kleine riviertje. We komen weer veel vogels tegen waaronder ijsvogels en voornamelijk reigers. Hoog in de lucht vliegen er veel gieren, of beter gezegd zweven. Zonder vleugelslag zweven ze met hun wijde vleugels hoog boven de bomen. Het is een prachtig en rustgevend beeld. Als we de rivier weer opgaan zien we wat kleine kaaimannen, die we bijna aanvaren omdat Marcos zo graag dichtbij ze komt. Ik krijg inmiddels een beetje plaatsvervangende schaamte voor de manier waarop de gidsen hier de rust van die beesten verstoren. Als we de boot uitstappen is er een klein tentje waar we een ijsje kunnen halen. Die verkoeling is zeer welkom! Onderweg terug zien we nog heel even de rode apen. Dan stappen we in onze grote boot naar de Lodge toe en vraag ik me af waar die tweede uitkijktoren dan had moeten zijn.

Terug bij de Lodge lopen we door de tuin en hangt er zowaar een luiaard aan een palmboom. Zou Marcos dit hebben geweten of is het puur toeval? Het guitige kleine beestje lijkt heel ongemakkelijk te hangen maar straalt alle rust en luiheid uit. Hij lijkt heel rustig om zich heen, sluit vaak zijn ogen en heeft altijd een heerlijke glimlach op zijn gezicht. Wat een bijzonder en vreemd diertje! Terug in mijn Lodge is het tijd voor een douche. Een klein kikkertje springt in de douchebak rond, maar als ik even niet kijk is hij plotseling verdwenen. Geen idee waar hij kan zijn gebleven, maar hij heeft duidelijk gemaakt dat het nu mijn beurt is. Na de heerlijke verfrissing kleed ik me aan om te dineren. Ik zie nog een spinnetje rond de pot lopen en zowaar weer een kakkerlak in mijn klamboe op bed. Achja, het went. Wat reet is weer een goed vullen diner met zoals altijd een zeer pittig (optioneel) sausje om waar mogelijk nog iets meer te zweten. De maaltijden zijn erg gezellig met de groep Duitsers waar ik nu al een paar dagen mee optrek. Morgen is hun laatste dag, waar ik nog twee dagen langer heb. Jammer maar ook weer fijn om nu wél in een leuke groep terecht te zijn gekomen. Ook vanavond is het weer op tijd naar bed, want morgen wordt het weer vroeg dag.

Peru deel 4

20 april

En daar gaan we. Midden in de nacht gaat de wekker en kan ik met redelijk wat slaapuren mij opmaken voor de eerste dag van de trek. Mijn gids haalt me lopend op en we lopen naar het centrum waar een bus klaar staat. Die rijdt 10 meter en dan gaat de gids weer een groep ophalen wat weer even duurt. Liever zag ik dat ik een verzameltijd had meegekregen want slapen rond deze tijd had fijn geweest en stilzitten wachten ik een bus is niet mijn favoriete vakantieactiviteit. Uiteindelijk is iedereeen opgepikt en zijn we onderweg, waardoor ik nog even mijn ogen kan sluiten tot het licht wordt. Op dat moment rijden we al op een afgelegen bergweg omhoog. Een mooie plek om een lekke band te krijgen, maar de chauffeur en gids hebben in 15 minuten het karweitje alweer gefixt. Iets verderop stoppen we voor een ontbijt, wat zoals altijd bestaat uit wit brood met boter en jam. Gelukkig heb ik nog wat lekkers gehaald gisteren en geniet ik van een chococroissant en wraps met tomaat. Als de deelnemerslijst rond gaat kom ik er achter dat ik in een groep zit met 11 Israëliërs van 23 jaar oud en één Zwitserse van 26. Dat verklaart waarom iedereen zo amicaal met elkaar omgaat in een taal waar ik niks van kan maken. Na het ontbijt komen we al snel aan op de plek vanwaar we verder gaan lopen. We lopen over groene heuvels en langs een irrigatiesysteem omhoog. Met de gids en de Zwitserse kan ik redelijk contact maken maar de groep Israëliërs blijft lastig tussenkomen. Rond de middag arriveren we op een plateau waar houten tenten gebouwd zijn. Onze eerste overnachtingsplek! Ik deel een tent samen met de Zwitserse en daarna hebben we een uur tot de lunch. Goed moment om te chillen in de zon, ademhaling en stretchen in een omgeving omringd door bergen met soms witte toppen. De lunch is zowaar een volledige maaltijd met droge-aardappel soep (super voedzaam!) en pasta. De soep valt niet in de smaak in de groep dus ik kan met gemak drie kommen eten. We zitten samen aan een lange tafel en ook hier blijft het lastig om echt in contact te komen. Ook zijn de manieren of is het rekening houden met ander aan tafel duidelijk geen onderdeel van de opvoeding in Israël. Zodra er voedsel op tafel komt vallen ze als beesten aan en moet je zelf zorgen dat bepaalde schalen eten niet al op zijn voordat je hebt opgeschept. Gelukkig kan de eetlust van de groep niet tippen aan de hoeveelheden die de kok ons voorschotelt. Hoewel lege schalen maar halfvolle borden wel het eindresultaat zijn van de lunch. Na de lunch staat ons eerste hoogtepunt op het programma, Humantay Lake. We klimmen 400m omhoog richting de prachtige witte berg en dat is nog behoorlijk pittig. We zitten al op 4250m dus het zuurstofgehalte hier is nog lager dan ik gewend ben in Cusco. Gelukkig voel ik me nu wel fitter dan de vorige keer dat ik een flinke klim moest maken. Dus als ik na flink klimmen de hoek omloop ligt daar het mooie gletsjermeer. De witte berg die over de hele breedte van het meer loopt wordt weerspiegeld in het blauwe water. Bovenaan kom ik twee Argentijnen tegen die ik ook al bij de klim naar Cabanaconde tegenkwam. Zij tippen mij om nog linksom omhoog te klimmen voor een nog blauwere kleur water. Onderweg omhoog kom ik Leila mijn Zwitserse tentgenoot tegen. Samen klimmen we verder en inderdaad wat is het hier prachtig! Het water heeft een volblauwe kleur en je hebt echt een 360 graden uitzicht van witte bergtoppen, ruige bergen met een dal waar paarden en koeien grazen, het lagere berggebied in de verte en het blauwe meer. We moeten voor 6 uur, oftewel voordat het donker is, weer terug zijn. Juist daardoor verlaat iedereen mondjesmaat de plek en ontstaat er een heerlijke rust. Dus we blijven nog even zitten en genieten van het gefluit van de vogels en de pracht van de natuur hier. Laila spot een soort grote eekhoorn en één zingend vogeltje blijft ons opzoeken. Zo vredig als de plek is, zo snel tikt de tijd verder als je er in opgaat. We moeten echt terug en gelukkig gaat bergafwaarts altijd makkelijker. Het koelt snel af buiten en mijn skihandschoenen verschijnen uit de rugzak. De laatste meters lopen we in het donker en iets over 6 komen we aan op de camping. Onze gids Alex is er relaxt onder ook al weten we dat hij vanuit zijn verantwoordelijkheidsgevoel moeite heeft met 'ongehoorzaamheid'.

Als we in de eetruimte aankomen komt er popcorn en figuurkoekjes op tafel. En is er thee en chocomelk. De hele ruimte met meerdere grote tafels wordt verlicht met één witte ledlamp en onze tafel nog met één kaars. Als snel volgt het avondeten met wederom soep en daarna weer een hoop schalen rijst, pompoensaus en vlees (vegetarisch voor mij en Leila). Als de gids uitlegt hoe laat we morgen ontbijten en hoe de dag er uitziet met o.a. vooraf aangeven als je met paard omhoog wilt, ontstaat er een enorme discussie vanuit de Israëliërs. Zij hadden begrepen dat de paarden voor onze spullen met ons meelopen voor het geval er iets gebeurt, en maken er nu een probleem van om zo geld terug te krijgen. Die negativiteit blijft hangen in de ruimte dus ik besluit lekker naar mijn tent te gaan. Als ik naar buiten stap word ik geweldig verrast door het meest adembenemde beeld wat mijn bergtochten altijd van onschatbare waarde maakt. De heldere hemel toont haar sterrenpracht zoals ik ooit heb mogen zien in Nieuw Zeeland en Corsica. Honderden sterren en een zeer heldere Melkweg vullen de volledige panorama boven het silhouet van de bergen. Ik ben niet de enige die met open mond stil is blijven staan bij de uitgang van de eetruimte. Tegelijkertijd koelt het snel af en staan we massaal te solliciteren voor een stijve nek. Ik zie een perfecte oplossing dus ga mijn tanden poetsen en loop naar mijn tent. Mijn slaapmat verplaats ik over de verhoogde vloer naar de opengeklapt tentdeur. Ik kruip in mijn slaapzak en zo lig ik lekker warm met mijn hoofd uit de tent te genieten van het schouwspel boven mij. Even later komt de rest van mijn groep ook buiten en blijven daar nog even staan. Leila volgt mijn voorbeeld voor even maar die kan de kou niet aan en gaat toch helemaal binnen liggen. Als iedereen met hun zaklampen de tent in is geniet ik nog even in alle rust van de sterrenhemel. Een bizar idee hoe immens groot het sterrenstelsel is als je bekijkt hoe breed dit reikt. Ik sluit de deur en friemel me nog een keer goed in de mummy slaapzak. Tijd om te slapen voor een zware dag!


