gerton.reismee.nl

Corsica 2021

Corsica 2021

25 augustus. Om 6 uur stap ik met weinig slaap maar veel zin uit bed. Eindelijk ga ik naar Corsica. Ik trek de koelkast leeg, hijs de rugzak die toch weer 20kg weegt op mijn rug en loop naar de trein. Om het avontuur maar meteen te starten rijden er geen treinen van Rosmalen naar Den Bosch, noch zet de NS bussen in. De internationale trein naar Brussel gaat maar 1x ik het uur dus dat betekent dat ik niet mooi op tijd op het vliegveld kom maar krap aan. Gelukkig gaat alles daar vliegensvlug en kan ik zonder te haasten mee naar het eiland waar mensen vroeger vooral naartoe verbannen werden. Voor Nederlanders lijkt het daar niet de meest ellendige plek voor. Ik stap uit op een bewolkt Ajaccio waardoor de thermometer een benauwde 27 graden aangeeft. De palmbomen dansen op een middellands briesje voor een decor van ruige bergen en een blauwe zee. Meer tijd voor poëzie heb ik niet want over een uur vertrekt mijn volgende trein alweer. Een treinstation blijkt toch niet bij het vliegveld te liggen dus ik moet naar het stadscentrum. De Corsicanen doen de term laissez faire eer aan door de bus te laten rijden wanneer het uitkomt dus dat is ook geen optie. En die trein... Die rijdt maar twee keer per dag. Eens zien hoe gastvrij de Corsicanen zijn voor lifters. Net als ik mijn duim opsteek gaat die van het meisje iets voor mij ook omhoog. Een blonde jongedame met een zomers broekje aan, daar ga ik het natuurlijk niet van winnen. Maar wellicht kan ik wel op die charmes meeliften. Communiceren met de Franstalige meid gaat ongemakkelijk en mijn vooroordeel over vrouwelijke charmes om te liften blijkt al snel ongegrond. Toch maar onafhankelijk van elkaar liften, want 2 personen én een backpack ter grootte van een persoon lijkt de automobilisten ook niet uit te nodigen. Binnen een minuut wordt er voor de jongedame gestopt nadat zij net de grote weg op is gegaan. Ik besluit mijn eigenwaarde te sparen en haar snelle succes aan de grote weg toe te dichten. Als ik de grote weg wil oversteken word ik voorgelaten door een auto die de rotonde afkomt. Ik bedank met mijn hand en vervolg met mijn duim. Warempel, hij zet zijn auto aan de kant en ik mag met hem mee naar het centrum. De vriendelijke local spreekt goed Engels. Terwijl we een leuke kennismaking hebben brengt de vriendelijke man mij helemaal naar het station toe. Van krap in tijd naar zeeën van tijd. En zo zit ik voor de tweede keer vandaag voor een paar uur in de trein. Vijf uren deze keer, want de enige trein op het eiland rijdt dwars door de bergen van dorpje naar dorpje. Met gematigde snelheid schudden we door een ruig en groen berglandschap waardoor deze rit al een toeristische attractie op zichzelf is. De trein gaat rakelings langs de bergwanden die niet meer dan nodig zijn uitgegraven voor het smalle spoor. We passeren kleinschalige en ouderwetse stations met als hoogtepunt een houten vervallen schuurtje in de middle of nowhere. En ook hier stappen mensen uit en in. Het laatste uur rijdt de trein van badplaats naar badplaats waar veel strandgangers op en af hoppen. Onderweg spreek ik een Duits gezin dat met hun 4 kinderen de noordroute reeds hebben voltooid. En twee Belgen die matig voorbereid een deel van de route hebben gelopen. Met nog wat handige tips aan mijn bagage toegevoegd kijk ik uit naar de tocht, die vooral spannend gaat worden vanwege koude nachten en hete dagen maar zeker niet te hoog gegrepen voor mij als ik hun verhalen hoor. Na weinig slaap en bijna 14 uur reizen kom ik vermoeid aan in Calvi waar ik incheck bij mijn kamer. Ik loop nog even door het bruisende centrum, geniet even van de rust aan de waterkant en duik snel daarna mijn bed in. Haasten en stilzitten hebben we achter de rug, dus tijd voor veel beweging, frisse lucht en leven in het moment!

26 augustus. De wekker vertelt mij dat het tijd is om te vertrekken. Ik kan met een stoptrein naar het station GR20 gaan om van daaruit hopelijk weer succesvol te kunnen liften. Het beginpunt is namelijk nog steeds 10km van het station vandaan. Het is een heerlijk rustige ochtend op de stranden en ik heb een mooi uitzicht op de stad Calvi. Als ik uitstap loop ik langs een legerbasis naar de rotonde waar de weg naar Calenzana begint. Voorbij joggende militairen hebben weliswaar een buikje maar hun kuiten maken duidelijk dat ze in de bergen getraind zijn. Daar loop ik dan met mijn plattelands kuiten en een rugzak van ruim 20kg langs de weg met tevergeefs mijn duim omhoog als een auto passeert. De Corsicanen hier hebben weinig behoefte mij verderop te brengen. Ik bedenk me om mijn mondkapje om te hangen wat mogelijk voor een veiliger gevoel zorgt. Na 1km lopen en tevergeefs duimen stopt er een personenbusje. Een groep oudere Fransozen ziet nog ruimte om mij erbij te proppen. De achterbak zit vol met flinke backpacks en al snel wordt mij duidelijk dat deze groep zestigers met de taxi naar het beginpunt van de GR20 gaan. De GR20 staat bekend als zwaarste meerdaagse tocht van Europa en dat is mijn doel voor deze reis, althans het heftige noordelijke deel. Maar van deze groep pensionado's had ik niet verwacht dat ze daar een haalbare uitdaging in zagen. We stappen uit op de bestemming en ze staan er op dat ik niet mee betaal voor de taxi. Ik geef ze als dank een paar stroopwafels, die het altijd goed doen als bedank in het buitenland. Het is moeilijk communiceren met de Fransozen maar ze zijn ontzettend vriendelijk en doen echt hun best. Één van hen zoekt naar een waterbron om de flessen te vullen alvorens van start te gaan. Ondertussen stopt er een gendarmerie auto en ik vang op dat de GR20 est fermé... De fransozen leggen uit dat we dit eerste deel van de route wegens brandgevaar niet op mogen... Ze kijken elkaar aan en één zegt er "op naar de waterbron!". En zo geschiedde het. Bij de fontein zit een Nederlands stel van mijn leeftijd en twee Ierse mannen van in de 50. Wanneer ik mijn flessen vol heb zwaai ik naar de Fransozen en ga op pad. Ik loop samen met drie Belgen van half 20 en we zoeken naar de route in het dorpje. Al snel zitten we op de route en zij zijn sneller dan ik. Het is een hete dag met 28 graden en volop zon. Ik heb een uur of 6 te lopen vandaag en allemaal omhoog de berg op. Al gauw kom ik er achter waarom de GR20 zo heftig is. De berg op betekent echt klimmen en klauteren. Meer dan eens