21 april

Deze nacht moest ik wel drie keer naar de wc om te plassen. Verder was het een gedoe met de krappe slaapzak, het dunne matje en de aflopende ondergrond om lekker te slapen. Wel grappig dat Laila en vele anderen het ontzettend koud hadden in de dikke gehuurde slaapzakken en ik hem juist te warm vond. Vannacht heeft het blijkbaar gevroren terwijl ik in mijn boxershort naar de wc was gegaan. Goed teken dat mijn lichaam weer de oude is! Na een ontbijt met wat bananenomelet vertrekken we rond 5.30u de berg op. De groep, die inmiddels door de gids Baby Alpacas wordt genoemd, is erg traag in het zich klaarmaken voor de tocht dus ik ga maar vast lopen. De zon zit verstopt achter de bergen dus met dikke handschoenen aan begin ik mijn klim. Ik vul mijn waterfilter fles langs de rivier en loop langs een andere groep rustig omhoog. Op de bergrand veel alpaca's en op het pad staat een ezel met haar kleine te grazen. Al gauw wordt het pad steiler en merk ik dat het zuurstofgehalte weer parten speelt. Ik dus rustig aan omhoog en af en toe stoppen om de hartslag en ademhaling weer naar normaal te brengen. Ook kauw ik op coca bladeren, op advies en volgens traditie van de bevolking, om hoogteziekte tegen te gaan. Als ik in de zon kom kan ik meteen een hoop uittrekken, afritsen en mijzelf insmeren. De eerste twee van mijn groep komen passeren mij op dat moment. Als ik weer verder klim kom ik een ander deel van de groep tegen die 'de kortere en makkelijkere' de deelroute hadden genomen. Terwijl zij uitrusten loop ik rustig verder op het stijle pad. Het uitzicht op de Salkantay berg is veel beter nu ik de eerste bergtop ben gepasseerd. De machtige ruim 6000m hoge witte berg is een prachtige wegwijzer voor de tocht. Als ik op een plateau loop waar ezels en paarden grazen en zelfs iemand zijn tent heeft opgezet kom ik ook de Argentijnen weer tegen. Ik loop en stukje met ze samen maar al snel lopen we toch weer ons eigen tempo. Het laatste stuk klimmen gaat met een hoop stops om op adem te komen, toch merk ik dat het goed gaat en het een kwestie van tijd is voordat ik de top bereik. Die top is er sneller dan ik dacht en zo kan ik even genieten, bijkomen en mijn eerste foto's maken. Het uitzicht op Salkantay is gaaf, en wederom is er een heel panorama met witte bergtoppen en in de verte andere hoge bergen omringd door wolken. Er is één Israëliër al boven dus na een paar foto's zoeken we een plekje uit de wind om te wachten op de rest. Als iedereen er is, doen we met de gids een offer ritueel van coca bladeren voor een veilig vervolg van onze reis. De gids Alex raakt meer en meer gefrustreerd van de ongemotiveerde en ongehoorzame groep Israëliërs. Het verbaast iedereen dat na 3 jaar militaire dienst er zo weinig motivatie en aanpakkers mentaliteit in deze jongens en meisjes zit. Het maakt de tocht er niet leuker op, wel langer.

We hebben een flinke afdaling voor de boeg. Met de prachtige witte bergen in de rug is het uitzicht niet erg belonend. Na 800m dalen komen we bij onze lunchplek aan. De wc biedt enorme verlichting en na een klein half uurtje chillen in het gras krijgen we weer een vergelijkbare maaltijd om de energie van 7 uur hiken aan te vullen. Daarna volgt nog een hele middag afdalen waardoor we in één dag en 22 km 750 meter stijgen naar 4650m hoogte en dan nog eens 1850m afdalen. Waar ik het vanmorgen nog in het koude gebergte stond loop ik deze middag door meer jungle gebied met veel planten, vogels en muggen. We lopen langs een plant met grote kelkbloemen waar een kolibrie zich aan tegoed doet. Een prachtig gezicht om die unieke vogel zo aan het werk te zien met zijn lange snuit. Uiteindelijk komen we aan op een klein plekje volgepropt met koepeltentjes. Er is een koude douche waar een hele volgorde van wordt afgesproken wie wanneer aan de beurt is. Alex fluistert me dat hij voor mij en Leila nog een hotelkamer beschikbaar heeft maar dat we dat niet kunnen vertellen tegen de rest die nu al klagen over de basic slaapvoorziening. Ik had de tent net erg gevonden maar een goed bedje en ruimte om je spullen uit te hangen is ook niet verkeerd. Na een verfrissende douche is het weer tijd voor de popcorn en koekjes. Eén van de Israëliërs steekt een joint op in de ruimte. Als ik hem vraag of hij niet in de eetruimte wilt roken maakt hij hem weer uit maar het is duidelijk dat ik de partypooper ben. Na het avondeten gaat de joint weer aan maar ik was toch al van plan om lekker naar mijn kamer te gaan. Als ik naar het toilet ga lijkt het er op dat mijn waterfilter niet doet wat 'ie moet doen. Hopelijk herstelt dat snel want niet lekker om nog dagen te moeten lopen met een onvoorspelbare stoelgang. Op deze camping is zowaar WiFi dus ik kan mijn reisverslag snel even uploaden en uitzoeken wat ik na mijn trek ga doen. Daarna gooi ik de wolle dekens van mijn bed en kruip lekker onder het dunne lakentje.


22 april

Vandaag hebben we een rustige dag. 800m afdalen op 12 km op een onverharde autoweg. Een saaie wandeling veelal op de bergrand. Ook op zulke rustige wandeldagen loop ik veelal alleen omdat er simpelweg weinig contact te vinden is met de groep. Na 5 uurtjes komen we op de volgende slaapplek aan, een leuk opgezette plek met weer vaste constructie tenten. Na wat chillen, stretchen en lunchen vertrekken we met een busje naar 'hot pools' in de buurt. De Israëliërs hebben een speaker meegenomen en onderweg spelen ze gecombineerd populaire nummers en Hebreeuwse nummers. Die laatste klinken niet verkeerd en het is leuk om te horen als iedereen meezingt. Toch zijn er ook veel nummers die voor mij niet zo hard over de speaker hadden gehoeven. Over een moeilijk begaanbaar weggetje hobbelen we naar wat blijkt een toeristisch opgezet buitenbad. Misschien komt het warme water van een natuurlijke bron maar nergens heb ik het gevoel iets natuurlijk te ervaren. Het uitzicht op de hoge bergen is wel mooi en er vliegt opeens zelfs een gier, sommige beweren een condor, boven de baden. De middag is voor mij uitzingen gezien het moeilijk aansluiting vinden is en ik me niet gemakkelijk vermaak in een zwembad. De Argentijnen en Nederlandse meisjes die ik in Cabanaconde tegenkwam arriveren ook dus met hen kan ik gezellig een uurtje kletsen. We lopen ook even naar de koude douche om tussendoor af te koelen. Tegen het einde van de middag nog een keer koud douchen en dan kleed ik me om. We moeten nog wel even wachten op de bus en de groep krijgt een shotglaasje 'pisco sour' aangeboden. Uit het niets begonnen de Israëliërs ook happy birthday te zingen, blijkbaar is één van hen vandaag jarig. De terugweg met de bus bestaat weer uit veel gehobbel en veelal rapmuziek. Als het busje stopt, zie ik voor ons in het donker een ander busje voor een heuvel stilstaan en de passagiers stappen uit. Na 10 minuten wordt duidelijk wat er aan de hand is, als de lege bus met applaus de heuvel oprijdt. Ook wij mogen uitstappen om de slagingskans op de modderige heuvel te vergroten. Echter blijkt onze chauffeur minder gelukkig en hij komt halverwege vast te zitten. De pogingen om er zelf uit te komen of met hulp van ons als duwers helpen niets en hij graag zich helemaal in. Na 15 minuten aanklooien, stenen onder de banden leggen en meer lukt het dan toch om weer los te komen. Wat volgt zijn drie pogingen omhoog gek genoeg door hetzelfde spoor. Uiteindelijk krijgen we te horen dat het nog maar 5 minuten lopen is vanaf hier naar de camping. Met onze slippers banjeren we in het donker door de modder omhoog. Als we op de camping zijn spoel ik mijn voeten af, trek iets warmers aan en al snel kunnen we gelukkig aanschuiven voor een goede maaltijd. Velen blijven die avond nog een tijdje op en er is ook steeds meer menging met de andere groepen die deze trek doen. Voor mij is vandaag extra duidelijk geworden dat ik een groepsreis heb geboekt maar geen onderdeel ben van de groep. Het was daardoor een lange saaie dag en besluit dan ook maar weer rond 21.30u mijn tent in te duiken. Iets wat mij ook niet gek lijkt als je dagelijks voor 5 uur opstaat en lange dagen loopt. Ik kan de slaap ook goed gebruiken.


23 april

De laatste dag trekken naar het dorp bij Machu Picchu. Bij het ontbijt krijgen we een taart vanwege de verjaardag van de Israëlier gisteren. Het is geen lekkere taart maar zeker wel voedzamer dan de broodjes die er liggen. Dus een flink stuk brooddeeg in de vorm van taart als ontbijt gaat er wel in. Ik krijg te horen dat de verjaardag in scène was gezet om gratis drinken/eten te krijgen, wat weer minpunten oplevert voor de Israëliërs onder de anderen. Vandaag hebben we weer een lange dag voor de boeg, met een klim, afdaling en nog een lange route langs het spoor. De klim gaat lekker ondanks het benauwde klimaat hier. Wel ben ik erg blij met een toilet onderweg om hopelijk de laatste pitstop als gevolg van het filterwater te nemen. Ik loop al snel voor de groep uit die bij elke mogelijke stop weer uitgebreid pauze neemt. Een stuk verderop kom ik in een dicht begroeid stuk bos waar ik heel veel vogels hoor maar moeilijk kan zien. Ik zie wel twee keer een kolibrie maar de andere vogels blijven onzichtbaar. Ik loop verder omhoog langs watervalletjes en prachtige bloemen zoals orchideeën. Het uitzicht op de bergen en vallei wisselt van opkomende zon naar halve bewolking. Onderweg zijn er een aantal stopplaatsen en als ik aankom heb ik steeds weer leuk contact met mensen uit andere groepen. Uiteindelijk bovenaan gekomen loop ik door een klein Inca gebouw naar een plateau waar we in de verte Machu Picchu kunnen zien liggen. Het mooie van deze plek is dat je ook heel goed ziet in wat voor prachtige en onmogelijke bergomgeving het is gebouwd. De puntige bergtoppen steken als vingers uit het dal met een hoogteverschil van meer dan 2000 meter. En temidden van die vingers ligt Machu Picchu in de handpalm. We krijgen nog wat uitleg van de gids dat de Inca's alle toegangswegen hadden vernietigd toen de Spanjaarden kwamen waardoor deze plek nog lang onontdekt is gebleven.

Wat volgt is een lange afdaling door de jungle. Afdalen doe ik op een rustig tempo en onderweg maak ik wat foto's van bizarre boomwortelspaghetti die volledig boven de grond het fundament van gigantische bomen vormen. Na ruim 2 uur afdaling steek ik over een hangbrug de rivier over en daar gaan we als groep weer verder. We komen bij een restaurant langs het spoor aan waar we eindelijk kunnen lunchen en ons water aanvullen. Die middag hebben we nog zo'n 2,5 uur naar het dorpje onderaan Machu Picchu te lopen. De saaie route loopt langs het spoor en met geluk zien we af en toe de hoge bergen wetende dat Machu Picchu ergens daarboven ligt. Onderweg wordt er maracuja waterijs verkocht wat een fijne verkoeling geeft en zoals het verse fruit hier smaakt ook het ijsje heerlijk. Af en toe dendert er een trein voorbij of staat er een verlaten treinstel op een zijspoor te wachten. Als ik langs een treinstel loop zie ik een grote vogelspin van ruim 10cm die vooruit gesleept wordt door een veel kleinere soort tor. Die jongen herken ik van mijn national geographic bingewatching tijd als de tarantula hawk, een soort grondwesp die vogelspinnen vangt. Ik waarschuw nietsvermoedend voorbijgangers, deze jongen heeft namelijk één van de pijnlijke insectensteken die er is. Als ik even later de foto later aan de gids laat zien schrikt hij er ook van dat ik deze twee hier tegenkom. Het laatste stukje van de route gaat langs de wilde en luidruchtige rivier omhoog naar een ontzettend toeristisch dorpje waar iedereen de nachten rondom het Machu Picchu bezoek rondbrengt. Het wordt inmiddels donker maar in de schemering zie ik op een rots aan de andere kant van de rivier een vogel zitten die zowaar op een pinguin lijkt. Met die laatste spot op zak check ik in bij het hotel waar mijn laatste nacht van de tour plaatsvindt. Als onze spullen arriveren neem ik een broodnodige verfrissende douche en niet lang daarna zitten we met de groep in een restaurant verderop voor ons laatste avondmaal samen. Ik voel me weer een beetje bibberig van de temperatuur schommelingen dus houd het ook vanavond nog even bij een vegetarische pasta. Ik zit tegenover een Israëlier die ik nog weinig heb gesproken deze week en we hebben best een leuk gesprek samen. Toch blijft de groep bepalend en in het Hebreeuws spreken. We krijgen nog wat uitleg over morgen, waarbij de groep een andere entrée tijd en gids krijgt als ik. Dit omdat ik ook daar nog een bergje ga beklimmen. Waar de rest nog wat blijft hangen ga ik snel terug om nog wat slaap te pakken. Ik koop wat ontbijt en bij een andere kraampje zie ik heerlijk bananen- en wortelcake liggen waar ik beide een groot stuk van neem als snack voor morgen. Helemaal klaar voor morgen plof ik ik mijn bed en word die avond ook niet meer wakker als Leila terugkomt.


24 april

4.15u gaat de wekker. In 15 minuten sta ik buiten om naar Machu Picchu te klimmen. Leila heeft besloten een uurtje later te gaan en zo iets meer te slapen. Zo loop ik alleen in het donker het stadje uit, langs de rivier naar de brug toe. Bij de brug kun je ook een bus pakken maar ik besluit de ervaring klimmend af te maken. Terwijl de autoweg slingerend omhoog gaat, gaat het wandelpad met grote treden recht omhoog. Een hond loopt vanaf de brug een stuk met mij mee wat ook wel prettig is als je zo in het donker in jungle gebied loopt. Mijn hoofdlampje gebruik ik alleen als ik niks zie, liever loop ik op het licht van de maan en schemering om een beter overzicht te hebben. Voor en achter mij zie ik lampjes over het pad dwalen. De klim is heftig en met het benauwde klimaat is het flink zweten. Gaandeweg de klim wordt het lichter en loop ik wat groepen voorbij. Dan zie ik ineens een zwart witte slang op het pad van een meter lang. Ik maak wat foto's en besluit dan om rustig langs hem te lopen om mijn pad te vervolgen. De jongen achter mij attendeer ik ben op de slang en al snel zegt zijn gids: "don't go further its a poisonous snake". Oké, heb ik die vast gehad. Even later kom ik eindelijk boven en mag ik even bijkomen met water en een banaan. Mijn gids staat op mij te wachten en hij is verbaasd dat ik de giftige slang heb gezien hier. Alweer een bijzondere spot dus.

Een gids is verplicht in Machu Picchu dus samen lopen we naar binnen en open we de trappen op naar een mooi overzichtspunt. Hij vertelt me iets over de geschiedenis en wat ik hier zie. We maken wat foto's van de ruïne en bergen die grotendeels bedekt worden door een mystieke mist. Inmiddels is het bijna 7 uur en dan gaat de poort open naar Machu Picchu Mountain. Dankzij een goed advies van mijn collega heb ik daar een kaartje voor gekocht zodat ik nog naar een mooi uitzichtpunt kan. Wel betekent dit dat ik weer flink wat tredes heb te beklimmen in dit Amazone klimaat. Het gaat traag maar niet trager dan de paar anderen die het erop wagen. Op sommige momenten is er een tussenstop met uitzicht maar dat uitzicht bestaat alleen maar uit wolken. Met goede hoop dat die mistwolken snel zullen verdwijnen puf en hijg ik verder naar boven. Ik spreek een Engels meisje die dezelfde trek heeft gelopen en samen komen we aan op de top. We hebben er een uur over gedaan en hebben nu waarschijnlijk evenveel tijd te wachten op de opklaring. Ik trek mijn zeiknatte shirt uit om even te laten uitwaaien en doe mijn jas aan om niet af te koelen. Het uitzicht bestaat uit hoge bergtoppen veelal bedekt in de wolken, aan de linkerkant het dal wat je enigszins kan zien en aan de rechterkant een volledig bewolkt dal waar ergens een prachtig uitzicht op ons wacht. Inmiddels zijn er nog een handjevol mensen aangekomen waaronder twee Duitse jongens waar ik mee in gesprek raak. Als het 9 uur is geweest lijkt de zon soms door te breken en de wolken boven Machu Picchu wat weg te trekken maar het blijft vooralsnog valse hoop. De Duitsers en Engelsen moeten ondertussen weer afdalen omdat zij een bus naar Cusco hebben die ze moeten halen. Gelukkig heb ik nog veel meer tijd dankzij het boeken van de trein terug die vanuit het dorpje beneden gaat. In gesprek rakend met een ander Brits stel dat bovenkomt begint de situatie steeds hoopvolle te worden. Met camera's in de aanslag staat een rijtje van 20 toeristen te kijken naar voorbij waaiende wolken. Maar ze willen maar niet volledig opzij gaan. Zijn we dan toch weer bijgemaakt met een dooie mus? Maar dan komt de verlossende opklaring. Eindelijk zie ik welke richting ik 2 uur en 15 minuten lang had moeten kijken. Machu Picchu laat zich tussen de wolken zien. In 5 minuten tijd klikt iedereen het toestel vol ook al is er geen moment van volledige opklaring. En zo snel als de wolken ruimte maakte sluiten zij zich ook weer. De meesten gaan naar beneden en ik pak ook mijn tas weer in om af te dalen. Het blijkt dat telkens als ik wegkijk, er een opklaring komt. Dus ik besluit om nog even te blijven maar ook van het overige uitzicht te genieten zodat het opklaart bij Machu Picchu zodat ik ook heel even daarvan mag genieten. Na deel twee van de show ga ik dan toch ook met het Britse stel terug naar de ruïnes. Onderweg worden we bij de uitzichtpunten deze keer wél getrakteerd op prachtige plaatjes met slechts een enkel wolkje. Als ik helemaal beneden ben kom ik weer op de plek waar ik met Alex was. Ik laat nog even wat foto's van mij met de bijzondere ruïne achter mij maken. Wat volgt is een eenrichtingsweg die mij door een deel van de ruïnes leidt. De meeste mensen doen dit dus verplicht met gids maar dankzij mijn klim omhoog loop ik hier zonder enige kennis doorheen. Ik wil ook wel opschieten want die trein moet ik uiteindelijk niet missen. Net voor de uitgang loop ik langs een boompje waar ik een, volgens mij, niet giftige slang zie hangen. Als ik de entrée poorten weer uit ben koop ik een buskaartje als belonging voor al dat werken de afgelopen dagen. De rij voor de bus gaat sneller dan verwacht en voor ik het weet ben ik weer in het dorpje. Achteraf had ik dus nog iets langer kunnen, en willen blijven om niet alleen foto's te maken maar ook even het moment tot me te nemen. De foto's blijken daarentegen wel zo geweldig goed te zijn geworden dat het bijna gefotoshopt lijkt.