zitten mijn hiking stokken in de weg omdat ik mijn handen nodig heb om hogerop te komen. Het pad loopt door bossen en over rotsen omhoog. Onderweg moet ik een waterstroompje oversteken. Er staat een rij koeien (vee, te herkennen aan de draadloze oordopjes) die om beurt drinken van het watervalletje. Eén koe staat als een soort wachter midden op mijn pad. Ik nader hem voorzichtig niet wetende hoe hij reageert op mensen. Het pad is namelijk zo smal dat ik hem nauwelijks zonder aanraken kan passeren. Gelukkig is hij relaxt en gaat zelfs een beetje aan de kant voor me. Na een flinke dag klauteren kom ik aan bij de refuge; een plateau met een paar eenvoudige gebouwen en veel popup tentjes. De faciliteiten zijn beter dan ik had verwacht met toilet- en douche, keukentjes waar je eigen eten kan koken en een winkeltje waar je eten kan kopen of maaltijden kan bestellen. De popup tentjes zijn te huur maar ik heb mijn eigen tentje bij me dus die mag ik ergens op het plateau neerzetten. Vanwege de flinke wind zet ik mijn tent wat meer tussen de bomen op. Ik bestel alvast voor het avondmenu en geniet van een heerlijk verkoelende douche. Ik droog en warm op bij een picknicktafel in de zon met een mooi uitzicht op de zee achter de bergen. Twee Vlaamse jongens komen bij me zitten waar ik erg mee kan lachen. Ondertussen haal ik mijn maaltijd op; gedroogde worst, een groot bord pasta met een toefje tomatensaus en een brownie als toetje. Na zo'n dag smaakt alles met voedingstoffen goed dus ik geniet volop. Rond 20.30u zakt de zon achter de bergen en zoekt iedereen zijn bed op. Tijdens het tandenpoetsen geniet ik van het avondrood dat het prachtige panoramauitzicht kleurt. En duik dan ook lekker mijn slaapzak in. De eerste klimdag zit er op.

27 augustus. Ik word wakker van vroege vertrekkers en dat is mijn teken om ook de spullenboel in de pakken en op pad te gaan. Ik haal een picnic (lunch) op bij het keukentje en om 7 uur ben ik onderweg. Ik loop langs een waterbron, ofwel een slangetje uit de rotsen met schijnbaar drinkbaar water, waar ik mijn flessen vul. Ook vandaag is weer een heftige klim waarbij klauteren nodig is. Elke stap is minstens een kniehoogte omhoog en eenzelfde afstand opzij, waardoor het niet doorstappen is maar elke stap goed plannen en voorzichtig nemen. De schuine en puntige rotsen vragen daarbij veel van mijn schoenen en de weinige drukpunten van mijn voeten. Om 9 uur kom ik op een punt waar de zon schijnt en dat is een mooie plek en tijd voor ontbijt. De 3 Belgen van de eerste dag genieten hier ook van hun eerste pauze en zo raken we wat aan de praat. Er komt een Nederlands stel van in de 50 voorbij met hun hond Jip. De hond heeft ook een klein rugzakje met zijn eigen eten en een handvat om hem over het parcours te tillen waar nodig. Voor de eerste dagen heb ik goed eten ingeslagen en zo bestaan mijn ontbijt en lunchmomenten uit crêpes met ham, komkommer en tomaat uit eigen tuin. Ik klauter weer verder en verbaas me over de route. De route is niet meer dan gemarkeerde navigeerpunten die willekeurig op de berg lijken te zijn getekend. Willekeurig in die zin dat er geen duidelijk pad te zien is en elke volgende steen waar ik naar toe kan springen of klauteren de mogelijke route kan zijn. Het is dus goed opletten of ik goed ga, en ook waar ik mijn handen en voeten neerzet. Zeker met een zware rugzak achterop is de balans heel anders en vraag je een stuk meer van je beenspieren. Het is ondenkbaar in Nederland dat een dergelijke tocht wordt toegestaan, wij zouden het al lang verbieden omdat je continu balanceert en klautert langs afgronden en tussen grote stenen. Aangekomen op de bergrug zitten er veel mensen te pauzeren in de zon. Het is een mooi lunchmoment maar ik kom er al snel achter waarom het zo druk is; we hebben hier telefoonbereik en dus internet. Iedereen is driftig aan het bellen of appen. Ik schiet een paar mooie plaatjes van het uitzicht, eet mijn lunch en ga weer verder. Al snel loop ik verkeerd door geen markering te zien en automatisch verder omhoog te klimmen. Gelukkig zie ik beneden anderen lopen en snap waarom ik de route misliep; we moeten ons door een nauwe kier tussen de stenen wurmen met onze backpacks. In de middag volgt een lange afdaling over een slingerpad vol losse stenen. Het is erg vermoeiend om niet naar beneden te donderen en de zon begint steeds feller te branden. Ik loop gelijk met de Franse zestigers en ik begrijp dat één van hen zelfs 75 jaar oud is. Hij gaat bij de afdaling onderuit en ligt in de struiken en kijkt met zijn gezicht zo de afgrond in. Dat is even schrikken. Hij moppert wat merde hier merde daar, staat op en gaat weer stug verder. Ondanks zijn leeftijd is hij één van de snelsten en kan ook nog genieten van de route. Uiteindelijk ben ik de traagste naar beneden maar dat ben ik gewend van mezelf. Om 17 uur kom ik beneden aan bij de volgende refuge. Na een dag van 10 uur start hetzelfde ritueel; tent opzetten, koud douchen en eten reserveren. De tent plekken zijn moeilijk te vinden door alle grote rotsen en schuine kanten. Ik vind een plekje waar ik mijn tentje net tussen kan proppen maar vannacht wel lepeltje lepeltjes moet liggen tegen een rots. De koude douche blijkt achteraf de enige van de drie te zijn die geen warm water gaf. Ik klets nog wat met de Franse zestigers voor zover we elkaar verstaan. Het eten is deze keer met een tafelindeling. Dat betekent dat ik op een picknicktafel terecht kom met schouder aan schouder in totaal 8 Fransozen. De 1,5 meter is in de bergen geen issue blijkbaar. De Fransozen hebben een erg gezellige avond en ik... tja ik kan nu eenmaal geen Frans. Het menu is vergelijkbaar met gisteren, met deze keer een zelfgebakken brownie. De overgebleven stukken worden voor me ingepakt voor lunch morgen. Ik geniet nog even van het wederom prachtige uitzicht bij de tafels en ga mijn tanden poetsen. Op de terugweg loop ik langs een tafel waar de 3 Belgen marshmallows aan het roosteren zijn boven hun gaspitje. Ze vragen of ik ook wil, en de gezelligheid en heerlijkheid doen mij besluiten dat ik later vanavond nog wel een keer mijn tanden kan poetsen. Een Duits stel van eind 20 komt er ook bij en zo heb ik wederom een erg gezellige avond. Als het donker is accepteren we dat er niet meer marshmallows opkrijgen en duiken onze tentjes in, die verspreid door de bergachtige bossen zijn opgesteld.