Om het hotel chill ik nog even onder het genot van WiFi alvorens ik mijn spullen pak en op zoek ga naar het treinstation. Aldaar kom ik het Nederlandse en Duitse stel tegen waar ik gisteren wel een tijdje mee heb gesproken onderweg. Ook Leila is daar samen met een paar Amerikanen waarmee zij de toer door Machu Picchu heeft gedaan. Ik hoor van de anderen dat ze door de gids en bewaking daar flink werden opgejaagd om door de route heen te lopen waardoor even genieten en wachten op een opklaring er voor hen helemaal niet inzat. Dus een gouden tip die ik had gekregen om entree voor de hogere berg te kopen.

De luxe trein rijdt door het gave landschap van hoge bergen langs de rivier richting Cusco. Ook ik het plafond zitten ramen zodat ik me kan blindstaren op de prachtige omgeving waar we doorheen rijden. Ondertussen geniet ik van die heerlijke bananencake en wat wraps met tomaat en komkommer. Na zo'n anderhalf uur komen we aan bij het eindstation in niemandsland, waar we met een busje verder naar Cusco worden gereden. Tegen 19u komen we aan in het centrum waardoor ik weer wat te lopen heb. Ik heb een ander hostel geboekt in de hoop op betere nachtrust en gelukkig is die om de hoek. Onderweg kom ik langs de green falafel waar ik het niet laten kan om toch weer die heerlijke durum falafel als avondeten te bestellen. Als toetje neem ik een brownie van de bakker en zo besef ik dat ik weer hoog in de bergen zit waar de eetlust groter is. Als ik met mijn spullen in mijn hostel, of beter vierpersoons appartement, ben aangekomen wordt alles op de planning naar morgen geschoven en begin ik om 21.00u aan mijn laatste activiteit voor vandaag; slapen.


25 april

Oh wat heb ik heerlijk uitgeslapen. Eindelijk een keer geen wekker die in het donker afgaat. Na een heerlijke stortdouche en de rest van mijn wraps met tomaat verkas ik weer naar mijn volgende hostel want hier kan ik niet langer verblijven. Ik dump mijn rugzak en loop de stad in. Eerst geef ik mijn waszak af bij een wasserette en daarna ga ik op pad om mijn volgende avontuur te boeken: een meerdaagse jungle tour. Na 10 kantoortje te hebben bezocht wordt mij duidelijk dat de 6daagse touren waar je diep in de jungle komt pas eind deze week mogelijk zijn terwijl ik daar geen tijd meer voor heb. De toeristische instaptours zijn wel mogelijk maar die zijn minder gericht op het zien van wildlife. Als ik op het punt sta een vierdaagse tour te boeken word ik geappt door dat ene kantoortje dat voor me zou gaan rondbellen. Morgen start een 6 daagse jungle experience voor een mooie prijs. Die wil ik wel meemaken! Eerst even lunchen, waardoor ik meteen een keer Cuy kan proberen, of wel cavia. Het beestje smaakt als een vette kip, niet verkeerd maar ook niet mijn favoriet. Na deze proeverij informeer ik bij het kantoor naar de tour die ze voor me hebben. Terwijl zij de details opzoeken en mij inschrijven boek ik een nachtbus naar de startplek Puerto Maldonado en een vlucht van daar naar Lima voor het eind van de week. Dan moet ik nog naar het pinautomaat aan de andere kant van de stad om de tour cash te kunnen betalen en doe ik meteen wat inkopen voor de busrit en de eerste dag in de jungle. Als alles geregeld is heb ik nog 2 uur voor ik een taxi moet nemen. Dat betekent om 18u nog even een restaurant opzoeken om een alpaca burger te eten en zo mijn proeverij te vervolgen. Hoewel het ook een goed stuk rund had kunnen zijn is het wel duidelijk dat het een zeer mager mals stuk vlees is. Terwijl ik de burger verorber geniet ik nog eenmaal van een mooi uitzicht over de stad Cusco. Sneller dan verwacht verlaat ik haar voor de tweede en laatste maal. Na het eten haal ik mijn schone was op en pak ik nog even een douche in de hotelkamer waar ik uiteindelijk niet zal slapen. Ik herverdeel mij spullen over de backpacks en een taxi brengt mij naar het busstation. Daar is het weer in de chaos zoeken hoe ik bij de juiste bus kom. Samen met een Duitse jongen wacht ik lang bij de bus voordat de deur opengaat. Dan blijkt dat we niet naar binnen mogen met onze digitale tickets. Gelukkig is er een vrouw van de organisatie die voor ons papieren tickets wil halen. Het lijkt er namelijk op dat als we even weglopen de bus zomaar kan wegrijden zonder ons. Het wordt erg spannend als ook de controleur de bus instapt, maar de reddende tickets komen dan toch net op tijd. In de bus is het nog even kletsen met de Duitse jongen en dan gaat het slaapmasker op en de stoel achterover om waar mogelijk wat slaap te pakken.


Peru deel 3

16 april

Ik word weer om 6.30u wakker, mooie tijd om de klim van de dag te starten. 1100m omhoog over 6km, gemiddelde tijd 3 uur. Ja precies, ik ben ook benieuwd hoe het de Belgen vandaag afgaat als ze gisteren na 3 uur nog niet halverwege waren. Ik voel me iets beter dan gisteren, maar tintelende vingers is een hoogteziekte symptoom dat juist erger is geworden. Vreemd aangezien ik juist de nacht op een acceptabele 2500m heb geslapen. Achja, misschien had ik dat in Nepal ook wel maar door de vrieskou merkte ik dat niet op met mijn winterhanden. De groepen zijn al veel eerder vertrokken (oh wat ben ik blij dat ik mijn eigen tempo kan bepalen) dus ik loopt met slechts enkele klimmers de route. Het is wederom meteen heet in de zon dus het wordt weer afzien vandaag. Gezien de zware inspanning heb ik bewust geen ontbijt genomen maar teer ik op banaan, tomaat en mueslirepen. En water natuurlijk, je belangrijkste wapenarsenaal tegen hitte, inspanning én hoogte. Hoe hoger ik kom, hoe trager ik ga. Klimmen gaat mij altijd goed af (dalen ben ik trager) maar op adem komen zit er niet bij op deze hoogtes. Ik neem daarom extra vaak tijd om 'van het uitzicht te genieten'. Het is bizar om de afstanden naar de top en de oasis te zien. Ik dreig ingehaald te worden door een gezin met kleine kinderen, maar godzijdank redden de kids mijn eer door een 'breakdown' te hebben. Na veel pauzes en volledige verkrampte spieren bereik ik de top waar ik alle medeklimmers ook weer tegenkom. Hallelujah wat een prestatie!

Terwijl twee vriendelijke Spaanse klimmers uitgebreid yoga stretches doen hier besluit ik de twee kilometer naar het dorp nog uit te lopen en dan in mijn planning te zien of ik de overspannen spieren ook nog wat aandacht kan geven. Aangekomen bij mijn eerdere hotel heb ik eindelijk WiFi en zoek en boek ik mijn alternatieve plan richting Cusco. Ik ga op zoek naar een restaurant dat wél open is om 12.30u en belandt bij een schimmig hokje waar ik zonder keus wéér het Menu de Peru voorgeschoteld krijg: kip met rijst en aardappelen. Ik eet me helemaal vol, wetende dat dit brunch is en waarschijnlijk mijn enige warme maal van de dag. In het hotel mag ik nog gratis douchen van de eigenaar en zo kan ik me even opfrissen en mijn bagage over de backpacks herverdelen voor de lange busreizen. Ik bedank de toffe hoteleigenaar (hij heeft ook een opvallende coole look met zijn lange snor en krullende haar) en snel naar het plein waar de bus over 6 minute vertrekt. Ik haal nog snel twee verse broodjes avocado, een flinke waterfles en tomaten en spring snel in de bus. Gelukkig deze keer een plek mét beenruimte en slechts een slapend oud vrouwtje naast me. Deze keer slaap ik niet dus kan ik meer van het uitzicht genieten. Wat mij meteen doet terugkomen op mijn eerdere uitspraak over Alpaca's. In het hooggebergte grazen honderden alpaca's en lama's. Ze bestaan dus echt! Het hoge gebied is erg rotsachtig en we rijden door een hele bergketen slingerend van berg naar berg waardoor ik heel mooi kan zien waar we over 10 minuten zullen rijden. En dan word ik getrakteerd op de prachtig gekleurde hemel van de ondergaande zon. Voor ruim 20 minuten verandert het uitzicht van kleur en lichtspeling. Voor even ben ik me niet bewust van de bus waar ik in zit of de lange rit die ik nog voor de boeg heb. Als het volledig donker is weet de bus mijn aandacht weer te trekken. En wel door een sfeer te creëeren die ik herken van de restaurants hier. Met sfeervolle TL verlichting en in dit geval eentonige muziek bij gebrek aan TV voor voetbal, een B-serie of B-tv show. Twee mannen in het gangpad staan er al een paar uur, en eentje is er maar gaan liggen. De waardering voor mijn zitplaats is inmiddels aardig gestegen, alsmede voor de welvaart die ik ken van thuis.

Prachtig op tijd komen we in Arequipa aan. Dat betekent dat ik nog ruim een half uur heb voor de volgende bus. Dus ik neem nog een kaasbroodje en thee mee voor in de bus en ga mijn tas inchecken. Er staat een flinke rij dus de tijd begint te dringen. Na de tas checkin is het zoeken waar ik naar de bus kan. Bij elke uitgang naar de bussen word ik in het Spaans verwezen naar, tja waarnaar eigenlijk? Uiteindelijk kom ik erachter dat ik nog een belastingticket moet kopen, en daarna word ik geholpen naar de juiste 'gate'. Ook daar staat een rij maar het is 20u dus ik loop er even voorbij en spreek de gatekeeper aan. De man bekijkt mijn ticket en zegtin gebrekkig Engels "nee je bus is er nog niet, kom over 10 minuten terug. Een kaasbroodje en een thee later kom ik terug en zegt de man koeltjes "nee de bus van 20u is al weg, dit is de bus van 20.45u". Punt. Ik wist al dat die bus volgeboekt is en de laatste van de avond. Dus ik snel naar de verkoopbalie, wordt niet eerder geholpen en krijg daarna met moeite iemand te pakken die mijn probleem serieus neemt en in het Engels mij te word staat. In alle rust en vooral op onderzoek wat er gebeurde bij de gatekeeper in plaats van een oplossing vinden terwijl de 20.45 bus ook al snel vertrekt. Conclusie: mijn tas met mijn naamlabel zit wél op de bus van 20u, er is geen optie voor de 20.45u bus en je krijgt geen geld terug. Ik snel terug naar het andere busstation waar ik om 20.44u aankom. De eerste beste verkoper die Cusco roept ga ik op in, koop een buskaartje en gelukkig vertrekt die pas om 21.00u. Sterker nog, ietsje later want deze wilt wel even wachten op passagiers die geboekt hebben maar nog niet aanwezig zijn. In de warme en muffige verdieping heb ik een comfortabele stoel waar geen stoel naast zit. Het eerste uur moet ik wel even door de huilende baby en televisie van de buren aan de andere kant van het gangpad heen (het geluid van de film is gekoppeld aan de speaker boven mijn stoel...) maar dan kan ik eindelijk lekker gaan slapen.


17 april

Ik word wakker van de zon die door de gordijnen heenbranst. Ja, ook deze keer heb ik zowaar wat geslapen in de bus. Maar man, wat is dit voor een onmenselijk hete muffe cabine geworden. Geen ventilatie en de verwarming staat vol aan. Ik ga maar een tijdje op de gang bij de wc staan om af te koelen en te ademen. Gelukkig arriveren we snel in Cusco. Ik loop naar het station van de andere maatschappij en haal mijn tas op. Gelukkig gaat dit allemaal heel eenvoudig. Met een 10 minuten taxirit sta ik bij mijn volgende hotel. Ik gooi mijn spullen op bed, trek wat comfortabels aan, maak dankbaar gebruik van douche en WiFi en ga die middag de stad in. Ik kom langs een binnenmarkt waar maar een paar eettentjes open zijn. Maar eentje springt er met aanbod en drukte bovenuit, de green falafel. Eindelijk een keer geen vlees met aardappelen! Na lang wachten in de gezellige foodhal word ik getrakteerd op een enorme durum gevuld met falafelburger en verse groenten. Heeeeerlijk! En laat ik hier nu vaker langskomen de komende dagen...

Als ik verder Cusco inloop ervaar ik een hele fijne sfeer. De hele stad zit vol met prachtige gebouwen, met muren vanuit de inca tijd en verder veel Spaanse invloeden. De nauwe steegjes zijn gevuld met verschillende eet-en souvenir tentjes en zeker de eetgelegenheden zien er vaak prachtig uit van de binnen. Sommigen hebben een binnentuin of uitzicht op de enorme stad in de bergen, anderen zijn ingericht alsof het een katholieke kerk of inca tempel is. Ook van buiten ziet het er goed verzorgd uit. Er rijden weinig auto's op deze paas zondag en zeker op de enorm smalle straatjes is dat een verademing. Op het grote plein geniet ik even van de warme zon. Ik zie de mogelijkheid om een stadstour te voet te doen met een gids die het leuk weet te brengen. We komen langs de Inca gemaakt van enorme stenen. Zulke tientonners is al bijzonder om mee te bouwen, maar wat het nog spectaculairder maakt is dat de stenen perfect op elkaar passen en er geen specie tussen ligt. En nee dit zijn geen vierkante stenen, het zijn stenen met meerdere hoeken in unieke vormen. Zo zijn er stenen met 12 tot 13 hoeken, en zijn er hele dierfiguren in de muur gebouwd op basis van een combinatie van stenen. Heel tof. De rest van de tour laat nog wat leuke straatjes en uitzichten zien met een tussenstop bij een muzikant die allerlei instrumenten maakt en die ook demonstreert. Met name de gitaar met 16 snaren is indrukwekkend en geeft meteen een adembenemend vol geluid. Na de tour eet ik een quinoa burger en ga ik terug naar mijn hotel. De burger vulde nog niet echt dus op de hoek van de straat bestel ik in een van de tientallen kiprestaurants een soep. Dat was iets te optimistisch. Want dit is een kom met een liter bouillon met daarin bijna een hele kip, inclusief een door haar gelegd ei in gekookte vorm en een flinke aardappel. En dan vergeet ik bijna de bak noedels. Die krijg ik dus niet helemaal op. Ja ik herken mezelf niet terug hier in de bergen. Met mijn buikje rond kan ik deze lange dag afsluiten, en hopen dat ik mij morgen echt goed genoeg voel om activiteiten te gaan boeken!


18 april

Ik ontbijt in het hotel met een klassiek brood-jam-boter en banaan menu. Oh en coca thee. Schijnt ook goed te zijn voor omgaan aan de hoogte. Ik raak ik gesprek met een aardige vrouw uit Costa Rica die goed Engels kan. Ze laat me een hapje proeven van haar zoete citroen. Echt heel vreemd om een pure citroensmaak te proeven maar dan totaal niet zuur. Superlekker!