28 augustus. Ook de ochtenden zien er hetzelfde uit met een buurman als wekker en snel de spullen pakken. Picnic hoef ik niet, eerst mijn eigen voorraad en dus gewicht maar eens kwijtraken. Ik vertrek om 7.15u en merk flinke pijn in mijn rechterknie. Vandaag is uiteraard weer een zware klim en klauter exercitie met ook kettingen aan de bergwand om je aan op te trekken. De route is veelal onmogelijk en ik vraag me vaak af waarom er op andere plekken géén kettingen hangen. De kniepijn maakt het niet gemakkelijker de lastige stappen van rots naar rots te maken en te vertrouwen op de knie. Ontbijt gaat weer mooi in de zon en een uurtje later maak ik ook even gebruik van een 3G stop. Ik ga veelal gelijk op met de Nederlanders met hond dus heb een gezellige klimdag met hen. De hiking stokken kan ik beter in mijn rugzak stoppen want mijn handen heb ik hard nodig voor klimmen en dalen. Ik heb inmiddels eelt op mijn handen van de rotswanden en punten. We dalen verticaal af en het lijkt meer een boulderbaan. Ook de Franse 60ers kom ik bij de afdaling herhaaldelijk tegen. Heel ver weg zie ik Calvi liggen, gek idee dat ik daar 3 dagen geleden gestart ben en het nu zo'n punt aan de horizon is. Als we verder afdalen komen we de 3 Belgen tegen, deze keer bieden ze mij pannenkoeken aan. Ja ze willen van hun voorraad eten (dus gewicht) af en zo val ik weer met mijn neus in de boter. En zo bouw je ook nog meer een band op met de reisgenoten. Als we verder gaan ben ik wederom de traagste. De Nederlanders kom ik later tegen omdat zij pauze namen met vrienden die hen tegemoet kwamen lopen. We dalen samen af en bereiken de refuge om 16u, waar zij in de camper van vrienden stappen en een rustdag inlassen. Ik zet mijn tent op bij de 3 Belgen en de Nederlanders en Ieren die ik bij de fontein had gezien. De refuge is deze keer niet verlaten in de bergen maar in een skioord met hotel en restaurant. Dat betekent warme douches, stroom, internetbereik en een avondmaal bij de friettent. De anderen gaan naar het hotel om te eten maar dat duurt nog lang en ik ben wel toe aan een goede hap. Ik bestel een groot bord groenten en hamburger met friet. Dat gaat er goed in! Naast mij zit een vrouw met dochter die net hun toetje, een flinke brownie met ijs, aan het verorberen zijn. Ik zeg dat het er heerlijk uitziet en de twee kunnen goed Engels en geven aan dat ze het niet op krijgen. Dus onder het genot van hun heerlijke brownie heb ik een leuk gesprek met hen. Terug bij de tent krijg ik van de Duitse jongen een olie voor mijn knie. Één van de Belgen is fysio en stelt me na analyse gerust dat ik waarschijnlijk niet meer kapot maak als ik doorloop. Hij plakt de tape die ik bij me heb op de knie en zo hoop ik morgen toch echt wel verdere te kunnen. Anders wordt het avontuur wel van korte duur. En al hoor ik het al elke dag van iedereen die ik spreek, ook morgen wordt één van de zwaarste dagen. Ik ben er al lang achter dat inderdaad elke dag onmogelijk en afzien is. Maar goed, daar kiezen we ook allemaal voor! Dus gauw mijn bedje in, proberen niet te veel van mijn matje te rollen door de helling en morgen maar weer vroeg op.