Vandaag ga ik op zoek naar een pinautomaat, Machu Picchu trek en wat er nog meer te doen is. Dat eerste is al een uitdaging, sommigen zijn gesloten, anderen geven geen geld en weer andere vragen veel extra kosten. Gelukkig vind ik er een die zonder extra kosten alle flappen geeft die ik de komende dagen nodig heb. Vandaag en morgen zijn er protesten in de stad vanwege de inflatie. Er is geen verkeer mogelijk in en uit de stad en er rijden helemaal geen auto's in de stad vandaag. Want die zijn de vorige keer blijkbaar flink aangepakt door de protesterende meute. Ter acclimatisatie ga ik de komende twee dagen toch niks bijzonders doen dus de extra rust in de stad biedt mij juist een extra fijne sfeer hier. De Salkantay trek naar Machu Picchu is zo geregeld voor overmorgen, de eerste dag dat het ook weer kan. De regenboogberg kan ik naar fluiten want daar zijn verschillende gemeenten het niet met elkaar eens. Dus hebben de omliggende gemeenten de toegang tot de berg geblokkeerd. Ja de westerse en vooral Spaanse invloeden maken dit land prima ontwikkeld maar dit klinkt weer heerlijk primitief. Nouja heerlijk is het niet want één van de meest bijzondere plekken op aarde wordt mij zo even door de neus geboord... Gelukkig zijn er nog een 'paar' andere dingen die ik kan bezoeken. Waaronder een tweede regenboogberg, die altijd iets minder populair is geweest maar nu dus ook zoveel toeristen trekt. De Amazone/jungle blijkt ook iets lastiger dan gehoopt want directe vluchten zijn pas in juni weer mogelijk (ik wil het niet eens weten). Een busrit in een gewoon busje van 9 uur op afgelegen wegen klinkt om meerdere redenenen niet ideaal. Ik zal moeten kiezen. Langere tijd in de Amazone of naar het zeer aangeraden Huaraz berggebied. Laat me daar nog eens over slapen. Onderweg terug naar mijn hotel kom ik de Amerikanen tegen die ik in Arequipa sprak. Zij zitten in dezelfde buurt als ik en we nemen samen lunch bij de Green falafel. Daarna ga ik nog een quad tour naar allerlei rotssculpturen boeken voor morgen. Vanwege de stakingen ben ik de enige en moeten we 7u vertrekken om de wegblokkades voor te zijn. Een privé tour, al is het iets duurder daardoor, is wel cool maar zijn voorstel om met een motor opgehaald te worden om makkelijk de blokkades door te kunnen vind ik dan weer geen goed idee. Dus regelt hij een taxi voor me. Het is al laat in de middag en de hoogte blijft veel energie vragen. Twee uurtjes op de hotelkamer zijn dan ook zo voorbij. Al append regel ik dat de Amerikanen ook mee kunnen morgen. Daarna ga ik snel nog de stad in voor een soep, het liefst deze keer zonder kip erin, en kom zowaar nog een Green falafel tegen. Een klein eettentje met een pizzaoven erin en het ruikt heerlijk. De bediening wordt gedaan door een ventje van een jaar of 5 die totaal geen Engels spreekt. Volgens mij wil hij ondertussen wel naar bed dus hij vertelt iedereen dat er geen plaats is, neemt geen bestellingen aan en haalt desnoods de menukaarten van tafel. Zijn moeder die boven in de keuken staat gaat echter nog wel even door dus ook mijn groentensoep komt uiteindelijk op tafel. Zo gaat de avond ook snel voorbij en lig ik niet veel later alweer in bed.


19 april

7 uur sta ik buiten te wachten op de taxi, die nog 25 minuten nodig heeft om daadwerkelijk te arriveren. We pikken de Amerikanen op en rijden door typische buitenwijken waar veel leven op straat is naar de rand van de stad. Daar staan de quads voor ons klaar en met een kleine instructie kunnen we het slakkengangetje van de gids volgen. Die ondanks eerdere belofte geen woord Engels spreekt. We rijden heel rustig over een gravelweg de berg op. Het achterwiel van de dame voor mij begint ineens te wiebelen en floep valt zo van de as af. Lang leve het slakkengangetje zodat er verder niets aan de hand is, behalve dat zij met de quad van de gids en hem erop samen verder gaat. Hoe hoger we komen hoe mooier het uitzicht op de groene bergen. Waar in de Colca canyon geen groene plant te vinden was, ben ik erg blij met de bomen en planten die hier wat variatie en dimensie in het landschap brengen. We stoppen bij een aquaduct van 200 jaar oud (dus niet heel bijzonder) en gaan daarna naar de sculpturen. Over tegenvallers gesproken, deze horen ook niet tot de geschiedenis van de stad maar we blijken bij een soort moderne toeristische attractie in wording aan te komen. Het lijkt een enorme zelfverheerlijking van de eigenaar, Michael de Titan. Er zit geen lijn in de beelden en sculpturen. Zo zien we willekeurig een enorme poema, het gezicht van Machu Picchu, Griekse stijl beelden van naakte vrouwen, houtsnijwerken in allerlei vormen, en een beeldhouwwerk van een enorme penis. Oké... Na 20 minuten rijden we dezelfde weg terug met de hand op de rem. De taxi brengt ons terug en zo staan we om 10 uur in het centrum van waar we een ontbijt gaan zoeken. De Amerikanen stellen een andere groene hippe tent voor waar ze bananenpannenkoeken met fruit hebben. Erg lekker maar vult voor geen meter. Wel heb ik nog een leuk gesprek met één van hen (de ander is hele tijd aan de telefoon). We lopen terug naar onze buurt en spreken af om vanmiddag naar de ruïne boven op de berg te lopen. Ik kan op mijn kamer mijn warme outfit inwisselen voor iets luchtigers en het ontbijt / lunch aanvullen. Wat later dan gepland lopen we weer door de stad naar de ruïne. Onderweg komen we langs het bakkertje waar ik de quad tour had geboekt en we nemen nog wat lekkers voor onderweg. Na een flinke klim omhoog komen we aan bij een groot plateau met nog veel meer muren volgens Inca de bouwstijl. Uiteraard wordt ook hier entree gevraagd en als je eenmaal de klim hebt gehad dan betaal je die ook nog wel. We maken een ommetje over een vredig grasland dat net gemaaid is dus het ruikt heerlijk. Als we bij de enorme muur aankomen van meer dan honderd meter lang, zien we ook de enorme groep toeristen. Twee lokale jongens vragen ons of ze met ons mogen optrekken om hun Engels te verbeteren, ze willen namelijk gids worden. Een win-win want op deze manier krijgen wij iets meer duiding bij het bouwwerk. Het was een plaats om samen te komen en te feesten, dus volgens mij vergelijkbaar met de piramides in Nasca. Ook hier zijn dieren in de muren verwerkt en zijn er rotsblokken van 10 meter hoog en 5 meter breed verwerkt. Het blijft indrukwekkend om te zien dat ze dit allemaal boven op de berg hebben gebouwd met perfecte afwerking en aandacht voor symboliek. Schijnbaar kun je van bovenaf namelijk zien dat Cusco het lichaam van een puma is en deze plaats op de berg het hoofd. De plaats heet trouwens Saqsaywaman, wat de Amerikaanse maar al te leuk vindt als dit naar haar wordt uitgesproken. We bedanken onze gidsen in opleiding en lopen nog even naar een Christusbeeld even verderop wat in alles doet denken aan Rio de Janeiro. Nog even genieten van het uitzicht op de stad en bergen voordat we weer afdalen. Hier nemen we dan weer afscheid van elkaar. Morgen gaan zij naar een stadje verderop waar één van hen tijdelijk gaat wonen. Ik ga mij opmaken voor de Salkantay trek. Ik neem een douche, trek weer warme kleding aan, eet nog wat en loop naar de stad waar mijn gids mij instrueert over de komende dagen en wat mee te nemen. Op de weg terug neem ik nog een kleine pizza als avondmaal. Als ik mijn spullen heb ingepakt ga ik naar bed en zet mijn wekker om 3.45u. Morgen gaat het dan echt gebeuren en ben ik vijf dagen in de bergen aan het trekken om uiteindelijk Machu Picchu te bereiken.


Peru deel 2

12 april

Ik word wakker van de zonnestralen door het busgordijn heen. Volgens mij heb ik aardig wat geslapen in de bus. Ideaal is anders, maar als je dan toch 11 uur in een bus zit dan is een nachtrit wel lekker efficiënt. Zeker als je in Arequipa twee overnachtingen dient te acclimatiseren. Als ik de gordijnen open zie ik het prachtige decor van Arequipa; de drie vulkanen met besneeuwde toppen. In de stad zelf voelt het nog steeds erg warm aan dus dat maakt het uitzicht op de besneeuwde toppen extra bijzonder. Ik neem een taxi naar mijn hostel dat op loopafstand van het historische centrum ligt. De stad kent een aantal grote oude gebouwen en veel straatjes die gecategoriseerd lijken te zijn op koopwaar. De ene straat zit vol met brillenwinkels, de volgende met voedsel, dan weet wisselkantoren en er is ook een straat met alleen maar restaurantkeukens (but who's buying...). Rond lunchtijd loop ik toevallig een binnenmarkt binnen vol met allerlei voedsel kraampjes. Hier vind ik eindelijk weer wat groenten en kan ik ook bereide groenten met een aardappeltaartje eten. Ik slenter nog wat door de volle straatjes en als ik terugkom bij mijn hostel loop ik tegen mijn persoonlijke trekpleister van de stad aan; de vuilniswagen die op vol volume de melodie van "diep in de zee" afspeelt waardoor de bewoners weten dat ze hun vuilnis in de wagen moeten gooien. Ik heb nog nooit zo'n grappige variatie op de ijscowagen gezien en zeker niet met dit liedje.

Eindelijk kan ik ook even een douche nemen en tegen de avond moet ik zowaar mijn lange broek weer eens aantrekken. Na een praatje met wat Amerikanen die erg graag vertellen over hun goede leventje loop ik naar een eettentje dichtbij waar alleen maar Spaans wordt gesproken, laat me verrassen wat er op mijn bord komt en ga die avond op tijd naar bed. Even een goede nacht maken en mijn lichaam laten wennen aan de hoogte.


13 april

Vannacht vertrekt mijn bus naar Cabanaconde, waar de eerste hikes zullen plaatsvinden. Vandaag heb ik me nog even te vermaken in de grote stad. Of liever daarbuiten dus einde ochtend stap ik in een busje om te gaan raften in de vallei bij de stad. Als we de stad uitrijden zie ik eindelijk weer die mooie witte punten van de vulkanen. Helaas raften we met ons gezicht naar de stad toe dus moet ik soms stiekem achterom kijken om te genieten van nog meer natuurpracht. De rivier is niet zo wild als ik soms heb ervaren dus gelukkig heb ik daar alle ruimte voor. Ook geniet ik van de groene hangplanten die de hoge rotswanden sieren, in contrast tot de cactussen en dorre bomen die daarboven te vinden zijn. Traditioneel zit er een metershoge sprong in de route inbegrepen. Het water is zo'n 11 graden en dat geeft een flink verkoelend effect in de brandende zon. Na een goed half uur is het pleziertoertje weer voorbij en sta ik die middag weer in het stadscentrum. De afgelopen dagen heb ik niet veel gemerkt van corona maatregelen gelukkig. Vaccinatiebewijs wordt sporadisch gevraagd en van mijn Nederlandse papieren weten ze niks te maken dus laten ze me wel door. En op straat draagt nagenoeg iedereen mondkapjes maar de politie zegt er niets van als je het niet doet dus dan is de keus snel gemaakt. Ik maak me klaar voor de komende dagen in een omgeving waar minder faciliteiten zijn. Met een tasje vol boodschappen, contant geld en een alpacawollen vest dat voor geen meter past maar ik toch niet kon weerstaan. Mocht het na een paar keer wassen niet op maat zijn, dan heb ik in ieder geval een warme tijd in Cusco en een mooi souvenir om in de kast te laten verstoffen.

Al met al heb ik de afgelopen dagen veel tijd gehad om mijn verslag te schrijven maar te weinig onder de indruk geweest van wat Peru mij tot nu toe heeft te bieden. Dus ik ga op tijd mijn bed in om toch nog wat uurtjes slaap te pakken vannacht.


14 april

3.00 am zoals de Peruaanse klok aangeeft gaat mijn wekker. De hoteleigenaar regelt voor mij een taxi en zo loop ik 4.00 am naar mijn volgende bus. Ik verheug me op een heerlijke slaapstoel maar de werkelijkheid blijkt ietsje anders. Het is meer een lijnbus gevuld met lokale bevolking van alle generaties. De vrouw naast mij is met haar kat op pad en gelukkig is de haan die ik hoor kraaien slechts een wekkergeluid. Ik heb de eer om vooraan te zitten, de enige plek zonder beenruimte. Echt lekker slapen zit er deze trip dan ook niet in. Als ik dan mijn benen even in de hoogte wil stekken trap ik meteen de tussenwand met de cabine eruit. Gelukkig komen de passagiers daar met de schrik vrij en ik met wat boze blikken.

We rijden door een vallei en stijgen tot bijna 5000 meter dus wanneer ik mijn poging tot slapen heb opgegeven en de zon daar ook alle aanleiding toe geeft geniet ik van het hooggebergte met de vreemde combinatie van cactussen en sneeuw. Steeds meer mensen stappen op willekeurige plaatsen in en uit met doeken op hun rug die zij waarschijnlijk in de bloedhete zon gaan vullen met de oogst van de dag. We rijden langs het Condor uitzichtpunt en ik word getrakteerd op twee condors die dichtbij meezweven met de bus. Ik zie voor het eerst één alpaca, vergezeld door een vrouw in perfect uitziende traditionele kledij. Dat het toerisme hier flink wordt uitgebuit was me al duidelijk maar ik vrees dat het land van de alpaca ook een commerciële truc is geworden. Even later bereik ik Cabanaconde op 3600 meter. Ik voel me koortsig en erg verzwakt. Waardoor het komt kan vanalles zijn: de gebroken nachten, grote temperatuurschommelingen, zonverbranding, de hoogte(stijging), tekort aan groenten, wat er allemaal in zo'n bus rondzweeft (toch corona opgepikt?) of een cadeautje van de ziektedragende muggen. Vandaag heb ik ook niets meer gepland dus ik neem een flinke soep met broodjes avocado als lunch en probeer een bus naar Cusco te gaan regelen, die zijn namelijk erg schaars vanuit hier. Ik spreek een paar Nederlanders die mij tips geven over een zonnehoed, niet naar de condor spot te hoeven en dat er zeker nog bussen gaan naar Cusco. Als ik in mijn hotelkamer ben zie ik weer twee condors voorbij vliegen. Ik ontmoet drie Italiaanse mannen van pensioenleeftijd die met hun huurauto naar het condor uitzichtpunt gaan en ik ga in op hun uitnodiging mee te rijden. Onderweg heb ik leuke gesprekken met de vriendelijke mannen maar als we op de locatie aankomen is er geen condor meer te vinden. Deze vliegen maar op gezette tijden en we zijn net te laat. Het koelt ook flink af en daar ben ik niet op gekleed dus ik ben blij als we weer vertrekken. Terug in het dorp eet ik een tomaat en stap om 18u mijn bed in.


15 april

Na 12 uur slapen en vaak drinken en plassen word ik wakker. De hoogteziekte pillen zorgen voor dat laatste maar ik voel nog niet dat ze effect hebben op mijn gesteldheid, als het al hoogteziekte is. Desalniettemin is het verstandig om een lagere slaapplek te gaan zoeken, en laat de geplande hike nou precies dat bieden. Ik eet gelukkig zonder moeite mijn ontbijt, laat mijn backpack achter bij de vriendelijke hoteleigenaar, koop wat lunch en water en start mijn hike door de canyon. Het is 8.30 maar in de zon al meteen heet. Op mijn route kom ik langs loslopende honden die mij duidelijk als een dreiging zien en ik hen daardoor ook. Ik weet ze dankzij oogcontact en mijn trekking stokken van me af te houden tot ik een zijafslag kan pakken. Ik kom een park ranger tegen waar ik €25 entree betaal (waarvan 99% naar de nieuwe BMW van de president gaat). Al snel kom ik meerdere groepen tegen die vanuit Arequipa deze tour hebben geboekt, waaronder het vriendelijke Zwitserse stel dat ik in Paracas ontmoette. Na een kort gesprek raak ik ze toch weer uit het oog vanwege mijn trage tempo. Ik daal steeds steiler af naar de brug over de rivier. Een mooie plek om ook even in de schaduw mijn broodje avocado te nuttigen en met de Zwitsers te kletsen. Zij gaan in het volgende plaatsje alleen lunchen en daarna door naar de canyon oase dicht bij Cabanaconde om te overnachten. Gezien mijn toestand ga ik ervanuit dat ik die tweede etappe morgen pas doe. Echter, als ik aankom bij het dorpje heb ik het na 20 minuten ook wel gehad met de rust en voel ik mij fit genoeg voor de lichte etappe van nog eens 3,5 uur. Ik pik nog even WiFi mee om er achter te komen dat de directe bus naar Cusco waarschijnlijk niet rijdt door te weinig reserveringen. Dat zou betekenen terug naar Arequipa en daar een nachtbus nemen, totaal 8u langer in een bus waarvan 4u in die lokale bus. Dit vooruitzicht sterkt mij om de tweede etappe te doen en daarmee een dag te winnen in mijn toch al krappe schema. De oase ligt ook nog eens een paar honderd meter lager, dus goed voor de zuurstof behoefte. Ik loop nagenoeg gelijk met één van de groepen en krijg ik nog een pepertje uit de natuur te proeven. Verder is het inderdaad een lichte etappe dus die gaat mij ondanks mijn conditie prima af. Echt genieten van de canyon die dieper is dan de Grand Canyon kan ik toch niet. Het is gewoon een gortdroge omgeving waar je niets anders ziet dan planten (cactus) en dieren (condor) die leven op armoede en dood. Het uitzicht van rivier in het diepe dal langs de cactussen naar de besneeuwde toppen is zeker indrukwekkend, maar niet mijn idee van de natuurpracht. Aangekomen in de oase heb ik de uitdaging om in één van de weinige lodges een slaapplek te vinden, gezien de grote groepen die alles al geboekt hebben. Bij de eerste Lodge krijg ik teleurstellend antwoord, de tweede heeft gelukkig nog plek. Ik kan zelfs kiezen tussen een 1-persoons kamer zonder badkamer of een goedkopere 3-persoons mét, waarbij eventuele volgende toeristen de andere 2 bedden kunnen bezetten. Het is 17u en met nagenoeg groepen verwacht ik sowieso geen last minutes meer dus ik kies voor de kamer met badkamer. Helaas geen WiFi of bereik in dit dal, dus de tijd tot het avondeten kom ik door in gesprek met een vriendelijke lokale gids. Ik neem nog een warme douche en ga even op bed liggen, wat betekent dat ik echt wegdut en weer met een gare kop wakker wordt om 19.30u. Vlug naar het diner dan, om toch ook wat energie op te doen en het ontbijt morgen te kunnen skippen. Gelukkig krijg ik het voedzame bord met zowaar wat groenten (denk maar niet dat je keuze hebt in het menu) goed naar binnen. Naast mij zitten twee Belgische broers en hun moeder. Zij zijn deze middag de enorme klim naar Cabanaconde gaan maken maar zeker moeders viel het zwaar waardoor ze na 3 uur en nog niet halverwege zijn omgedraaid. Ze kwamen in het donker hier aan en klagen over de vieze bedden en koude douche in het washok in de kelder wat hen is toegewezen. Ik biedt aan om de eenpersoons kamer te nemen zodat zij mijn kamer kunnen overnemen. In gesprek met de eigenaar en twee personeelsleden die enigszins Engels kunnen krijgen we meermaals te horen dat het niet kan, om politieke redenen en omdat ze het mij afraden. Volgens mij heeft één van de broers met zijn eerdere geklaag de eigenaar flink op zijn pik getrapt. Het blijkt geenszins mogelijk iets te regelen dus ik biedt ze in ieder geval mijn beddengoed en warme douche aan (en tandpasta die waren ze vergeten). Daarna spring ik snel mijn bed in om mijn broodnodige herstel te bespoedigen.