29 augustus. Vandaag nog iets vroeger op dan de andere dagen, wederom dankzij mijn actieve buren. Er staat een flinke dag voor de boeg. Ik vertrek om 6.30u en ben daarmee nog steeds later dan de reisgenoten waar ik contact mee heb. Alleen de oudere Fransozen waarderen ook een rustige opstart. Na een kwartiertje stappen voel ik mijn knie helaas toch nog en neem een onschuldige ibuprofen (ontstekingsremmer) als laatste redmiddel. Binnen een half uur geeft het pilletje een waanzinnig effect. De knie brengt mij pijnloos de berg op en ook de stembanden krijgen een energieboost. Zingend sleur ik mezelf en mijn draagbare inboedel omhoog en dat werkt ontzettend bemoedigend. Het is ook leuk dat mee- en tegenliggers hun waardering uitspreken en de 75 jarige bergsprinter begint onverwacht luchtgitaar te spelen als ik Pink Floyd zing. Moeder natuur heeft weer een heerlijk ontbijt in de zon gepland voor me om 9 uur. Op deze momenten kan ik even heerlijk genieten van uitzicht, de eerste zonnestralen en wat lekkere crackers. Het maakt wel dat ik mijn kansen op een tentplek en eten aan het einde van de dag op het spel zet. Gelukkig kan ik op zulke tochten goed de uitdaging aan van verstand uit, genieten van het moment en accepteren hoe het gaat. Als ik mijn klim vervolg is deze niet alleen stijler dan gebruikelijk, maar ook weer veel losse stenen. Hoewel het ook in de schaduw niet koud voelt ligt op sommige stukken van de berg nog sneeuw. Om 11.45u bereik ik de top op 2450 meter. Al mijn reisgenoten zijn er al even aan het genieten van lunch, uitzicht en zon. Het waait wel flink dus een jas is geen overbodige luxe. Sommige berggeiten besluiten ook nog naar het hoogste punt van Corsica door te lopen. De Monte conto is nog 256 meter hoger en duurt zeker anderhalf uur om op en neer te lopen, zonder rugzak dan wel. Ik voel me heel fit en het is erg aantrekkelijk om de ultieme top van Corsica ook mee te pakken maar het kost me wel weer veel waardevolle tijd. En het uitzicht hier is niet minder, je kunt helemaal rondkijken en Calvi is nog steeds in de verte zichtbaar. Na wat foto's en lunch zet ik mijn tocht voort net nadat mijn bekende reisgenoten zijn vertrokken. De afdaling gaat goed maar vanaf zo'n hoog punt heb ik wel een flinke afdaling te gaan. Ondanks de veelal blauwe lucht voel ik druppels en vraag me af of die paar grijze pluimpjes in de lucht voor problemen gaan zorgen. Ik trek in ieder geval de regenhoes over mijn rugzak maar met al die losse spullen eraan past deze voor geen meter. Als ik verder afdaal langs de rotspartij zet de regen toch echt door. Vlug mijn regenpak aantrekken en nog een poging de regenhoes wat beter om te doen. Dit weer komt nooit gelegen maar met nog wat schuine plateaus te betreden is gladheid zeker geen prettige bijkomstigheid. Ik ben nu ook erg blij dat ik de verleiding van Monte Cinto heb weerstaan. Het Duitse stel loopt met mij mee hoewel de jongen het liefst een stuk sneller gaat dan zijn vriendin. Na een uurtje in de regen afdalen komen we bij de refuge waarvoor je weer even de berg op moet. We konden deze niet meer boeken op internet dus mogelijk zijn alle tentplekken weg. Ik besluit om niet eens naar boven te lopen maar meteen door te gaan naar de bergerie die een goed half uur verderop ligt. De Duitsers willen toch wel even een pitstop doen hier. Na inderdaad een ruim half uur door nat bosgebied met veel gladde stenen kom ik om 17u aan bij de bergerie. Ik spot meteen een aantrekkelijke plek voor mijn tent maar hop eerst maar eens de droge hut in. De hut zit vol met schuilende reizigers en de Nederlanders en Ieren zijn er ook. Ik kom er achter dat ik mijn tas met belangrijke papieren niet in de backpack had gestopt en vul de tafel met doorweekte reispapieren en paspoort. Als het wat droger is zie ik mijn kans om die mooie tentplek dicht bij de hutten te claimen. Er is zelfs een wandelstokken-houder onder het afdakje van de hut waar ik naast sta. Het voelt alsof ik de meest luxe plek van de bergerie heb gevonden. Mijn slaapzak is ook helemaal nat geworden dus hopelijk droogt deze in de warmte van de tent. Als alles is opgezet begint het weer te spatten dus kan ik mooi op tijd weer naar binnen. Ik dineer aan tafel met de Nederlandse en Ieren wat voor gezellige gesprekken zorgt. Op het menu staat een hoop zeer sterke Franse kaas waar de bergeries om bekend staan. Het dessert bestaat uit een verse sinaasappel wat ook bijzonder is in de bergen en natuurlijk weer een paar flinke plakken sterke kaas. Dat laatste is mijn tafelgenoten teveel en daardoor word ik getrakteerd op een kaasplank XXL. We tafelen nog even na, het Duitse stel arriveert op dat moment ook en na nog wat gezelligheid maken we ons op voor de nacht. Door de lange tochten én alle gezelligheid bestaan mijn reisverslagen lauter nog uit wat notities in mijn boekje. Ik vermaak me dus erg goed op de 'campings' waar toch een heerlijk open sfeer hangt.


30 augustus. Vannacht is de eerste keer dat ik er écht even uitmoest om te plassen. En man wat werd ik getrakteerd op een prachtige sterrenhemel! Ik dacht dat die alleen in Nieuw Zeeland bestond maar als het je lukt om in Europa ver van de lichtvervuiling te komen dan vind je dus ook een hemel gevuld met kleine en grote lichtpuntjes en zelfs hele sterrenstelsels. Een prachtig natuurverschijnsel waar ik uren naar kan kijken, ware het niet dat ik vermoeiende dagen achter de rug en voor de boeg heb. De ochtend ben ik ook wat later op dan normaal doordat ik een rustige plek heb. De tent moet ik nog nat inpakken en ik ontbijt deze keer in de bergerie. Geen goede keuze, want wat wit brood, marmelade en een kom thee brengt mij niet naar mijn volgende bestemming. Om 8.30u ga ik van start met weer een pittige klim naar boven. Het is echt elke dag flinke ochtendgymnastiek. Ook vandaag is het op momenten weer klauteren met de handen erbij. Bovenaan gekomen kom ik twee Vlaamse meisjes tegen die de andere kant op lopen. Ze vonden hun klim van de ochtend al heftig maar later op de dag kreeg ik medelijden met de twee wetende wat ze achter de rug hadden en nog voor de boeg. Ik neem als tweede ontbijt één van mijn samengestelde zakjes met wei- melk- en havermoutpoeder. Een veel voedzamer ontbijt voor hier in de bergen. De afdaling is relaxt en het begint voor het eerst op een bergwandeling te lijken. Ik kom om 12 uur aan bij de refuge wat natuurlijk weg vroeg is. Ook blijkt hier geen water te zijn dus alle reden om goed door te stappen naar de volgende hut. Toch even stoppen om mijn wraps met tomatenpuree te eten, ben ik ook eindelijk van dat gewicht af. Ik zie verderop de route grijze wolken ontstaan dus zorg deze keer dat de regenhoes er goed omzit voordat ik verder loop. Na een dalende wandeling kom ik weer op een slalom over losse stenen dus dat duurt weer eeuwig. Hier kom ik een andere Duitse jongen tegen waar ik even wat mee samenloop voordat hij doordendert. Hij was gisteren gevaarlijk onderuit gegaan in de regen dus wil deze keer dat gevaar voor blijven. Na de slalom kom ik in een mooi groen bos en loop ik langs een stromend beekje. Het is een mooie omgeving met veel afwisseling. De tocht duurt langer dan verwacht wat het moeilijker maakt er echt even van te genieten. Gelukkig blijft het wel droog. Na een korte klim in de bossen sta ik ineens op asfalt. Een vreemd idee na al die dagen in niemandsland. Na 5 minuten bereik ik om 17u het chique hotel waar ik mij moet inchecken om mijn tent in het veldje verderop neer te kunnen zetten. Ook een heel gek idee. Op deze 'camping' is het één grote rendez-vous met alle bekenden die al genieten van de zonneweide. Er lopen een paar kleine varkentjes los tussen de tenten door wat voor nog meer blije gezichten zorgt. De faciliteiten zijn zeer goed en er is een klein winkeltje waar ik wat proviand kan aanvullen. Ik neem een warme douche, spoel wat kleding (stinksokken) uit en ook mijn slippers kunnen een spoelbeurt gebruiken want die ruiken naar de Franse kaas van de bergerie. Die avond is het diner in het hotel. Het restaurant is sjiek aangekleed maar ik ben geen uitzondering in mijn korte broek en badslippers. Er is een aparte tafel voor mij gereserveerd maar ik zie de 4 Belgen en sluit bij hen aan. Na een goed diner met eindelijk eens wat anders dan pasta en vooral een heel gezellige avond lopen we in het donker terug naar de tenten. Twee van de Belgen houden het hier voor gezien en ook het Duitse stel besluit morgen de bus naar de bewoonde wereld te nemen.


31 augustus. Op deze heerlijke plek is het weer heerlijk uitslapen. Na een paar heftige dagen geniet iedereen van een rustig ochtendje en de mogelijkheid om nog wat spullen in de zon te drogen. Als ik naar het toiletgebouw loop zijn de meesten wel al hun tent aan het opruimen. De Ieren waarschuwden mij voor het risico op vossen die je tent afspeuren naar eten maar ook dat is ons bespaard gebleven. Terwijl de meesten vertrekken neem ik nog even afscheid van de Belgen en Duitsers en om 9 uur ben ik dan ook onderweg. De route vervolgt door het mooie bos maar ik loop vaak verkeerd doordat er weinig markeerpunten zijn. Het klimgehalte is wel een stuk minder dus het is een relatief relaxte wandeling ware het niet dat het lichaam en vooral de voeten veel te verduren hebben gehad en de rugzak nou eenmaal niet lichter wordt. De ontstekingsremmer gebruik ik niet (meer) en de knie is gelukkig ook niet zo pijnlijk meer. Na een uur ontbijt ik op een open zonnige plek met de helft van mijn vers gekochte brood en gekookte eieren. De rest van de ochtend bestaat uit gemiddeld klimmen op open heuvels. Door de losse stenen en de volle zon toch nog een uitputtende exercitie. Ik kom de hele dag geen bekenden tegen. Als ik over het hoogste punt heen ben zie ik een groot meer liggen. Een mooie plek om wat af te koelen en te lunchen. Eerst nog even de losse stenen afdaling doorstaan en dan in de schaduw van een grote steen bij het meer genieten van de lunch. Vers brood is op zulke tochten niet te versmaden dus de rest van het brood gaat met gemak naar binnen. Ook de vers gekochte banaan is een smaaktraktatie. Er zijn een aantal dagjesmensen bij het meer zowel te voet als te paard. Ook kom ik een nieuwe groep Nederlanders tegen die dezelfde route lopen maar wel gehoor hebben gegeven aan het risico op brandgevaar waardoor ze een paar etappes later zijn aangehaakt. Na de lunch volgt voor de afwisseling wéér een stijgend pad maar nu in een groen heuvelachtig gebied. Het is nog steeds veel (onstabiele) stenen stappen ook vanwege de drassige stukken dicht bij het stromende water. Ik passeer een berghut met een bordje "kaas te koop" dus besluit er naar toe te klimmen. Daar aangekomen staan ze me raar aan te kijken als ik kaas wil kopen. Het blijven vreemde mensen die Fransen. Als ik verder loop zie ik mijn bestemming in de verte liggen. Ik moet nog 'even' door het dal en dus weer deels naar boven. Er vliegen mooie grote roofvogels in het dal. Voor het eerst zie ik een wegwijs bordje die ook de reistijd aangeeft naar de bestemming. Nog een kwartiertje tot de hut... Nou als ik de afstand en klim zie dan vermoed ik dat de reistijd afgestemd is op de man die het GR20 record op zijn naam heeft staan. 31 uur voor de 180km en 11km stijgen en dalen. Na een half uur bereik ik om 16u wél de berghut en het is heerlijk om alle bekenden weer te begroeten. Alsof je elkaar wekenlang niet gezien hebt. Eindelijk kan ik ook weer poepen, want dat was er gisteren/vanochtend niet van gekomen. Als ik gestationeerd ben grap ik wat met de oude Fransozen. De vrouw van het stel had er voor gezorgd dat de taxi voor mij stopte en haar man is degene die het beste Engels kan en veel grappen maakt. Ze maken het meest contact met mij van de groep en ik noem ze gekscheers papa en mama. Ik koop spaghetti en tomatensaus en maak voor mezelf een enorm bord eten. Daarmee schuif ik aan bij de Ieren en het Nederlandse stel die ook samen de taxi hadden genomen op dag 1 en daarom veel met elkaar optrekken. Ook de overgebleven Belg is erbij. Zij hebben allen hun eigen poedermaaltijden bij zich maar de 600kcal op het pakje lijken mij geen succes voor een goed avondmaal. Ook het enorme bord spaghetti weet mijn honger niet te stillen dus een toetje met noten, rozijnen en pure chocola moet het verschil maken. De 85% pure chocola is normaal een lekkernij maar hier blijkt het een ware superfood te zijn. Lichtgewicht, voedzaam en smelt niet. Na het maal en een gezellige avond kruip ik op tijd mijn bed in. Morgen weer vroeg op om hopelijk voor de regen binnen te zijn. De Belg gaat zelfs om 4 uur al op pad om de zonsopgang boven op de berg mee te maken.