Peru deel 1

9 april

Midden in de nacht ontwaak ik en merk op dat het zowaar stil is buiten. De suffe vlucht en 7 uur tijdsverschil maken dat ik niet meer echt in slaap val. Ik voel me gesteund door de wereld in Lima die langzaamaan ontwaakt. De symfonie start met hanengekraai, gevolgd door blaffende honden en wordt gecompleteerd door de eerste auto's. Ik heb nog even tijd te rekken. De pinautomaat is pas om 9 uur open mijn bus naar het zuiden vertrekt vanmiddag pas. Rustig aan start ik de dag met een ontbijt en maak dankbaar gebruik van de piano die in de hoek van de ontbijtruimte staat. Ik loop via de pinautomaat terug naar het vliegveld waar ik dankzij de vele melkertbanen hulp krijg om de juiste stadsbus te vinden. Het reizen in Zuid Amerika belooft een hele uitdaging te worden zonder Spaans te spreken of verstaan.

De rit door de stad is zoals altijd een spektakel. De bus zigzag tussen de auto's door om maar tempo te houden en in- en uitstappen moet je doen in de ene seconde dat de bus daadwerkelijk stilstaat. Dt laatste kan overigens op elk moment op elke plek als je maar contact maakt met de buschauffeur die naar iedere potentiële opstapper toetert. De rest van de ochtend ploeter ik wat in de enorme stad waar de zon door een laag van stof, smog en mist heendrujt. Ik regel nog een simkaart en wat te eten voor in de bus naar Paracas. Die bus blijkt geen straf voor de langere ritten met fauteuils die lijken op massagestoelen, genoeg beenruimte gecompleteerd met een heerlijke voetensteun en een eigen tv-scherm. Ik heb nog niet eerder zo'n comfortabele reis gehad!

Onderweg hoor ik dat dit de eerste bus is die rijdt sinds de ongeregeldheden in de stad. Top timing dus. Aangekomen in Paracas boek ik een mega toeristische tocht door het National Park en eet ik samen met de hostel host en gasten.


10 april

De halve kip van gisteren zorgt nog voor genoeg vulling om het ontbijt over te slaan. Ik loop naar de haven waar ik net als alle andere honderden toeristen een boottocht ga maken langs de kustlijn van het woestijngebied. Ik word gesplitst van de andere Europeanen en kom op een boot terecht met alleen maar Zuid Amerikanen. Als we langs de zeeleeuwen en pinguïns varen krijg ik daarom privé wat uitleg die eerder over de microfoon te horen was. Op de boot vind ik heerlijk verkoeling op deze hete dag. Die middag zit ik veel in de bus die mij door het Nationaal Park leidt. Oftewel het woestijngebied, maar dan minder heet vanwege de koude zeewind. We maken een aantal stops langs de bruinrode kust en daarna heb ik mij een uur te vermaken aan een klein strandje. Menig toerist zoekt verkoeling in het koude water terwijl enorme pelikanen de opspringende vissen uit het water duiken. Dankzij wat gezelschap van een Zwitsers stel gaat het uur snel voorbij. Daarna loop ik nog even naar de rotsen verderop waar ik een hagedis en een prachtige oranje krab op de foto weet te leggen.

De middag eindigt in Huacacina waar ik nog een buggytour heb en ga sandboarden. Het plaatsje is een oasestadje en de enige oase in Zuid Amerika. Omgeven door enorme zandduinen en een eindeloze woestijn ligt het kleine plaatsje vol palmbomen daar gecentreerd rondom het meertje. Ik een gek gezicht maar het geeft wel een leuke vakantiesfeer. Na lang wachten in het dorpje vindt onze chauffeur het toch tijd om maar eens naar de buggy te lopen. Ik loop met mijn blote voeten door het heerlijk zachte zand en krijg alweer zin om te gaan beachvolleyballen. Samen met 7 anderen stap ik in een grote duinbuggy en knallen we met veel geweld de duinen op en af. Het lijkt op een achtbaan rit maar dan moet ik volledig vertrouwen op de chauffeur... En de techniek want terwijl de avond valt vraag ik me ook wel af hoe lang we moeten teruglopen als de chauffeur teveel van de buggy vraagt. Met een rotgang knallen we door het zand en even later begrijp ik waarom; voor me zie ik de laatste glimp van de ondergaande zon. Het rode bolletje is in een paar seconden al uit het zicht verdwenen en nu vraag ik me nog meer af waarom de chauffeur eerder helemaal geen haast leek te hebben. Terwijl we terug rijden, nee terug sjeesen, geniet ik als enige ook stiekem van de lucht achter mij die prachtig paars kleurt. We stoppen nog even voor een sandboarding momentje maar na mijn ervaring daarmee in Nieuw Zeeland kan dit me niet echt bekoren. Als we even later weer in de buggy zitten blijk ik het onheil in gedachten op ons af te hebben geroepen; de buggy is ineens alle motorkracht kwijt en komt de meest flauwe helling niet meer op. Onze chauffeur probeert al 15 minuten lang tevergeefs opnieuw te starten en de heuvel op te komen terwijl de laatste buggy's ons in het donker voorbij razen. Ik had liever gezien dat hij al een taxi had geregeld gezien de hopeloze pogingen ons niet uit de snel afkoelende woestijn lijken te halen. Ineens krijgt de motor weer schwung en rijden we alsnog op eigen kracht maar wel heel degelijk terug naar Huacachina. Daar aangekomen kan ik eindelijk gaan dineren en rond 21.30 uur ga ik naar bed. De jetlag lijkt er nog niet helemaal uit en mocht het zo uitkomen in mijn slaapritme dan kan ik morgen de zonsopgang gaan bekijken. Gelukkig val ik ondanks de nog warme slaapkamer ook snel in slaap.


11 april

Ik word (weer) wakker in de nacht maar deze keer merk ik dat ik minder moe ben en de nacht ten einde loopt. Ik kijk op de klok, half 6. Mmm de perfecte tijd om toch die zonsopgang mee te pikken! Ik kleed me snel aan en loop de duinen in om een mooi plekje uit te kiezen. Voor mij loopt het Duitse stel dat gisteren bij me in de bus zat. Samen stellen we ons op in één lijn met de oase en de aankomende zonsopgang. Het is heerlijk om in zo'n vredige woestijnomgeving de wereld te zien ontwaken en de hemel te zien oplichten. Om 6.15u komt de zon dan daadwerkelijk boven de bergen uit en is het plaatje van de exotische oase weer compleet. Al snel ga ik weer naar mijn hotel om mijn spullen in te pakken en de transfer die de Duitsers gisteren geregeld hebben proberen mee te pikken. Gelukkig is dat geen probleem en zo zit ik weer een paar uur in een bus op naar Nasca. In Nasca nemen we een 8-persoons, wiebelig vliegtuigje waarmee we over de Nasca lijnen vliegen. Zo'n 2000 jaar geleden hebben de mensen hier allerlei dieren en patronen in de harde steengrond gekerfd waarschijnlijk gericht op re goden. We cirkelen rond getekende apen, vogels en minder duidelijke kunstige vormen van zo'n 60 tot 100 meter per figuur. Het zijn kinderlijke tekeningen maar het zal een hoop moeite en visie hebben gekost om deze figuren hier te tekenen. Dat het een sportief vluchtje was blijkt als we aan de grond zijn en twee dames achter mij een volle plastic zak mee naar buiten nemen. Het is inmiddels middaguur, snikheet en ik heb nog geen fatsoenlijke maaltijd kunnen vinden. De nachtbusssn naar Arequipa vertrekken in de avond dus we hebben ons nog een hele middag te vermaken. We besluiten een gids te boeken die ons naar de oude aquaducten, piramides en graftombes van het historische Nasca volk brengt. We leren dat Nasca "lijden" betekent vanwege het gortdroge gebied (5u regen per jaar), dat de piramides om die reden ook geen dak hadden en gebruikt werden als gebedsplaatsen en dat de graftombes niet meer dan gaten in de grond zijn waar de skeletten van volwassenen en kinderen nog zichtbaar in liggen. Een interessante en enigszins lugubere middag later staan we bij het busstation waar we onze tassen al kunnen inchecken. Met alle tijd die we nog hebben eten we met zijn drieën en lopen we nog even door het centrum. De Duitsers hebben om 21u al hun bus en ik heb nog anderhalf uur langer om rond te slenteren en een praatje te maken met een lokale opa die zich goed heeft ingelezen over Europa en ook Nederland specifiek. Even later mag ik dan eindelijk in mijn luxueuze nachtbus stappen om de fauteuil plat te gooien en een poging tot slapen te doen.