1 september. 4 uur weg heb ik maar even voor gepast, maar 6.30 uur is een mooie tijd met hopelijk nog een droge aankomst. Het is nog erg rustig op de route rond dit tijdstip. Meteen mag ik 500 meter omhoog klimmen. Ik draag handschoenen want het is erg fris in de ochtend schaduw. Het klim en klauterwerk brengt niets nieuws meer, de stijle opstart is wel een pittige. Ik kom op de route koeienpoep tegen en vraag me af hoe die beesten over deze zogenaamde paden vooruit komen. Je ziet de koeien dan ook alleen op de plateaus in de bergen staan grazen. Na twee en een half uur kom ik aan op de top van de berg. Geen verrassing dat hier de combinatie van zon, mooi uitzicht en 9u ontbijt tijd weer op gaat. Mijn crackers en wraps zijn allemaal op dus ik teer op de picnics en mijn poederzakjes. De Ieren komen ook boven maar gaan ook als een speer weer verder. Ik vertrek wat later en loop daardoor gelijk met de oudere Fransozen. We mogen weer bijna verticaal afdalen met behulp van kettingen. Stiekem ook de leukste onderdelen van de route, dat klauteren, zij het dat de rugzak de balans ongemakkelijk maakt. Ik daal verder af samen met de scout van de Fransozen; de fitste van het stel die vooruit loopt om de route te ontdekken. Als er weer een onmogelijk stuk komt vraag ik hem nog even of dit wel echt de route is aangezien ik geen markeringen zie. Je wilt namelijk niet hetzelfde stuk weer onnodig omhoog zien te komen. Daniel bevestigt en we puzzelen ons naar beneden. Daar aangekomen wacht hij op zijn groep terwijl ik verder loop. Ik zie nog steeds geen markeringen en zie bovenaan wel een groep een route bovenlangs pakken en ja hoor daar staat de route aanduiding. Wel zie ik ook voetstappen in het zand op dit pad en vermoed dat het wel goed komt. Ik licht Daniel in en loop vervolgens door. En inderdaad uiteindelijk kom ik weer op de route uit, niet wetende of dit nu een goede shortcut of een slechte omweg was. Daarna zie ik namelijk alleen onbekenden me afvragend waar die ineens vandaan komen. Dan zie ik Christian, de nestor van de Fransozen. Ook hij moet wachten op de tragere en afdwalende groepsleden. Hij spreekt geen Engels maar deelt wel graag wederzijdse ervaringen over Nepal waar hij een paar jaar terug nog was. Het pad vervolgt weer omhoog over metershoge stenen waar ik letterlijk moet springen en balanceren van steen naar steen. Ook weer een uitdagend traject en bij gladheid zou ik hier niet blij van worden. En zo bereik ik die middag voor de tweede keer een bergtop van meer dan 2000 meter. Niet veel later kom ik aan bij de refuge. Droog en om 14.15u. Al met al een korte maar pittige dag. Mijn tent staat deze keer wat afgelegen uitkijkend op het hele gebergte en het dal. Ik sluit aan bij de rij voor het douchen en spoel wat ondergoed uit. Helaas duurt de douche rij zo lang dat ik terug bij mijn tent geen zon meer heb om de was te drogen. De hele avond is het bewolkt en mistig op deze plek. Ik zit aan tafel met de Nederlanders, Ieren en Belg die morgen een shortcut nemen direct naar het eind van de noordroute. Een laatste avondje samen dus. Alleen Tez, een van de Ieren, en ik bestellen het avondeten hier en worden in een tafelindeling gezet. Hij vertelt me meer over het werk van hem en zijn collega Dan die samen bij een soort nationale garde werken; breed inzetbare ME-ers. Dat verklaart waarom deze vijftigers nog zo stevig doorlopen op deze route. We hebben voor de afwisseling een heerlijke ratatouille en linzenschotel met geen brownie maar chocolademousse als toetje. Ik zeg mijn gezelschap vaarwel en loop naar mijn tent. Daar mag ik nog even genieten van het wolkendek dat op ooghoogte de bergtoppen in tweeën splitst. Zolang het niet regent zijn die wolken in de bergen ook een prachtig decor.

2 september. Vannacht was het flink mis. Nee, het waren niet de donkere wolken waar het gedonderd vandaan kwam maar mijn darmen. Op de rand van het plateau waar ik zo'n mooi uitzicht heb heb ik de chocolademousse moeten achterlaten. 's ochtends nog maar een keer naar het toilet in de verwachting dat het dan wel weer even genoeg is. Ook een aantal anderen die iets besteld hadden zijn ziek geworden, hoewel het niet aan een gerecht toe te wijzen is. Vanwege de belabberde nacht en mijn slappe toestand wordt dit weer zo'n late vertrek ochtend. Blijven is geen optie aangezien ik afhankelijk ben van de locale chef kok. Wellicht dat ik ook meteen naar eindpunt Vizzavona doorloop vandaag. Wanneer ik mijn tent inpak begint het al even te druppelen. Dus met toch nog een natte tent op de rug haal ik mijn gisteren al bestelde picnic op (op hoop van zege) en plak mijn hiking stokken waarvan er één steeds uitvalt. Ik maak een praatje met Manuel, de Duitse jongen die inmiddels geen profiel meer onder zijn schoen heeft en net als mij nog steeds een aardig zware rugzak. Hij stelt voor om samen te lopen maar hij moet alles nog inpakken en ik vraag me af hoe snel ik vandaag ben. Ik geef aan alvast te vertrekken en hem dan later tegen te komen. De route begint met een stijl afdaling in de zon. Het gaat niet snel maar gedurende de ochtend lukt het me wel om wat te eten en ik pak ook maar een zangpilletje. De weg vervolgt door een groot naaldbos langs een rivier. Het ruikt hier heerlijk en samen met het redelijk vlakke pad ontstaat een relaxt sfeertje. Ik kom weinig mensen tegen onderweg en ook Manuel blijft nog uit zicht. Rond de middag kom ik aan bij een belangrijk punt. Over de brug kan ik kiezen om even het water in te plonzen en daarna moet ik bepalen of ik de GR20 route doorloop of om de berg naar het eindpunt toeloop. Al sinds dag 2 loop ik met blauwe teennagels in mijn schoen te drukken, een pijnlijk drukpunt op de onderkant van mijn voet (alsof het middenvoetsbeentje gekneusd is) en met trekkende schouderspieren. Vandaag voel ik me ook nog erg slap, en dat geeft de doorslag om de afslag naar het eindpunt te pakken. Nog geen minuut onderweg besef ik me dat ik hier niet ben gekomen om alleen maar af te zien. Eerst maar eens het koude water in plonzen ook al kan dat ervoor zorgen dat ik de regen vanmiddag moet trotseren. Zwembroek aan en even het lijf activeren met wat ijskoud rivierwater. De Fransozen zijn net klaar met baden dus ze laten de mooie plek voor mij alleen achter. Na 10 minuutjes ben ik helemaal opgefrist, kleed me om en ga met goede moed toch de GR20 verder lopen. Die moed heb ik hard nodig want vanaf hier is het weer een tijd bergopwaarts. Met het pilletje van vanmorgen en de koude plons van net heb ik nog één troef achter de hand; ik pak mijn MP3 speler en laat mij goede moed inzingen met epische metalmuziek. Sneller omhoog ga ik niet meer, maar ik ben niet meer te stoppen. De dichtbegroeide bossen maken de onheilspellende sfeer van de muziek en mijn zware tocht compleet. Ook zorgen ze ervoor dat ik wel hoor dat het inmiddels flink regent maar dat ik er niks van merk. Na heel wat stijgen zie ik aan de rand van de bossen de refuge. Gelukkig was de reistijd vandaag niet zo lang dus ondanks het late vertrek en de pool party is het pas 15 uur. Een minuutje door de regen lopen kom ik aan in het gebouwtje. Het bordje backpacks buiten laten staan komt niet lekker uit met alle droge plekken bezet en het feit dat ik alleen even hoef in te checken. Ik leg de backpack binnen neer en loop door naar de balie. Na een hoop moeilijk gedoe in het Frans en de boodschap dat al het eten dat op de kaart staat er niet is, keer ik zonder iets te regelen of betalen. Voor het betalen komt later iemand langs de tenten. In die vijf minuten heeft een man van de refuge mijn backpack principieel buiten gelegd midden in de inmiddels stromende regen. Het warme welkom in de bergen kan vaak beter maar hier ben ik nu al klaar met de onmogelijke refugiers. Ik hobbel naar het tentenveld dat eigenlijk een schapenweide is en schuil met een paar anderen onder de overdekte campingtafels. Ik zie de Fransozen en ook Manuel is er al, toch voelt het met de kleine groep en de stromende regen minder als de gezellige rendez-vous van afgelopen dagen. Als het droog is begint het ritueel tent opzetten tussen de schapenstront, douchen en eten maken weer. Alles moet tussen de druppels en buien door. Ik duik vroeg mijn tent in om daar mijn verslag te schrijven terwijl de wolken worden geleegd boven de schapenweide. Nog even tanden poetsen en dan naar bed. Morgen wederom regen voorspeld dus niet te laat naar bed. Wekker om 6 uur zetten in de hoop dat ik de tent droog kan inpakken.

3 september. Om 2 uur 's nachts ben ik wakker geweest wegens een hevige regenbui. Er van uitgaande de tent niet droog in te kunnen pakken zet ik de wekker wat later en val weer in slaap. Als ik wakker word van de ritsen en tentstokken van de fanatieke ochtendgroep zie ik dat het 5 uur is. Na een kwartiertje proberen leg ik me er bij neer dat slapen niet meer lukt en dat vroeg vertrekken dus wel. En zo begin ik rustig mijn spullen te pakken en de natte tent op te rollen met genoeg licht van de hoofdlampjes van alle buren en om 6.15u ben ik onderweg. In de vroege schemer is de route bergop redelijk te zien dus mijn lampje heb ik niet nodig. Het pad stijgt snel terwijl de oranje gele gloed van de ochtendzon tussen de bergen en wolken doorbreekt. Ik zie de bergen laagje voor laagje wakker worden tot de zon uiteindelijk het hele landschap onthult. Ik kom om 8 uur op een plateau wat helaas nog in de schaduw zit dus wil nog iets verder alvorens te ontbijten. Toch word ik hier opgehouden omdat mijn neus ineens flink begint te bloeden. Het duurt een tijd voordat er een prop in mijn neus is die er niet meer knalrood uitglijdt. Terwijl ik het hele pad onderdruk doen de eerste voorbijgangers (ook) of hun neus bloedt en pas de vijfde voorbijganger vraagt wel even of alles oké is met me. Tja moeilijk te beantwoorden want deze heftige bloeding is vast een teken dat het niet oké is maar nu ik de boel wat heb kunnen stoppen zie ik niet in wat er verder aan de hand is. Dus verder op naar de top, die zich maar niet aandient en telkens verschijnt er een nieuwe klim achter het hoogst zichtbare punt. Ondertussen eet ik wel even een mueslireep om ook weer even wat energie op te doen. Na tweeënhalf uur klimmen bereik ik de 600m hogere top. Even rusten, genieten van de zon maar voordat ik goed ga eten de eerste meters meteen maar even dalen. Dat gaat namelijk via een schuin plateau waar zelfs als het droog is al weinig grip te vinden is. Na een soort brunchstop in het zonnetje hop ik verder naar beneden. Als ik weer onder de bomengrens ben komt Manuel mij tegemoet. We dalen samen af terwijl we serieuze en grappige gesprekken in het Duits hebben. We komen steeds meer tegenliggers tegen zonder rugzak dus de bewoonde wereld is nabij! Het is sinds de bergtop een prachtig zonnige dag gebleven en het lijkt er niet op dat dit nog gaat veranderen. De telefoon krijgt weer bereik en we lopen het minidorpje Vizzavona in. Het heeft een treinstation maar bestaat verder uit twee refuges, een hotel en twee restaurants. En daarmee hebben we de noordroute van de GR20 succesvol uitgelopen! We checken rond 14.30u in bij een refuge en alleen daar zijn ook boodschappen te verkrijgen. Manuel komt er hier achter dat zijn pinpas het gelukkig ook in het buitenland doet, helaas kan hij geen contant geld opnemen in het dorp. Hij gaat de zuidroute ook nog lopen maar is bijna door zijn geld heen. Ik doe de boodschappen voor ons beider avondeten en als we het veld oplopen zie ik daar zowaar de Fransozen. Zij hebben de route onderlangs om de berg heen gelopen gezien de weersvoorspelling. Ook is 'papa' onderuit gegaan en heeft zijn pols gekneusd. Ze vonden het knap dat wij de heftige klim omhoog vandaag hebben gedaan. Ik vind het knap dat zij hier ook zijn aangekomen en vrolijk doorgaan met zuid. Ook al probeert Manuel mij nog te overtuigen van de zuid route, ik weet dat het hier voor mij eindigt. De veel te zware rugzak en de opgelopen pijntjes in de voeten kan ik prima nog een week door het 'gemakkelijkere deel' van de GR20 slepen. Maar of ik er nog van geniet; of de route op dit moment nog uitzichten of ervaringen brengt waar ik nog niet van verzadigd ben... Leuk om zuid nog open te houden voor een eventuele volgende keer, en de komende dagen eens nieuwe mensen en nieuwe avonturen tegen te komen. De avond met Manuel is heel gezellig. We eten samen bij zijn gasstelletje alsof we een getrouwd stel zijn en grappen over nazi's die mijn tentharingen kapot marcheren en Duitse reclames van Nederlandse kaas aangeprezen door Frau Antje. En als de avond valt duiken we onze tenten in, waarbij ik vandaag een hoofdstuk afsluit en er morgen daadwerkelijk een andere vakantie start.

4 september. Het is vandaag heerlijk wakker worden in de rust en met het zonnetje. Het is iets over 7; er zijn geen vroege vogels op deze refuge dus de natuurlijke wekker mocht vandaag aan de slag. Manuel is nooit een vroege vogel dus die zal pas laat in de ochtend vertrekken. Hij is wel al wakker en besluit ons op een uitgebreid ontbijt te trakteren zoals Duitsers dat doen; eieren, kaas, vlees... De tijd gaat daardoor hard en als ik alle spullen netjes droog heb opgeborgen is het bijna 10 uur en tijd om mijn trein naar Ajaccio te nemen. Ik heb besloten mijn vlucht te vervroegen zodat ik geen 8 maar 5 dagen over heb. Ik neem afscheid van Manuel en stap in de trein naar Ajaccio. Ondertussen zoek ik op de telefoon naar mogelijke plekken om te verblijven en dingen om te doen. 5 dagen in Ajaccio is veel dus ik zie een mogelijke camping op de hoek van het natuurgebied waar de trein ook stopt... Of beter gezegd 2 minuten geleden is gestopt... Gelukkig kan ik op het volgende station zo overspringen op de trein terug wat niet veel gebeurt op trajecten die maar 3x per dag worden gereden. De conducteur is er content mee en zo arriveer ik uiteindelijk op een stationnetje in niemandsland. Een dorpje is het niet, slechts een hoofdweg met wat opritten en na 30 minuten lopen langs de grote weg een camping. In de tussentijd heb ik telefonisch mijn vlucht en trein naar Nederland omgeboekt dus de korte vakantie kan beginnen. De kleine en rustige camping is een mooie plek om nog even te genieten van de natuur en stilte die ik ken van de bergen. De eenvoudige eigenaren doen hun moeite om met me te communiceren en zo helpen ze mij met wat ik nodig heb: een kookstelletje voor wat ik in hun shop kan kopen en ik krijg ook wat van hun eigen brood. Voor ontbijt ben ik ook te laat met bestellen maar voor morgenmiddag kunnen ze wel brood voor me regelen. Ik zet mijn tent op een rustige plek langs het kabbelende riviertje en gelukkig, zo blijkt een kwartier later, ver genoeg van het stel dat de hele dag de jointjes en speakers laat blowen. Ik zet mijn tent op, eet mijn buikje rond met ravioli en brood en verdoe een hoop tijd met lekker uitgeput op mijn plekkie zitten. Het is in het dal ook flink warmer en daardoor luier weer dan in de bergen. Tijd om even te verkoelen en wakker te worden in het riviertje. Een echte fijne plek om te chillen is er net niet hier. Ik kijk op maps wat er te doen is in de omgeving en het antwoord is ronduit niets. Toch iets te spontaan hier uitgestapt? Ik geloof dat er wel iets op mijn pad komt hier dus ga naar een plek verderop bij de rivier waar iemand een autowrak op de rotsen heeft geplaatst in maps twee weken geleden. Eens zie of die er nog is. Ik slenter langs de grote weg tot ik bij de plek aankom. Ik daal af naar de rivier en kom terecht in een prachtige zwemplek met rotsen, planten en watervalletjes waar de subtropische zwembaden van Center Parcs nog een puntje aan kunnen zuigen. En op een rotsenpartij ligt een autowrak op zijn kop net boven het water. Het lijkt wel of een kunstenaar het hier heeft neergelegd; de autoweg is hier ver vandaan en de auto is totaal niet verroest of vergaan. Ik vermoed dat deze met een overstroming is meegevoerd naar deze plek. De combinatie met de rustige natuurrijke omgeving maakt het een vreemde gewaarwording. Ik besluit om nog even door te lopen naar het enige restaurantje in de buurt aangezien er voor vanavond ook niet veel meer dan friet te verkrijgen was op de camping. Het restaurantje blijkt een soort strandtent aan de rivier met heerlijke loungeplekken en activiteiten zoals tafeltennistafels, een speeltuintje en... Twee beachvolleybal velden! De netten zien er strak en professioneel uit dus ik vraag de eigenaar eens hoe dat zit. Hij zegt dat ie morgen tussen 16 en 18u wel wat spelers verwacht. Het is een long shot maar onder het motto "geloof in de spontane momenten" besluit ik hier morgen weer terug te komen. De dinerkaart is pas vanaf 18.30u beschikbaar en het is 17u dus ik bestel een smoothie en een soort kaas-sandwich als avondeten en hoop ook morgen die lekkere zalm sandwich van de menukaart te kunnen proberen. Ik chill een klein uurtje op een loungebank aan het water terwijl ik op de telefoon wat plan voor de komende dagen. Het wordt 2 nachten Ajaccio waar ik een elektrische fiets huur die mij ook naar een Via Ferrata zal brengen. Als ik het plan rond heb ga ik weer rustig aan terug naar de camping. Mijn telefoon kan ik bij het washok even opladen en als ik wil gaan douchen valt de stroom in het gebouwtje uit waardoor iedereen in het donker moet douchen. Oeps, die telefoon was toch iets te veel van het goede. Gelukkig heb ik mijn hoofdlampje bij me en kan ik me nog even opfrissen voordat ik toch weer rond 21u mijn tentje induik.


Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!